De voorzitter opent de zitting op 25/10/2022 om 19:32.
De gemeenteraad neemt kennis van de ontwerpnotulen, opgesteld door de algemeen directeur, van de vorige vergadering van 27 september 2022.
De gemeenteraadsleden nemen er nota van dat tot het einde van de huidige vergadering opmerkingen kunnen gemaakt worden betreffende de redactie van de notulen.
Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet en uitvoeringsbesluiten.
Het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen.
Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen.
De omzendbrief van de Vlaamse regering KB/ABB 2019/4 van 3 mei 2019 betreffende de strategische meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus.
De omzendbrief van de Vlaamse regering KBBJ/ABB 2020/3 van 18 september 2020 over de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025.
De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/1 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee, goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 15 december 2020.
De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/2 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee, goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 26 oktober 2021.
De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/3 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee, goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 21 december 2021.
Het oorspronkelijk meerjarenplan 2020-2025 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee werd goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 17 december 2019. Het meerjarenplan vormt de basis voor het beleid gedurende 6 jaar. De eerste aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/1 werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 15 december 2020. De tweede aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/2 werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 oktober 2021. De derde aanpassing van het meerjarenplan werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 21 december 2021.
Omdat het vroegere jaarlijkse budget in het meerjarenplan geïntegreerd is moet het meerjarenplan minimaal jaarlijks aangepast worden om de kredieten van het volgende boekjaar vast te stellen. In dezelfde aanpassing kunnen ook de kredieten van het lopende boekjaar gewijzigd worden.
In deze aanpassing van het meerjarenplan worden de kredieten van 2022 aangepast. Waar nodig worden eveneens de ramingen voor 2023 tot en met 2025 aangepast.
De aanpassing van het meerjarenplan omvat de wijzigingen van de strategische nota, de aanpaste financiële nota, de aangepaste toelichting, de motivering van de wijzigingen en documentatie.
De gemeente en het OCMW hebben een geïntegreerd aangepast meerjarenplan, maar hebben elk hun eigen bevoegdheden voor de vaststelling ervan. Zowel de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn dienen eerst het eigen deel van het aangepaste meerjarenplan vast te stellen. Daarna kan de gemeenteraad het deel van het aangepaste meerjarenplan dat de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld, goedkeuren, waardoor de aanpassing definitief is vastgelegd.
Het managementteam heeft op 19 oktober 2022 gunstig advies uitgebracht over de ontwerp aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/ nr. 4 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee.
De ontwerp aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/ nr. 4 werd tevens goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen op 04 oktober 2022.
Artikel 1: De gemeenteraad stelt het aangepaste meerjarenplan 2020-2025/ nr. 4, zoals in bijlage toegevoegd, vast.
De aanpassing van het meerjarenplan bestaat uit volgende documenten:
Aanpassing strategische nota
Aanpassing financiële nota
Schema M1: het financiële doelstellingenplan
Schema M2: de staat van het financieel evenwicht
Schema M3: overzicht van de kredieten
Toelichting
Schema T1: Overzicht van ontvangsten en uitgaven naar functionele aard
Schema T2: Overzicht van ontvangsten en uitgaven naar economische aard
Schema T3: Investeringsprojecten
Schema T4: Overzicht van de evolutie van de financiële schulden
Financiële risico’s
Grondslagen en assumpties
Overzicht ramingsverschuivingen investeringen gemeente
Overzicht ramingsverschuivingen investeringen OCMW
Overzicht ramingsverschuivingen exploitatie gemeente
Overzicht ramingsverschuivingen exploitatie OCMW
Motivering van de wijzigingen
Documentatie
Organogram
Personeelsformatie
Overzicht beleidsdomeinen en beleidsvelden
Overzicht van de entiteiten die zijn opgenomen onder de financiële vaste activa
Overzicht jaarlijkse opbrengst per belastingsoort
Overzicht van de werkings- en investeringssubsidies
Overzicht van de doelstellingen, actieplannen en acties
Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet en uitvoeringsbesluiten.
Het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen.
Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen.
De omzendbrief van de Vlaamse regering KB/ABB 2019/4 van 3 mei 2019 betreffende de strategische meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus.
De omzendbrief van de Vlaamse regering KBBJ/ABB 2020/3 van 18 september 2020 over de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025.
De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/1 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee, goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 15 december 2020.
De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/2 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee, goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 26 oktober 2021.
