Notulen  gemeenteraad

Feiten en context

De gemeenteraad ontvangt technisch assistent Jeroen Sterckx voor zijn uitzonderlijke prestatie. Hij haalde op 1 december 2023 een dame uit haar brandend huis nadat hij haar had gerust gesteld dat haar dieren veilig waren.

Feiten en context

Toelichting actualiteit door schepenen Kris Debruyne en Mattias Bouckaert.

Juridische gronden

Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur en uitvoeringsbesluiten.

Het bestuursdecreet en uitvoeringsbesluiten.

Het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen.

Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen.

De omzendbrief van de Vlaamse regering KB/ABB 2019/4 van 3 mei 2019 betreffende de strategische meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus.

De omzendbrief van de Vlaamse regering  KBBJ/ABB 2020/3 van 18 september 2020 over de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025.

De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/1 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee, goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 15 december 2020.

De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/2 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee, goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 26 oktober 2021.

De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/3 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee, goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 21 december 2021.

De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/4 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee, goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 25 oktober 2022.

De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/5 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee, goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 20 december 2022.

Feiten en context

Het oorspronkelijk meerjarenplan 2020-2025 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee werd goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 17 december 2019. Het meerjarenplan vormt de basis van het beleid gedurende 6 jaar. De eerste aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/1 werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 15 december 2020. De tweede aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/2 werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 oktober 2021. De derde aanpassing werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 21 december 2021. De vierde aanpassing van het meerjarenplan werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 25 oktober 2022. De vijfde aanpassing werd goedgekeurd op 20 december 2022.

Omdat het vroegere jaarlijkse budget in het meerjarenplan geïntegreerd is moet het meerjarenplan minimaal jaarlijks aangepast worden om de kredieten van het volgende boekjaar vast te stellen. In dezelfde aanpassing kunnen ook de kredieten van het lopende boekjaar gewijzigd worden.

In deze aanpassing van het meerjarenplan worden de kredieten van 2023 aangepast en de kredieten van 2024 vastgesteld. Waar nodig worden eveneens de ramingen van 2025 aangepast. Aangezien een meerjarenplan minimaal 3 boekjaren dient te omvatten worden tevens ramingen voor 2026 opgenomen.  

De aanpassing van het meerjarenplan omvat de wijzigingen van de strategische nota, de aangepaste financiële nota, de aangepaste toelichting, de motivering van de wijzigingen en documentatie.

De gemeente en het OCMW hebben een geïntegreerd aangepast meerjarenplan, maar hebben elk hun eigen bevoegdheden voor de vaststelling ervan. Zowel de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn dient eerst het eigen deel van het aangepaste meerjarenplan vast te stellen. Daarna kan de gemeenteraad het deel van het aangepaste meerjarenplan dat de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld, goedkeuren, waardoor de aanpassing definitief is vastgelegd. 

Het managementteam heeft op 22 november 2023 gunstig advies uitgebracht over het ontwerp van de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/ nr.6 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee.

De ontwerp aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/ nr. 6 werd tevens goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen op  28 november 2023.

Juridische gronden

Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur en uitvoeringsbesluiten.

Het bestuursdecreet en uitvoeringsbesluiten.

Het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen.

Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen.

De omzendbrief van de Vlaamse regering KB/ABB 2019/4 van 3 mei 2019 betreffende de strategische meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus.

De omzendbrief van de Vlaamse regering  KBBJ/ABB 2020/3 van 18 september 2020 over de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025.

De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/1 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee, goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 15 december 2020.

De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/2 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee, goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 26 oktober 2021.

De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/3 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee, goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 21 december 2021. 

De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/4 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee, goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 25 oktober 2022.

De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/5 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee, goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 20 december 2022.

Feiten en context

Het oorspronkelijk meerjarenplan 2020-2025 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee werd goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 17 december 2019. Het meerjarenplan vormt de basis voor het beleid gedurende 6 jaar. De eerste aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/1 werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 15 december 2020. De tweede aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/2 werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 oktober 2021. De derde aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/3 werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 21 december 2021. De vierde aanpassing van het meerjarenplan werd goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 25 oktober 2022. De vijfde aanpassing werd goedgekeurd op 20 december 2022.

Omdat het vroegere jaarlijkse budget in het meerjarenplan geïntegreerd is moet het meerjarenplan minimaal jaarlijks aangepast worden om de kredieten van het volgende boekjaar vast te stellen. In dezelfde aanpassing kunnen ook de kredieten van het lopende boekjaar gewijzigd worden.

In deze aanpassing van het meerjarenplan  worden de kredieten van 2023 aangepast en de kredieten van 2024 vastgesteld. Waar nodig worden eveneens de ramingen van 2025 aangepast. Aangezien een meerjarenplan minimaal 3 boekjaren dient te omvatten worden tevens ramingen voor 2026 opgenomen.

De aanpassing van het meerjarenplan omvat de wijzigingen van de strategische nota, de aanpaste financiële nota, de aangepaste toelichting, de motivering van de wijzigingen en documentatie. 

De gemeente en het OCMW hebben een geïntegreerd aangepast meerjarenplan, maar hebben elk hun eigen bevoegdheden voor de vaststelling ervan. Zowel de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn dient eerst het eigen deel van het aangepaste meerjarenplan vast te stellen. Daarna kan de gemeenteraad het deel van het aangepaste meerjarenplan dat de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld, goedkeuren, waardoor de aanpassing definitief is vastgelegd.

De raad voor maatschappelijk welzijn stelde in de zitting van 19 december 2023 de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/ nr. 6 vast. 

Juridische gronden

Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur en uitvoeringsbesluiten.