De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/3 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee, goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 21 december 2021.
Het oorspronkelijk meerjarenplan 2020-2025 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee werd goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 17 december 2019. Het meerjarenplan vormt de basis voor het beleid gedurende 6 jaar. De eerste aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/1 werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 15 december 2020. De tweede aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/2 werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 oktober 2021. De derde aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/3 werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 21 december 2021.
Omdat het vroegere jaarlijkse budget in het meerjarenplan geïntegreerd is moet het meerjarenplan minimaal jaarlijks aangepast worden om de kredieten van het volgende boekjaar vast te stellen. In dezelfde aanpassing kunnen ook de kredieten van het lopende boekjaar gewijzigd worden.
In deze aanpassing van het meerjarenplan worden de kredieten van 2022 aangepast. Waar nodig worden eveneens de ramingen voor 2023 tot en met 2025 aangepast.
De aanpassing van het meerjarenplan omvat de wijzigingen van de strategische nota, de aanpaste financiële nota, de aangepaste toelichting, de motivering van de wijzigingen en documentatie.
De gemeente en het OCMW hebben een geïntegreerd aangepast meerjarenplan, maar hebben elk hun eigen bevoegdheden voor de vaststelling ervan. Zowel de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn dienen eerst het eigen deel van het aangepaste meerjarenplan vast te stellen. Daarna kan de gemeenteraad het deel van het aangepaste meerjarenplan dat de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld, goedkeuren, waardoor de aanpassing definitief is vastgelegd.
De raad voor maatschappelijk welzijn stelde in de zitting van 25 oktober 2022 de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/ nr. 4 vast.
Artikel 1: De gemeenteraad keurt de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/ nr. 4., zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn op 25 oktober 2022, goed.
Het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en de werking van de erkende erediensten, gewijzigd bij decreet van 6 juli 2012.
Het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 betreffende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 14 december 2012.
Het ministerieel besluit van 27 november 2006 betreffende de vaststelling van de modellen van de boekhouding van de eredienst, gewijzigd bij ministerieel besluit van 12 februari 2013.
De omzendbrief BB2013/1 van 1 maart 2013 betreffende de boekhouding van de eredienst.
Het decreet over het lokaal bestuur en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet en uitvoeringsbesluiten.
De beslissing van de gemeenteraad van 21 december 2021 betreffende de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/3 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee.
De beslissing van de gemeenteraad van 23 november 2021 betreffende de budgetten 2022 van de kerkfabrieken Sint-Jan-Evangelist, Sint-Joris en Onze-Lieve-Vrouw.
De beslissing van de gemeenteraad van 25 januari 2022 betreffende de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/1 van de kerkfabriek Sint-Jan-Evangelist.
De beslissing van de gemeenteraad van 27 september 2022 betreffende de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/1 van de kerkfabriek Sint-Joris.
De beslissing van de gemeenteraad van 17 december 2019 betreffende het meerjarenplan 2020-2025 van de kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw Haasrode
De beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 21 juni 2022 betreffende de aanvraag door de kerkfabriek Sint-Anna en Sint-Magdalena van investeringstoelage i.k.v. kredietverschuiving.
Het centraal kerkbestuur van Oud-Heverlee heeft op 8 september 2022 de budgetwijzigingen ingediend van de kerkfabrieken Sint-Jan-Evangelist te Blanden, Sint-Joris te Sint-Joris-Weert en Onze-Lieve-Vrouw te Haasrode.
De gemeenteraad dient advies uit te brengen met betrekking tot de wijzigingen van de budgetten van de kerkfabrieken binnen een termijn van 50 dagen.
De ingediende budgetwijziging voor het jaar 2022 van het kerkbestuur Sint-Jan-Evangelist heeft betrekking op een interne kredietaanpassing in de exploitatie en de actualisering van de niet gebruikte investeringsbudgetten (overdracht van 2021)
Bij de vorige beslissingen van de gemeenteraad ivm het meerjarenplan en de budgetten van het kerkbestuur Sint-Jan-Evangelist werd de opmerking gemaakt dat de Z-waarde niet correct is. In de huidige budgetwijziging werd de correctie i.v.m. de renteloze lening nog steeds niet opgenomen.
De ingediende budgetwijziging voor het jaar 2022 van het kerkbestuur Sint-Joris heeft betrekking op de actualisering van de niet gebruikte investeringsbudgetten (overdracht van 2021).
Het college van burgemeester en schepenen besliste in de zitting van 21 juni 2022, conform punt 4.1 van de afsprakennota 2020-2025 tussen de kerkfabrieken en de gemeente Oud-Heverlee, een verschuiving van investeringskredieten toe te staan tussen de kerkfabriek Sint-Joris en de kerkfabriek Sint-Anna en Sint-Magdalena.
In de budgetwijziging 2022 bedragen de investeringsuitgaven en -ontvangsten in totaal 109.472,12 euro ipv het saldo van 129.472,12 euro van de jaarrekening 2021. Dit is te verklaren door de verschuiving van 20.000 euro naar de kerkfabriek Sint-Anna en Sint-Magdalena
De ingediende budgetwijziging voor het jaar 2022 van het kerkbestuur Onze-Lieve-Vrouw heeft betrekking op een verhoging van de gemeentelijk toelage in de exploitatie en de actualisering van de niet gebruikte investeringsbudgetten (overdracht van 2021). Het budget voor exploitatie van 2022 is gestegen met 11.861 euro omwille van de verhoging van de budgetten voor de energie en kleine verhogingen voor het onderhoud van de parochiezaal, de onroerende voorheffing op landbouwgronden en voor lasten van stichtingen.
Het representatief orgaan heeft op 11 augustus 2022 een gunstig advies verleend voor de budgetwijzigingen van 2022.
exploitatietoelage | Meerjarenplan 2022 |
Origineel budget 2022 |
wijziging | Totaal |
Sint-Jan-Evangelist |
23.699,25 | 11.300,89 | 0,00 | 11.300,89 |
Sint-Joris |
1.158,70 | 0,00 | 0,00 | 0,00 |
Onze-Lieve-Vrouw * | 17.610,83 | 22.546,40 | 11.861,00 | 34.407,40 |
Totaal | 42.468,78 | 33.847,29 | 11.861,00 | 45.708,29 |
investeringstoelage | Meerjarenplan 2022 |
Origineel budget 2022 |
wijziging | Totaal |
Sint-Jan-Evangelist | 67.911,00 | 67.911,00 | 109.693,00 | 177.604,00 |
Sint-Joris | 109.472,12 | 0,00 | 109.472,12 | 109.472,12 |
Onze-Lieve-Vrouw * | 22.324,00 | 22.324,00 | 32.483,41 | 54.807,41 |
Totaal | 199.707,12 | 90.235,00 | 251.648,53 | 341.883,53 |
* 90% van de exploitatie- en de investeringstoelage is ten laste van de gemeente Oud-Heverlee, 10% is ten laste van de stad Leuven. Voor Oud-Heverlee geeft dit een exploitatietoelage van 30.966,66 euro en een investeringstoelage van 49.326,67 euro.
De gemeentelijke toelagen blijven binnen de grenzen van de bijdragen opgenomen in het door de gemeenteraad (aangepast) meerjarenplan 2020-2025 van het kerkbestuur Sint-Joris te Sint-Joris-Weert en Sint-Jan-Evangelist te Blanden.
De exploitatietoelage van het kerkbestuur Onze-Lieve-Vrouw te Haasrode bevindt zich niet binnen de grenzen van het meerjarenplan 2020-2025.
MJP000523 Toegestane werkingssubsidies aan verenigingen - exploitatietoelage kerkfabriek Haasrode zal bij de eerstvolgende meerjarenplanaanpassing verhoogd worden met 10.674,90 euro (90% van de verhoging van 11.861,00 euro)
Artikel 1: De gemeenteraad keurt de budgetwijzigingen 2022 van de kerkfabrieken Sint-Joris te Sint-Joris-Weert, Sint-Jan-Evangelist te Blanden en Onze-Lieve-Vrouw te Haasrode goed.
Artikel 2: Bij de opmaak van de budgetwijziging 2023 dient de Z-waarde van het kerkbestuur Sint-Jan-Evangelist aangepast te worden.
Artikel 3: De gemeenteraad neemt akte van het actieplan energiebesparing van de kerkfabrieken.
Het decreet over het lokaal bestuur en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet en uitvoeringsbesluiten.
Het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en de werking van de erkende erediensten, gewijzigd bij decreet van 6 juli 2012.
Het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 betreffende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 14 december 2012.