Het bestuursdecreet en uitvoeringsbesluiten.

Het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen.

Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen.

De omzendbrief van de Vlaamse regering KB/ABB 2019/4 van 3 mei 2019 betreffende de strategische meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beheers- en beleidscyclus.

De omzendbrief van de Vlaamse regering KBBJ/ABB 2020/3 van 18 september 2020 betreffende de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus.

De beslissing van de gemeenteraad van 15 december 2020, betreffende de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/1.

De beslissing van de gemeenteraad van 26 oktober 2021, betreffende de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/2.

De beslissing van de gemeenteraad van 21 december 2021, betreffende de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/3.  

De beslissing van de gemeenteraad van 25 oktober 2022, betreffende de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/4.

De beslissing van de gemeenteraad van 20 december 2022, betreffende de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/5.

De beslissing van de gemeenteraad van 19 december 2023, betreffende de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/6.

Feiten en context

De gemeenteraad keurde in de zitting van 19 december 2023 de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/6 goed.

Artikel 41 23° van het decreet over het lokaal bestuur stipuleert: De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen toevertrouwd worden: het vaststellen van de subsidiereglementen en het toekennen van nominatieve subsidies. Met BBC 2020 worden de nominatieve subsidies bijgevolg niet meer automatisch toegekend bij vaststelling van het meerjarenplan. Daarom dient de gemeenteraad de nominatieve werkings- en investeringssubsidies afzonderlijk goed te keuren.

Nominatieve werkings- en investeringssubsidies betreffen die subsidies die niet via een subsidiereglement goedgekeurd worden. De kredieten voor de uitbetaling ervan zijn opgenomen in het meerjarenplan 2020-2025.  

Juridische gronden

Art. 41, 2de lid, 23° van het Decreet over het lokaal bestuur: het vaststellen van subsidiereglementen is een exclusieve bevoegdheid van de gemeenteraad.

Feiten en context

Aziatische hoornaar is een predator van insecten en is vooral gespecialiseerd op honingbijen. Het zijn efficiënte jagers die bijenkolonies snel kunnen decimeren. Een snelle reductie van de gedomesticeerde bijenpopulatie is hiervan het gevolg. De hoornaar is ook drager van het Moku-virus, dat op bijen kan worden overgedragen. Dit alles zorgt ervoor dat de soort een sterk negatieve impact op de imkerij heeft.

Hoewel de soort naar mensen toe in eerste instantie weinig agressief is, zijn de steken pijnlijk en – evenals enkele andere soorten - potentieel gevaarlijk voor mensen die allergische reacties vertonen. De soort kan tot overlast leiden als de nesten dichtbij of in bebouwing worden gevormd.

Naast honingbijen maakt de Aziatische hoornaar ook jacht op andere insecten en staat in directe concurrentie met de Europese hoornaar. Echte bewijzen omtrent een betekenisvolle negatieve impact op biodiversiteit zijn er tot op heden evenwel niet.

De verantwoordelijkheid voor het beheer of de bestrijding van Aziatische hoornaar ligt bij de eigenaar of beheerder van het terrein, dewelke belast is met het goede beheer van diens terrein. De bestrijding van een invasieve uitheemse soort verschilt in deze instantie niet van die van een pestsoort. Hierbij geldt de bijkomende nuance dat indien terreinverantwoordelijken binnen een specifieke sector consequent met een invasieve soort worden geconfronteerd, van die sector en haar overheid tussenkomst mag worden verwacht.

Argumentatie

Financiële ondersteuning voor het neutraliseren van de Aziatische hoornaar op privaat domein is momenteel op Vlaams niveau nog niet aan de orde. Op dit moment is de in het Vlaams Parlement aangekondigde beheerregeling Aziatische hoornaar op Vlaams niveau nog niet van kracht . De aangekondigde beheerregeling Aziatische hoornaar zou het volgende omvatten

- alle parameters betreffende het beheer van de Aziatische hoornaar in Vlaanderen voor de periode 2023-2027. De hoofdpunten hierin zouden zijn: het wetgevend kader waarbinnen dit beheer kan plaatsvinden, de verantwoordelijkheden die voor de benoemde stakeholders zijn benoemd, de methodiek die voor het beheer kan worden aangewend en wie het beheer mag uitvoeren

- het organiseren van een gecoördineerde bestrijding in Vlaanderen, waarbij relevante partijen maximaal worden betrokken. Alle handelingen (meldingen, bestrijden, rapportering, …) binnen dit kader worden door 1 instantie opgevolgd;

- de standaardisering van de bestrijdingsmethoden volgens een code van goede praktijk gebaseerd op de wetenschappelijke literatuur en voortschrijdend inzicht opgedaan in het veld.

Het lokaal bestuur Oud-Heverlee wenst haar verantwoordelijkheid nemen om het eigen grondgebied de verbreiding van de Aziatische hoornaar te beperken. Hiervoor wordt een specifiek subsidiereglement voor het melden en laten verwijderen van een nest van Aziatische hoornaar voorgesteld.

Financiële gevolgen

In het meerjarenplan wordt voor 2024 en 2025 een bedrag van 3.000 EUR opgenomen voor de uitbetaling van deze subsidie onder MJP001157.

Juridische gronden

Decreet lokaal bestuur.

Besluit gemeenteraad van 31 augustus 2021 tot goedkeuring van het Masterplan Zoet Water.

Besluit college van burgemeester en schepenen van 21 oktober 2021 mbt subsidieaanvraag verwervingen project Walden.

Besluit gemeenteraad van 22 februari 2022 waarbij het college de opdracht krijgt de verwerving van de camping De Zoete Waters te onderzoeken.