Het ministerieel besluit van 27 november 2006 betreffende de vaststelling van de modellen van de boekhouding van de eredienst, gewijzigd bij ministerieel besluit van 12 februari 2013.
De omzendbrief BB2013/1 van 1 maart 2013 betreffende de boekhouding van de eredienst.
De beslissing van de gemeenteraad van 21 december 2021 betreffende de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/3 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee.
De beslissing van de gemeenteraad van 17 december 2019 betreffende het meerjarenplan 2020-2025 van de kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw te Haasrode
De gemeenteraadsbeslissing van 17 december 2019 betreffende goedkeuring van het meerjarenplan 2020-2025 van de kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw te Haasrode. Voor het jaar 2023 werd vastgesteld: een exploitatietoelage van 18.017,83 euro en een investeringstoelage van 21.000,00 euro. 90% is ten laste van de gemeente Oud-Heverlee en 10% ten laste van de stad Leuven. Voor Oud-Heverlee geeft dit de volgende cijfers: 16.216,05 euro exploitatietoelage en 18.900,00 euro investeringstoelage.
Het centraal kerkbestuur van Oud-Heverlee heeft op 19 september 2022 het budget 2023 ingediend van de kerkfabrieken Onze-Lieve-Vrouw en Sint-Joris.
De gemeenteraad dient zich over het budget van de kerkfabriek uit te spreken binnen een termijn van vijftig dagen, die ingaat op de dag na het inkomen van het budget bij de gemeente.
De gemeentelijke exploitatie- en investeringstoelagen bedragen voor de kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw respectievelijk 21.867,34 euro en 21.840,00 euro. De exploitatie- en investeringstoelagen bevinden zich niet binnen de grenzen van het meerjarenplan 2020 - 2025.
In de beleidsnota wordt verhoging van de exploitatietoelage verklaard door:
- Enerzijds worden de catecheselokalen en parochiezaal van Haasrode niet meer verhuurd aan de Vereniging voor Parochiale Werken. De kerkfabriek neemt de uitbating nu in eigen beheer. Hierdoor dalen de ontvangsten van langdurige gebruiksovereenkomsten die met de VPW waren afgesloten. De kerkfabriek zal zelf de zaal verhuren, maar heeft daarvoor voorlopig geen bedrag aan huurinkomsten ingeschreven. Deze zullen er echter wellicht wel zijn, waardoor de exploitatietoelage van de gemeente lager kan uitvallen.
- Anderzijds zullen in de kerk van Haasrode wekelijkse vieringen worden gehouden ipv tweewekelijks. Dit betekent dat de kosten voor de erediensten en het gebruik van het gebouw zullen vermeerderen.
- Bijkomend werden de uitgaven voor de nutsvoorzieningen van de kerk, de parochiezaal en de pastorie bijna verdubbeld.
De verhoging van de investeringstoelage voor het sanitair blok voor de kerk wordt verklaard door een verhoging van 4% van het voorziene bedrag in het meerjarenplan omwille van de stijgende kosten in de bouw.
kerkfabriek | gemeentelijke exploitatie-toelage meerjarenplan |
gemeentelijke exploitatie-toelage budget 2023 |
gemeentelijke investerings-toelage meerjarenplan |
gemeentelijke investerings-toelage budget 2023 |
Onze-Lieve-Vrouw | 18.017,83* | 21.867,34* | 21.000,00* | 21.840,00* |
*90% van de exploitatie- en de investeringstoelage is ten laste van de gemeente Oud-Heverlee, 10% is ten laste van de stad Leuven. Voor Oud-Heverlee geeft dit een exploitatietoelage van 19.680,61 euro en een investeringstoelage van 19.656,00 euro.
Meerjarenplannummer MJP000523 Toegestane werkingssubsidies aan verenigingen - exploitatietoelage kerkfabriek Haasrode wordt bij de eerstvolgende meerjarenplanaanpassing verhoogd met 3.464,56 euro van 16.216,05 euro naar 19.680,61 euro.
Artikel 1: De gemeenteraad keurt van het budget 2023 van de kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw te Haasrode goed.
Artikel 2: Een afschrift van dit besluit wordt overgemaakt aan de provinciegouverneur, het erkend representatief orgaan en het centraal kerkbestuur.
Artikel 3: De gemeenteraad neemt akte van het actieplan energiebesparing van de kerkfabrieken.
Het decreet over het lokaal bestuur en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet en uitvoeringsbesluiten.