Besluit gemeenteraad van 28 juni 2022 tot goedkeuring van de samenwerkingsoveeenkomst om tot de verwerving van de gronden van de camping De Zoete Waters te komen.

Feiten en context

De gemeente heeft als eigenaar van bijna het volledige recreatiegebied belangrijke kaarten in handen voor de herontwikkeling. Twee puzzelstukken onderbreken echter nog. Het betreft een zonevreemde woning (rood omlijnd) en de camping Zoete Waters Caravaning (oranje omlijnd). De woning werd intussen aangekocht door de gemeente.

Argumentatie

De gemeenteraad gaf het college ook de opdracht om de verwerving van de Camping Zoete Waters te onderzoeken. Met de eigenaars werd een samenwerkingsovereenkomst afgesloten om tot de verkoop te kunnen komen. In uitvoering van die overeenkomst werd aan de notaris gevraagd een ontwerp van notariële akte op te stellen. De prijs dient nog bepaald te worden in functie van het opmetingsplan en de opstallen die eventueel overblijven op de camping. Dit werd op die manier bepaald in de samenwerkingsovereenkomst. Om die reden is de prijs nog niet ingevuld. 

Bepalingen uit de samenwerkingsovereenkomst:

3) De verkoopprijs bedraagt 40 EUR per m². Deze wordt betaald bij het verlijden van de notariële akte of minstens moet de verkoopprijs op de rekening van de notaris staan op het ogenblik van de ondertekening van de akte. De exacte oppervlakte wordt bepaald na de opmeting door de landmeter aangesteld door de gemeente. De verkoopprijs wordt verminderd met:

- een forfaitair bedrag van 750 EUR per perceel waarop er funderingen, afscheidingen, elektriciteitskasten of bijgebouwen achterblijven op 31 december 2023.

- een forfaitair bedrag van 2.000 EUR per perceel waarop een caravan of chalet achterblijft op 31 december 2023.

- de kosten voor de uitvoering van een eventueel beschrijvend bodemonderzoek en  eventuele bodemsanering volgens de bepalingen van hoofdstuk III van titel III van het Bodemdecreet, op voorwaarde dat de verkopers door de OVAM worden aangeduid als saneringsplichtige en niet van de saneringsplicht vrijgesteld worden. 

4) de verkopers en de gemeente overleggen minstens driemaandelijks over de vooruitgang van de punten binnen deze samenwerkingsovereenkomst en verbinden zich ertoe het nodige te doen teneinde de doelstelling, met name het goedkeuren van de ontwerpakte in december 2022 en het verlijden van de akte in januari 2024, te realiseren.

5) de gemeente stelt een notaris aan zodat de gemeenteraad in december 2022 de ontwerpakte kan goedkeuren en de akte kan verleden worden in januari 2024, eens vaststaat wat de uiteindelijke verkoopprijs is, berekend conform punt 3 hierboven.

De uitgavekredieten zijn voorzien in het meerjarenplan in 2024. 

De gemeenteraad keurde reeds bijgaande ontwerpakte principieel goed. Om de bewoners voldoende tijd te geven om te verhuizen, werd met de eigenaar overeen gekomen om de rondgang van het terrein te organiseren begin januari 2024. De verwerving van het terrein gebeurt best zo snel mogelijk daarop volgend. Op die manier kan de uitbetaling van de subsidie van 500.000 EUR ook snel aangevraagd worden en bekomen worden.

Om die reden wordt gevraagd om het college van burgemeester en schepenen de bevoegdheid te geven het college van burgemeester en schepenen om de definitieve aankoopprijs te bepalen: 40 EUR per m² op basis van bijgaand opmetingsplan van 19 oktober 2023 verminderd met: 

- een forfaitair bedrag van 750 EUR per perceel waarop er funderingen, afscheidingen, elektriciteitskasten of bijgebouwen achterblijven op 31 december 2023 (wordt bepaald op basis van de geplande rondgang 4/1/2024)

- een forfaitair bedrag van 2.000 EUR per perceel waarop een caravan of chalet achterblijft op 31 december 2023.(wordt bepaald op basis van de geplande rondgang 4/1/2024)

- de kosten voor de uitvoering van een eventueel beschrijvend bodemonderzoek en  eventuele bodemsanering volgens de bepalingen van hoofdstuk III van titel III van het Bodemdecreet, op voorwaarde dat de verkopers door de OVAM worden aangeduid als saneringsplichtige en niet van de saneringsplicht vrijgesteld worden. 

Feiten en context

Op 5/10/2021 werd door betrokkene 1 en 2 een omgevingsvergunningsaanvraag (OMV/2021/165/OV - OMV_2021143195) tot het slopen en bouwen van een eengezinswoning (met grondafstand) gelegen te Ijzerenwegstraat 55, 3051 Oud-Heverlee ingediend.

Langs de Ijzerenwegstraat werd een zone voor grondafstand voorzien ter realisatie van de verbreding van de bestaande weg. De zone, weergegeven als lot 2 op het plan van 26/11/2021 inzake de grondafstand opgenomen in de omgevingsvergunningsaanvraag, beslaat een oppervlakte van 60ca.

De gemeenteraad keurde in de zitting van 29/03/2022 de voorgestelde grondafstand goed zoals voorzien in de omgevingsvergunningsaanvraag.

Het college van burgemeester en schepenen besliste op 3/05/2022 de aanvraag inzake het slopen en bouwen van een eengezinswoning (met grondafstand) te Ijzerenwegstraat 55, 3051 Oud-Heverlee voorwaardelijk te vergunnen.

Als bijlage kan de gemeenteraadsbeslissing met bijhorend plan alsook de beslissing van het college teruggevonden worden.

Op 5/10/2023 ontving de dienst een ontwerpakte van de notaris in het kader van de grondafstand. Hierbij merkte de dienst echter op dat de notaris zich baseerde op een recenter opmetingsplan en niet op het plan goedgekeurd door de gemeenteraad op 29/03/2022. Op het nieuwe plan van 9/06/2023 wordt de zone voor de grondafstand aangeduid als lot 3 en wijzigt de oppervlakte van 60ca naar 59ca.

De landmeter, betrokkene 3, verklaarde dat bij het opstellen van het plan van 26/11/2021 de linker perceelsgrens foutief bepaald werd en dat deze op het plan van 9/06/2023 gecorrigeerd werd.

Gezien het door de gemeenteraad goedgekeurde plan van 26/11/2021 niet overeenkomt met de werkelijke toestand ter plaatse, dient de gemeenteraad opnieuw een besluit te nemen inzake de grondafstand op basis van het nieuwe plan van 9/06/2023.

Het nieuwe plan werd toegevoegd aan de bijlagen.

Juridische gronden

Decreet Lokaal bestuur

Feiten en context

Op 8 maart 2022 besliste het college van burgemeester en schepenen om perceel 4C 142/2B te laten opmeten, een delingsplan te laten opmaken en te laten schatten door Studiebureau Patrick Casier (SPC).

De eigenaar van Kerkstraat 15, betrokkene 1, heeft op 12 juli 2023 aan de gemeente Oud-Heverlee laten weten dat zij bereid is om de kosten verbonden aan de opmeting, deling en schatting voor perceel 4C 142/2B op zich te nemen. Na kennisname van de waardebepaling zal betrokkene 1 alle handelingen stellen om de verkoop te realiseren en de notariskosten dragen.

Op 10 november 2023 heeft SPC een opmetingsplan, schattingsverslag en een document met de nieuwe perceelnummers bezorgd aan de gemeente.

Perceel 4C 142/2B wordt opgedeeld in:

- lot 1: 43m², gelegen voor Kerkstraat 15

- lot 2: 6m², gelegen voor Kerkstraat 13

Het schattingsverslag vermeldt het volgende:

Betrokkene wenst lot 1 te kopen.

Argumentatie

Gezien lot 1 enkel paalt aan de eigendom van betrokkene 1 is het niet nodig de verkoop van dit lot publiek bekend te maken en een oproep te doen aan kandidaten. Het kan beschouwd worden als een restlot dat enkel wordt aangeboden aan aanpalers. Het lot heeft voor de gemeente geen ontwikkelingswaarde. Het lot kan bijgevolg onderhands verkocht worden aan betrokkene 1 tegen de schattingsprijs, verhoogd met de kosten voor de opmeting en de schatting. De notariskosten zijn ten laste van betrokkene 1.

Feiten en context

Aanleiding

Schrijven van de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM), het Agentschap Binnenlands Bestuur (ABB) en Interafval, de koepel van de Vlaamse afvalintercommunales, aan EcoWerf d.d. 29 september 2023 betreffende de opstart van een gezamenlijk bottom-uptraject om te komen tot een optimalisatie van de werkingsgebieden van de afvalintercommunales en een gelijkaardig schrijven gericht aan alle gemeenten.

De Vlaamse Regering wil ten laatste in 2025 aan de sector duidelijkheid geven over:

-          de werkingsgebieden van de afvalintercommunales die ten laatste op 1 januari 2037 gerealiseerd moeten worden;

-          de afvalintercommunales die over de grenzen van de referentieregio’s heen zullen mogen blijven samenwerken na 2037;

-          het plan van aanpak om die transitie vorm te geven.

Zij wil hierbij zowel rekening houden met de doelstellingen van de regiovorming als met de doelstellingen inzake een efficiënt en duurzaam afvalstoffenbeleid.

Context

Wat betreft de regiovorming is het uitgangspunt dat de afvalintercommunales hun werkingsgebieden ten laatste in 2037 afstemmen op de referentieregio’s.

Het Regiodecreet voorziet echter ook in de mogelijkheid om een gemotiveerde aanvraag tot afwijking van de principes van regioconform samenwerken in te dienen. Als de Vlaamse Regering aan een individuele afvalintercommunale een dergelijke afwijking toekent, kan deze intercommunale over de grenzen van de referentieregio’s heen blijven samenwerken.

In een eerste fase wordt gevraagd om via de afvalintercommunales de intenties zowel van de individuele gemeenten als de raad van bestuur/ algemene vergadering van de afvalintercommunales tegen 31 januari 2024 kenbaar te maken aan OVAM en ABB.

Gezien het aantal bestuursleden in de raad van bestuur van EcoWerf beperkt is opteren wij ervoor om de bespreking te agenderen op de bijzondere algemene vergadering van 20 december 2023 en aldus uw vertegenwoordiger in de algemene vergadering te verzoeken zich uit te spreken over de intenties van uw gemeente.

Situatie EcoWerf

EcoWerf bevindt zich in de referentieregio Oost-Brabant. Deze referentieregio omvat naast onze 28 vennoten ook de gemeenten Diest (huidige afvalintercommunale Limburg.net), Hoeilaart, Overijse en Tervuren (huidige afvalintercommunale Interrand).

Gezien al onze huidige gemeentelijke vennoten in overeenstemming zijn met de regiovorming, is het niet nodig om een afwijking aan te vragen.

Juridische gronden

Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen.

Decreet Gemeentewegen van 3 mei 2019.