Het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en de werking van de erkende erediensten, gewijzigd bij decreet van 6 juli 2012.
Het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 betreffende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 14 december 2012.
Het ministerieel besluit van 27 november 2006 betreffende de vaststelling van de modellen van de boekhouding van de eredienst, gewijzigd bij ministerieel besluit van 12 februari 2013.
De omzendbrief BB2013/1 van 1 maart 2013 betreffende de boekhouding van de eredienst.
De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/3 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee, goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 21 december 2021.
De beslissing van de gemeenteraad van 25 januari 2022 betreffende de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/1 van het kerkbestuur Sint-Jan-Evangelist.
De gemeenteraad keurde in de zitting van 25 januari 2022 de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/1 van de kerkfabriek Sint-Jan-Evangelist te Blanden goed. Voor het jaar 2023 werd vastgesteld: een exploitatietoelage van 24.086,93 euro en een investeringstoelage van 5.000,00 euro.
Het centraal kerkbestuur van Oud-Heverlee heeft op 23 september 2022 het budget 2023 ingediend van de kerkfabrieken Sint-Jan-Evangelist en Sint-Anna & Sint-Magdalena bij het gemeentebestuur.
De gemeenteraad dient zich over het budget van de kerkfabriek uit te spreken binnen een termijn van vijftig dagen, die ingaat op de dag na het inkomen van het budget bij de gemeente.
De gemeentelijke exploitatie- en investeringstoelagen bedragen voor de kerkfabriek Sint-Jan-Evangelist respectievelijk 12.696,90 euro en 5.000,00 euro. De toelagen bevinden zich binnen de grenzen van het meerjarenplan 2020-2025.
Het erkend representatief orgaan gaf gunstig advies op 20 september 2022.
De beleidsnota vermeldt:
Bij het opstellen van het budget 2023 werd voor het gebruik van de parochiekerk de raming van de opbrengst gehalveerd en de andere ontvangsten geïndexeerd. Aan de uitgavenzijde werd een indexering van 1,5% toegepast. De investeringen werden in overeenstemming gebracht met het meerjarenplan, na de meerjarenplanwijziging van 25 januari 2022.
De jaarrekening 2021 van het kerkbestuur Sint-Jan-Evangelist te Blanden werd tijdens de gemeenteraadszitting van 26 april 2022 gunstig geadviseerd, maar met de opmerking dat er geen rekening was gehouden met de kanttekening van de gemeenteraad dd 23 november 2021 betreffende het budget en de budgetwijziging van 2022, nl:
Het bedrag vermeld onder MAR 459, m.n. 9.158,21 euro dient opgesplitst te worden als volgt:
- 50.841,79 euro gemeentelijke toelage onder MAR 3100;
- 60.000,00 euro terugbetaling renteloze lening - andere financiering onder MAR 459.
Dit heeft als gevolg dat de Z-waarde een tekort in de investeringen vertoond.
De aangevraagde toelagen van de kerkfabriek worden weergegeven in onderstaande tabel.
kerkfabriek | gemeentelijke exploitatie-toelage 2023 oorspr. meerjarenplan |
gemeentelijke exploitatie-toelage budget 2023 |
gemeentelijke investerings-toelage 2023 meerjarenplan/1 |
gemeentelijke investerings-toelage budget 2023 |
Sint-Jan-Evangelist | 24.086,93 | 12.696,90 | 5.000,00 | 5.000,00 |
De Z-waarde bij het budget 2022 bedraagt -47.685,88 euro. In de budgetwijziging van 2022 werd de correctie i.v.m. de renteloze lening niet opgenomen. Bijgevolg dient bij de eerstvolgende budgetwijziging van 2023 de Z-waarde gecorrigeerd te worden.
Artikel 1: De gemeenteraad keurt het budget 2023 van de kerkfabriek Sint-Jan-Evangelist te Blanden goed, maar met de opmerking dat bij de eerstvolgende budgetwijziging van 2023 de Z-waarde dient aangepast te worden.
Artikel 2: Een afschrift van dit besluit wordt overgemaakt aan de provinciegouverneur, het erkend representatief orgaan en het centraal kerkbestuur.
Artikel 3: De gemeenteraad neemt akte van het actieplan energiebesparing van de kerkfabrieken.
Het decreet over het lokaal bestuur en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet en uitvoeringsbesluiten.
Het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en de werking van de erkende erediensten, gewijzigd bij decreet van 6 juli 2012.
Het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 betreffende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 14 december 2012.
Het ministerieel besluit van 27 november 2006 betreffende de vaststelling van de modellen van de boekhouding van de eredienst, gewijzigd bij ministerieel besluit van 12 februari 2013.
De omzendbrief BB2013/1 van 1 maart 2013 betreffende de boekhouding van de eredienst.
De beslissing van de gemeenteraad van 21 december 2021 betreffende de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/3 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee.
De beslissing van de gemeenteraad van 27 december 2022 betreffende de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/1 van de kerkfabriek Sint-Joris.
Het centraal kerkbestuur van Oud-Heverlee heeft op 19 september 2022 het budget 2023 ingediend van de kerkfabrieken Onze-Lieve-Vrouw en Sint-Joris.
De gemeenteraad dient zich over het budget van de kerkfabriek uit te spreken binnen een termijn van vijftig dagen, die ingaat op de dag na het inkomen van het budget bij de gemeente.
De gemeenteraad heeft in zitting van 27 september 2022 de wijziging van het meerjarenplan 2020-2025/1 van de kerkfabriek Sint-Joris te Sint-Joris-Weert aangepast. Voor het jaar 2023 werd een exploitatietoelage van 1.182,14 euro en een investeringstoelage van 20.000,00 euro vastgesteld.
In het budget 2023 zijn geen gemeentelijke exploitatietoelagen voor de kerkfabriek te betalen. De gemeentelijke investeringstoelagen bedragen 149.472,12 euro. De investeringstoelage bevindt zich niet binnen de grenzen van het opgelegde meerjarenplan 2020 - 2025/1.
De beleidsnota vermeldt:
Voor de opstelling van het budget 2023 werd voor alle posten vertrokken van de bedragen opgenomen in het meerjarenplan. Er werd rekening gehouden met de huurontvangsten van het aangekochte privaat patrimonium en de kosten m.b.t de afspraken daaromtrent. Langs de uitgavenzijde werd een verhoging toegepast van 50% voor energiekosten gezien de situatie op de energiemarkt. Deze verhoging werd voor wat betreft de pastorie ook doorgetrokken bij de ontvangsten, aangezien deze kosten (gedeeltelijk) doorgerekend worden aan de huurder. Qua investeringen herneemt het budget de bedragen voorzien in het gewijzigd meerjarenplan (terugkeer van de overdracht van 20.000 euro naar de kerkfabriek Sint-Anna en Sint-Magdalena).
De aangevraagde toelagen van de kerkfabriek worden weergegeven in onderstaande tabel.
kerkfabriek | gemeentelijke exploitatie-toelage meerjarenplan |
gemeentelijke exploitatie-toelage budget 2023 |
gemeentelijke investerings-toelage meerjarenplan |
gemeentelijke investerings-toelage budget 2023 |
Sint-Joris | 1.182,14 | 0,00 | 20.000,00 | 149.472,12 |
Het saldo van de investeringsontvangsten en -uitgaven van de voorgaande jaren werd bij budgetwijziging 2022 overgezet van het boekjaar 2021 naar het boekjaar 2022. Om een dubbel bedrag te vermijden worden deze saldi beter niet opgenomen in het budget 2023.