Feiten en context

Betrokkenen dienden op 17 augustus 2023 een aanvraag tot opheffing in van volgende gemeenteweg:

Gemeenteweg 36 gelegen tussen de Kaubergstraat en het kruispunt van de Heidestraat en de Leuvensestraat, lopend over de percelen in eigendom van betrokkenen aan de Heidestraat nummers 2 en 12.

Betrokken kadastrale percelen:

5^de Afdeling, Sectie B, nummer 456C
5^de Afdeling, Sectie B, nummer 457X2

Inhoud van het verzoekschrift:

- Gemeenteweg 36 op het vermelde tracé is ook in de herinnering van de vorige eigenaars van de percelen niet meer in gebruik geweest, geen enkele inwoner van Sint-Joris-Weert weet nog dat de gemeenteweg ooit werd gebruikt.

- In de onmiddellijke omgeving zijn andere gemeentewegen afgeschaft geweest (bij de bovenbuur en op de voormalige verkaveling van het OCMW).

- Er zijn immers voldoende beter uitgeruste en veilige wegen:

In plaats van de reeds lang onzichtbare gemeenteweg te nemen, kan men de Heidestraat nemen om de verbinding te maken tussen de Kaubergstraat en de Leuvensestraat. Dit is veel veiliger want dit traject is ‘uitgezonderd plaatselijk verkeer’ en is verhard, verlicht en slechts licht hellend.

De gemeenteweg is niet praktisch in gebruik: hij heeft een steile helling met een steile talud op een bepaalde plaats met een groot hoogteverschil. Dit is voor fietsers en voetgangers zelfs gevaarlijk.

- Indien de gemeenteweg zou open gesteld worden, moet er heel wat groenvoorziening verdwijnen zoals een lange, hoge en brede laurierhaag en verschillende grote bomen. Ook voor de waterhuishouding zou dit nefast zijn.

De discussie omtrent dit tracé van gemeenteweg 36 sleept al enkele jaren aan en dient opgelost te worden. Aangaande de gerechtelijke uitspraak vragen betrokkenen aan het gemeentebestuur een dading uit te werken, waarbij betrokkenen:

-  de gerechtskosten (geraamd op 3.000 EUR),

- de kosten voor het opstellen van een grafisch plan en berekening van de meerwaarde door een landmeter

- alsook het betalen van de meerwaarde zelf,

op zich nemen.

Argumentatie

Het college stelde naar aanleiding van het verzoekschrift landmeter SPC aan. De landmeter maakte:

1. Een grafisch plan waarop is aangeduid:

- de op te heffen gemeenteweg

- de kadastrale gegevens, ook van de aanpalende percelen

- de naam van de eigenaars van de aanpalende kadastrale percelen

2. Een schattingsverslag met de berekening van de waardevermeerdering van de gronden waarop de gemeenteweg verdwijnt ten gevolge van de opheffing.

Betrokkenen verklaarden zich akkoord met de betaling van de waardevermeerdering.  

De opheffing van een gemeenteweg is een uitzonderingsmaatregel en stoelt op een gegronde motivatie, de opheffing van de gemeenteweg houdt rekening met de principes zoals opgenomen in artikel 4 van het decreet gemeentewegen omdat:

- Gemeenteweg 36 op het vermelde tracé reeds lange tijd niet meer in gebruik is, wat blijkt uit een juridisch dispuut tussen betrokkenen en gemeente dat dateert van eind jaren 1990.

- In de onmiddellijke omgeving zijn andere gemeentewegen afgeschaft geweest (bij de bovenbuur en op de voormalige verkaveling van het OCMW).

- Er zijn voldoende beter uitgeruste en veilige wegen. 

In plaats van de reeds lang onzichtbare gemeenteweg te nemen, kan men de Heidestraat nemen om de verbinding te maken tussen de Kaubergstraat en de Leuvensestraat. Dit is veel veiliger want dit traject is ‘uitgezonderd plaatselijk verkeer’ en is verhard, verlicht en slechts licht hellend.

De gemeenteweg is niet praktisch in gebruik: hij heeft een steile helling met een steile talud op een bepaalde plaats met een groot hoogteverschil. Dit is voor fietsers en voetgangers zelfs gevaarlijk.

De verkeersveiligheid en de ontsluiting van de aangrenzende percelen wordt dus in acht genomen bij deze opheffing. Ook werd de veiligheid van de zachte weggebruiker in acht genomen.

- Indien de gemeenteweg zou open gesteld worden, moet er heel wat groenvoorziening verdwijnen zoals een lange, hoge en brede laurierhaag en verschillende grote bomen. Ook voor de waterhuishouding zou dit nefast zijn.

Om bovenstaande redenen gebeurt de opheffing in het algemeen belang.

Juridische gronden

Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten en latere wijzigingen.

Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en latere wijzigingen.

Koninklijk besluit van 18 april 2017 plaatsing overheidsopdrachten in de klassieke sectoren en latere wijzigingen.

Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en latere wijzigingen.

De contractuele documenten van de Raamovereenkomsten voor Telecommunicatiediensten.

Feiten en context

De Vlaamse Gemeenschap publiceerde de Raamovereenkomsten voor Telecommunicatiediensten op 25 augustus 2022 in het Bulletin der Aanbestedingen en op 30 augustus 2022 in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Bij Beslissing van de Vlaamse Regering d.d. 30 juni 2023 werd:

• Perceel 1 (Vaste IP gebaseerde telefonie, datacommunicatie en marketingnummers) gegund aan Telenet bv, met maatschappelijke zetel te Liersesteenweg 4 – 2800 Mechelen België, en ondernemingsnummer 0473.416.418;

• Perceel 2 (Mobiele telefonie, mobiele datacommunicatie voor professioneel gebruik en voor “Machine to Machine” (M2M) en “Internet of Things” (IoT) gegund aan Orange Belgium NV, met maatschappelijke zetel te Bourgetlaan 3 – 1140 Evere en ondernemingsnummer 0456.810.810;

Bij Beslissing van de Vlaamse Regering d.d. 14 juli 2023 werd:

• Perceel 3 (Virtuele telefooncentrale (Cloud PBX)) gegund aan Telenet bv, met maatschappelijke zetel te Liersesteenweg 4 – 2800 Mechelen België, en ondernemingsnummer 0473.416.418;

• Perceel 4 (Klassieke PSTN-lijnen) gegund aan Proximus NV, met maatschappelijk zetel te Koning Albert II-laan 27, 1030 Brussel en ondernemingsnummer 0202.239.951;

De Vlaamse Gemeenschap sloot per perceel met de gekozen dienstverlener een overeenkomst (de Uitvoeringsovereenkomst), waar in punt (E) van de aanhef vermeld wordt dat de Vlaamse Gemeenschap optreedt als aankoopcentrale ten aanzien van de bestellers uit het vooropgestelde klantenbereik. Dit klantenbereik strekt zich uit tot de lokale overheden die gesitueerd zijn in het Vlaamse gewest, met name:
15.1. de gemeenten, incl. de politiezones, zowel ééngemeentezones als meergemeentezones;
15.2. de hulpverleningszones;
15.3. de districten;
15.4. de provincies;
15.5. de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;
15.6. de samenwerkingsvormen, vermeld in deel 3, titel 3, van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;
15.7. de welzijnsverenigingen, vermeld in deel 3, titel 4, hoofdstuk 2, van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;
15.8. de autonome verzorgingsinstellingen, vermeld in deel 3, titel 4, hoofdstuk 3, van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;
15.9. de verzelfstandigde agentschappen die opgericht zijn door een provincie of een gemeente;
15.10. de polders en de wateringen;

Alvorens te kunnen gebruiken van deze Raamovereenkomsten voor Telecommunicatiediensten, dient een lokale overheid toe te treden, door middel van een ondertekende Toetredings-overeenkomst die bezorgd wordt aan de dienstverlener van het perceel waartoe de lokale overheid wenst toe treden.

Argumentatie

Het is aangewezen om gebruik te maken van deze door de aankoopcentrale aangeboden raamovereenkomst(en) om volgende redenen:
- de in deze raamovereenkomst(en) voorziene telecommunicatiediensten voldoen aan de behoeften
- door gebruik te maken van deze raamovereenkomst moet er geen eigen plaatsingsprocedure gevoerd worden, wat een besparing aan tijd en geld betekent;
- de Vlaamse overheid beschikt over know-how of technische expertise inzake telecommunicatiediensten;
- de keuze voor toetreding tot één of meerdere van de percelen is geheel vrij;
- afname van deze raamovereenkomst garandeert de continuïteit van de dienstverlening die reeds afgenomen werd via de uitdovende overheidsopdracht “Telecommunicatiediensten ten behoeve van de Vlaamse overheid, lokale en provinciale besturen“ (Bestek. Nr. 2017/HFB/OPMB/33326)

Feiten en context

In toepassing van artikel 21 van het decreet lokaal bestuur werd dit punt op vraag van Open Vld, Tom Teck en An Geets aan de gemeenteraadsagenda van 19 december 2023 toegevoegd.

Op de website Data Onderwijs Vlaanderen konden we het verslag terugvinden van de brede doorlichting die uitgevoerd werd in april 2023 in de GBS Haasrode.  Op pagina’s 19 en 20 gaat het over het beleid op het vlak van bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne. De score is ‘beneden verwachting’.

Pagina 19:

“De school beschikt niet over een globaal preventieplan en een jaaractieplan die haar toelaten om acties en maatregelen te treffen gericht op het voorkomen en inperken van risico’s en het voorkomen of beperken van schade. Zo is het acuut valgevaar dat al sinds 2018 door de interne en externe preventieadviseur gemeld wordt, er niet in opgenomen, en is er ook niet in compenserende maatregelen voorzien. Bij vele rubrieken ontbreekt een termijnplanning of een budgetinschatting. Uitgevoerde acties worden niet als dusdanig aangestipt. De basis voor een dynamisch risicobeheersingssysteem ontbreekt. Wel doen rechtstreeks betrokken personeelsleden, zoals de directeur en de verantwoordelijke van de technische diensten, de nodige inspanningen om noodzakelijke en dringende acties te plannen en te realiseren, uiteraard binnen de grenzen van hun mogelijkheden. “

Pagina 20:
“Gezien de afwezigheid van een degelijk GPP (Globaal Preventie Plan) en JAP (Jaar Actie Plan) heeft de school geen gefundeerd, transparant en voldoende gedocumenteerd overzicht van haar sterke punten en werkpunten wat de huidige staat van bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne betreft. Ook ontbreken de nodige data om de sterktes en werkpunten van het beheersingssysteem van de voorbije jaren te evalueren.“

Vragen:

1. Kan het schepencollege toelichting geven over de concrete pijnpunten waarnaar verwezen worden in het verslag?
2. Kan het Jaar Actie Plan van GBS Haasrode of een ander opvolgdocument beschikbaar gesteld worden aan de gemeenteraadsleden met de planning om de grootste pijnpunten aan te pakken?
3. Is het acuut valgevaar sinds 2018 intussen weggewerkt?

Feiten en context

In toepassing van artikel 21 van het decreet lokaal bestuur werd dit punt op vraag van Open Vld, Tom Teck en An Geets aan de gemeenteraadsagenda van 19 december 2023 toegevoegd.