De budgetten worden bijgevolg als volgt aangepast:
investeringsontvangsten 2023 | Wijziging meerjarenplan 1 |
Opgelegd Meerjarenplan |
oorspronkelijk budget 2023 |
aangepast budget 2023 |
3100 toelage eredienst 3100 toelage hoofdgebouw eredienst 3120 toelage woning bedienaar eredienst 320 verkopen meubelen en kantoormachines 322 toelage bestuur van de eredienst |
1.250,00 119.472,12 27.500,00 1.250,00 0,00 |
0,00 20.000,00 0,00 0,00 0,00 |
1.250,00 119.472,12 27.500,00 0,00 1.250,00 |
0,00 20.000,00 0,00 0,00 0,00 |
149.472,12 | 20.000,00 | 149.472,12 | 20.000,00 |
investeringsuitgaven 2023 | Wijziging meerjarenplan 1 |
Opgelegd Meerjarenplan |
oorspronkelijk budget 2023 |
aangepast budget 2023 |
400 aankopen meubelen en installaties 4100 grote herstellingen hoofdgebouw eredienst 4120 grote herstellingen woning bedienaar eredienst 420 aankopen meubelen en kantoormachines |
1.250,00 119.472,12 27.500,00 1.250,00 |
0,00 20.000,00 0,00 0,00 |
1.250,00 119.472,12 27.500,00 1.250,00 |
0,00 20.000,00 0,00 0,00 |
149.472,12 | 20.000,00 | 149.472,12 | 20.000,00 |
Artikel 1: De gemeenteraad past het budget 2023 aan van de kerkfabriek Sint-Joris te Sint-Joris-Weert als volgt:
investeringsontvangsten 2023 | Wijziging meerjarenplan 1 |
Opgelegd Meerjarenplan |
oorspronkelijk budget 2023 |
aangepast budget 2023 |
3100 toelage eredienst 3100 toelage hoofdgebouw eredienst 3120 toelage woning bedienaar eredienst 320 verkopen meubelen en kantoormachines 322 toelage bestuur van de eredienst |
1.250,00 119.472,12 27.500,00 1.250,00 0,00 |
0,00 20.000,00 0,00 0,00 0,00 |
1.250,00 119.472,12 27.500,00 0,00 1.250,00 |
0,00 20.000,00 0,00 0,00 0,00 |
149.472,12 | 20.000,00 | 149.472,12 | 20.000,00 |
investeringsuitgaven 2023 | Wijziging meerjarenplan 1 |
Opgelegd Meerjarenplan |
oorspronkelijk budget 2023 |
aangepast budget 2023 |
400 aankopen meubelen en installaties 4100 grote herstellingen hoofdgebouw eredienst 4120 grote herstellingen woning bedienaar eredienst 420 aankopen meubelen en kantoormachines |
1.250,00 119.472,12 27.500,00 1.250,00 |
0,00 20.000,00 0,00 0,00 |
1.250,00 119.472,12 27.500,00 1.250,00 |
0,00 20.000,00 0,00 0,00 |
149.472,12 | 20.000,00 | 149.472,12 | 20.000,00 |
Artikel 2: Een afschrift van dit besluit wordt overgemaakt aan de provinciegouverneur, het erkend representatief orgaan en het centraal kerkbestuur.
Artikel 3: De gemeenteraad neemt akte van het actieplan energiebesparing van de kerkfabrieken.
Het decreet over het lokaal bestuur en uitvoeringsbesluiten.
Het bestuursdecreet en uitvoeringsbesluiten.
Het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en de werking van de erkende erediensten, gewijzigd bij decreet van 6 juli 2012.
Het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 betreffende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 14 december 2012.
Het ministerieel besluit van 27 november 2006 betreffende de vaststelling van de modellen van de boekhouding van de eredienst, gewijzigd bij ministerieel besluit van 12 februari 2013.
De omzendbrief BB2013/1 van 1 maart 2013 betreffende de boekhouding van de eredienst.
De beslissing van de gemeenteraad van 17 december 2019 betreffende de aanpassing van het door de kerkfabriek Sint-Anna en Sint-Magdalena ingediende meerjarenplan 2020-2025.
De beslissing van de gemeenteraad van 30 juni 2020 tot het niet goedkeuren van de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 van de kerkfabriek Sint-Anna en Sint-Magdalena.
De beslissing van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant van 09 september 2020 tot het niet inwilligen van het beroep van de kerkfabriek Sint-Anna en Sint-Magdalena tegen de gemeenteraadsbeslissing van 30 juni 2020.
De beslissing van de gemeenteraad van 21 december 2021 betreffende de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/3 van het lokaal bestuur Oud-Heverlee.
De beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 21 juni 2022 betreffende de aanvraag door de kerkfabriek Sint-Anna en Sint-Magdalena van investeringstoelage i.k.v. kredietverschuiving.
De beslissing van de gemeenteraad van 27 september 2022 betreffende de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025/2 van de kerkfabriek Sint-Anna en Sint-Magdalena.
De gemeenteraad besliste in de zitting van 27 september 2022 het ingediende meerjarenplan 2020-2025/2 van de kerkfabriek Sint-Anna te Oud-Heverlee en Sint-Magdalena te Vaalbeek aan te passen. Voor het jaar 2023 werd de exploitatietoelage gewijzigd van 46.165,75 euro naar 44.628,25 euro. De investeringstoelage werd vastgesteld voor 20.000,00 euro.