Op de website Data Onderwijs Vlaanderen konden we het verslag terugvinden van de brede doorlichting die uitgevoerd werd in april 2023 in de GBS Haasrode.  Op pagina’s 19 en 20 gaat het over het beleid op het vlak van bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne. De score is ‘beneden verwachting’.

Pagina 19:

“De school beschikt niet over een globaal preventieplan en een jaaractieplan die haar toelaten om acties en maatregelen te treffen gericht op het voorkomen en inperken van risico’s en het voorkomen of beperken van schade. Zo is het acuut valgevaar dat al sinds 2018 door de interne en externe preventieadviseur gemeld wordt, er niet in opgenomen, en is er ook niet in compenserende maatregelen voorzien. Bij vele rubrieken ontbreekt een termijnplanning of een budgetinschatting. Uitgevoerde acties worden niet als dusdanig aangestipt. De basis voor een dynamisch risicobeheersingssysteem ontbreekt. Wel doen rechtstreeks betrokken personeelsleden, zoals de directeur en de verantwoordelijke van de technische diensten, de nodige inspanningen om noodzakelijke en dringende acties te plannen en te realiseren, uiteraard binnen de grenzen van hun mogelijkheden. “

Pagina 20:
“Gezien de afwezigheid van een degelijk GPP (Globaal Preventie Plan) en JAP (Jaar Actie Plan) heeft de school geen gefundeerd, transparant en voldoende gedocumenteerd overzicht van haar sterke punten en werkpunten wat de huidige staat van bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne betreft. Ook ontbreken de nodige data om de sterktes en werkpunten van het beheersingssysteem van de voorbije jaren te evalueren.“

Feiten en context

In toepassing van artikel 21 van het decreet lokaal bestuur werd dit punt op vraag van Open Vld, Tom Teck en An Geets aan de gemeenteraadsagenda van 19 december 2023 toegevoegd.

Op tal van plaatsen in de gemeente werden aanpassingen uitgevoerd in het kader van het mobiliteitsplan. Ondanks het feit dat we dit al eens aangekaart hebben op een vorige gemeenteraad stellen we vast dat er nog altijd verschillende problemen en tegenstrijdigheden zijn.

Enkele voorbeelden:

• Wegmarkering is in tegenstrijd met verkeersborden. Hoewel wegmarkeringen ondergeschikt zijn zorgen ze toch voor verwarring. 
  Bord van 30 en wegmarkering met 50 in Bierbeekstraat.
• Zichtbaarheid van verkeersbord is slecht. 
  Bord van 30 staat schuin achter gevel in Kerkstraat
• Verschillende verkeersborden staan opgesteld aan de linkerkant van de weg. Zijn deze borden rechtsgeldig? 
  Einde zone 30 op Maurits Noëstraat, Kasteelstraat en Stationsstraat.
• Verschillende verkeersborden werden te laag geplaatst waardoor ze niet wettelijk zijn. De normale minimale opstelhoogte is 1,5 meter (Standaardbestek | Wegen en verkeer)

Feiten en context

In toepassing van artikel 21 van het decreet lokaal bestuur werd dit punt op vraag van Open Vld, Tom Teck en An Geets aan de gemeenteraadsagenda van 19 december 2023 toegevoegd.

In het schepencollege van 03/10/2023 lazen we dat de aanvraag voor een spiegel op het kruispunt van de Oud-Heverleestraat en de Grezstraat werd geweigerd. Dit kruispunt is echter zeer gevaarlijk. Fietsers komen met hoge snelheid de helling uit het bos af. Een voertuig dat de Oud-Heverleestraat wil uitrijden moet met zijn voorkant deels op de Grezstraat rijden vooraleer hij deze fietsers kan zien. In het belang van de verkeersveiligheid is het absoluut noodzakelijk dat hier een spiegel geplaatst wordt.

Tijdens de gemeenteraad van november 2023 werd ons voorstel om de spiegel vooralsnog te plaatsen niet goedgekeurd. Om deze vraag extra te staven werden er deze keer foto’s aan toegevoegd om de onveilige situatie te illusteren (zie bijlagen).  Zelfs als een wagen volledig op de betonnen strook staat dan nog is het zicht beperkt. Een spiegel is daarom absoluut noodzakelijk om de zichtbaarheid en de verkeersveiligheid te verhogen. Het argument dat er slechts 6 huizen staan en dat de straat doodlopend is, is niet relevant omdat de situatie zeer onveilig is.

(We nodigen elk gemeenteraadslid uit om met de wagen in deze straat te rijden en er veilig uit te rijden. Gelieve niet te beslissen over dit punt als je dit niet zelf geprobeerd hebt.)

Feiten en context

In toepassing van artikel 21 van het decreet lokaal bestuur werd dit punt op vraag van Open Vld, Tom Teck en An Geets aan de gemeenteraadsagenda van 19 december 2023 toegevoegd.

Op 22/11/2023 werd op Karrewiet een reportage getoond over de gebouwen van de Chiro van Blanden. Er werden meerdere gebreken aangekaart (zie ook foto’s in bijlage):

• Lekkend dak
• Schimmel (tgv lekkend dak)
• Problemen met buitenschrijnwerk
• Geen/onvoldoende verwarming in de lokalen
• Ontbrekende ventilatie
• Aanwezigheid van ongedierte (binnen en buiten)
• Onveilige elektrische schakelaars en stopcontacten
• Keukenkraan stuk (geen/amper warm water)
• …

De gebouwen zijn eigendom van de gemeente. Volgens de gebruiksovereenkomst die werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 15/12/2020 moet de jeugdvereniging het gebouw beheren als een goede huisvader. De gemeente zou volgens artikel 5, twee maal per jaar een inspectie uitvoeren. Verschillende van de aangekaarte structurele gebreken vallen binnen de verantwoordelijkheid van de gemeente.

Een grotere algemene ondersteuning van de gemeente lijkt noodzakelijk. Zowel met knowhow als financieel kan de gemeente de jeugdvereniging helpen om de verschillende probleempunten aan te pakken.

Feiten en context

In toepassing van artikel 21 van het decreet lokaal bestuur werd dit punt op vraag van Open Vld, Tom Teck en An Geets aan de gemeenteraadsagenda van 19 december 2023 toegevoegd.

De Geschied- en heemkundige kring van Oud-Heverlee heeft op 21 november 2023 een voordracht georganiseerd over de activiteiten van DOVO.

Daarbij kwam achteraf het onderwerp aan bod in hoeverre het mogelijk is om de bevolking te verwittigen wanneer er munitie vernietigd wordt door het te laten ontploffen. De luide ploffen zorgen voor overlast zeker voor huisdieren zoals honden.

DOVO gaf aan dat er hierover blijkbaar al contacten waren geweest met de gemeente waarbij DOVO bereid is de tijdstippen van vernietiging van munitie door te geven aan de gemeente die deze informatie dan op de gemeentelijk website of facebook zou kunnen zetten.

Feiten en context

In toepassing van artikel 21 van het decreet lokaal bestuur werd dit punt op vraag van Open Vld, Tom Teck en An Geets aan de gemeenteraadsagenda van 19 december 2023 toegevoegd.

Voor het gebruik van de gemeentelijke informatieportieken om activiteiten aan te kondigen voorziet het huidige reglement dat die maximaal 6 maanden op voorhand en ten laatste 6 weken voor het event aangevraagd mogen worden.

Veel verenigingen hebben jaarlijks terugkerende activiteiten die lang op voorhand gekend zijn en om de administrative rompslomp te beperken voor onze  verenigingen die met vrijwilligers werken,  is het aangewezen om het huidge reglement ivm infoportieken, dat dateert van 2014, te wijzigen en toe te laten dat verenigingen het gebruik van de infoportieken 18 maanden op voorhand mogen aanvragen voor jaarlijks terugkerende activiteiten.

Activiteiten die op tijd opgenomen zijn in de UiT-agenda worden blijkbaar automatisch vermeld in het gemeentelijk informatieblaadje.

Vraag: 

Kan er bevestigd worden dat alle activiteiten van gemeentelijke verenigingen die op tijd in in de UiTagenda opgenomen ook automatisch in het gemeentelijk infoblaadje vermeld worden?

Feiten en context

In toepassing van artikel 21 van het decreet lokaal bestuur werd dit punt op vraag van Open Vld, Tom Teck en An Geets aan de gemeenteraadsagenda van 19 december 2023 toegevoegd.

Voor het gebruik van de gemeentelijke informatieportieken om activiteiten aan te kondigen voorziet het huidige reglement dat die maximaal 6 maanden op voorhand en ten laatste 6 weken voor het event aangevraagd mogen worden.

Veel verenigingen hebben jaarlijks terugkerende activiteiten die lang op voorhand gekend zijn en om de administrative rompslomp te beperken voor onze  verenigingen die met vrijwilligers werken,  is het aangewezen om het huidge reglement ivm infoportieken, dat dateert van 2014, te wijzigen en toe te laten dat verenigingen het gebruik van de infoportieken 18 maanden op voorhand mogen aanvragen voor jaarlijks terugkerende activiteiten.

Activiteiten die op tijd opgenomen zijn in de UiT-agenda worden blijkbaar automatisch vermeld in het gemeentelijk informatieblaadje.

Feiten en context

In toepassing van artikel 21 van het decreet lokaal bestuur werd dit punt op vraag van Open Vld, Tom Teck en An Geets aan de gemeenteraadsagenda van 19 december 2023 toegevoegd.

De De Betstraat in Haasrode, waar wekelijks alle leden van de scouts langs moeten, is dringend aan vernieuwing toe. In het verleden werden er al delen van de straat opgevuld met asfalt, maar hier zie je tegenwoordig niet veel meer van. De staat van deze weg is gevaarlijk voor zowel fietsers als automobilisten wat zeer duidelijk is op bijgaande foto’s (zie bijlagen).  

Feiten en context

In toepassing van artikel 21 van het decreet lokaal bestuur werd dit punt op vraag van Open Vld, Tom Teck en An Geets aan de gemeenteraadsagenda van 19 december 2023 toegevoegd.

Het nieuwe gebouw van de Stormvogels is heel recent opgeleverd en in gebruik genomen.
De totale kostprijs zal minstens 3.000.000 euro bedragen.

Daar dit een gebouw van de gemeente is, lijkt het logisch dat het ook kan gebruikt worden door andere lokale verenigingen van Oud-Heverlee, tegen de gangbare tarieven, indien dit verenigbaar is met de activiteiten van de Stormvogels. Bovendien is er een gebrek aan geschikte vergaderzalen voor lokale verenigingen in onze gemeente.

Het blijkt nu dat de gebouwen enkel gebruikt kunnen worden op maandag en dinsdag tot grote teleurstelling van een aantal lokale vereningen. Ook zijn verenigingen verplicht de drank af te nemen van de Stormvogels.

Vragen:

1. We begrijpen dat de gebouwen in eerste instantie voor de voetbalclub dienen, maar we vragen ons toch af of het gebruik van de gebouwen en de kantine overdag niet uitgebreid kan worden naar bijvoorbeeld ook op donderdag en vrijdag?
2. Kan het Schepencollege hieromtrent verder in overleg gaan met de Stormvogels?