Het centraal kerkbestuur van Oud-Heverlee heeft op 23 september 2022 het budget 2023 ingediend van de kerkfabrieken Sint-Jan-Evangelist en Sint-Anna & Sint-Magdalena.
De gemeenteraad dient zich over het budget van de kerkfabriek uit te spreken binnen een termijn van vijftig dagen, die ingaat op de dag na het inkomen van het budget bij de gemeente.
De gemeentelijke exploitatie- en investeringstoelagen bedragen voor de kerkfabriek Sint-Anna en Sint-Magdalena respectievelijk 54.603,00 euro en 20.000,00 euro. De exploitatietoelagen bevinden zich niet binnen de grenzen van het opgelegde meerjarenplan 2020 - 2025.
De beleidsnota vermeldt:
Voor de opstelling van het budget 2023 werd voor alle posten vertrokken van de bedragen opgenomen in het budget 2022 en het meerjarenplan, getoetst aan de reële inkomsten en uitgaven in 2021 en 2022. Globaal liggen de ontvangsten hoger dan in het budget 2022 en het meerjarenplan; ook de uitgaven liggen iets hoger dan in het budget 2022 en het meerjarenplan.
De ontvangsten voor gebouwen van de eredienst, inclusief de vernieuwde pastorie worden hoger ingeschat op basis van de lopende huurcontracten. De pachten gaan omlaag omdat een deel van de gronden in het privaat patrimonium werden verkocht om de afwerking van de restauratie van de pastorie te kunnen pré-financieren. De belangrijkste verhoging van de uitgaven voor de gebouwen van de eredienst zit in de energiekosten voor de kerk en de kosten voor onderhoud en energie van de pastorie. De kosten voor het privaat patrimonium worden lager ingeschat dan het budget 2022 en het meerjarenplan omdat een deel van de gronden werden verkocht. Bij de financiering werd naast de kapitaalaflossing van de lening, een eerste terugbetaling van de renteloze lening vanuit de private fondsen van de kerkfabriek voorzien.
De aangevraagde toelagen van de kerkfabriek worden weergegeven in onderstaande tabel.
kerkfabriek | oorspronkelijke gemeentelijke exploitatietoelage meerjarenplan (ingediend door KF in 2019) |
gewijzigde gemeentelijke exploitatietoelage meerjarenplan (wijziging MJP/1 KF)* |
opgelegde gemeentelijke exploitatietoelage meerjarenplan (GR-beslissing 17/12/2019) |
gemeentelijke exploitatietoelage budget KF 2023 |
Sint-Anna | 50.066,39 | 46.165,75 | 44.628,25 | 54.603,00 |
* niet goedgekeurd door gemeenteraad 30 juni 2020.
kerkfabriek | oorspronkelijke investeringstoelage in meerjarenplan (ingediend door KF in 2019) |
gemeentelijke investeringstoelage meerjarenplan (wijziging MJP/2 KF) |
opgelegde gemeentelijke investeringstoelage meerjarenplan (GR-beslissing 27/09/2022) |
gemeentelijke investeringstoelage budget 2023 |
Sint-Anna | 40.000,00 | 20.000,00 | 20.000,00 | 20.000,00 |
Artikel 1: De gemeenteraad keurt het budget 2023 goed van de kerkfabriek Sint-Anna te Oud-Heverlee en Sint-Magdalena te Vaalbeek.
Artikel 2: Een afschrift van dit besluit wordt overgemaakt aan de provinciegouverneur, het erkend representatief orgaan en het centraal kerkbestuur.
Artikel 3: De gemeenteraad neemt akte van het actieplan energiebesparing van de kerkfabrieken.
Decreet lokaal bestuur art. 218. §2.
De algemeen directeur - in overleg met het managementteam – is verantwoordelijk voor de organisatiebeheersing en dient hierover jaarlijks te rapporteren.
Het algemene kader van het organisatiebeheersingssysteem en de elementen daarin die raken aan de rol en de bevoegdheden van de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn zijn onderworpen aan de goedkeuring van de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn.
De algemeen directeur kan het beheer, de uitvoering en de opvolging toevertrouwen aan een medewerker.
Maandelijks wordt aan het MAT gerapporteerd over
Algemeen directeur rapporteert jaarlijks aan het bestuur (College van Burgemeester en Schepenen, Vast Bureau, Gemeenteraad en OCMW-raad).
Artikel 1: De gemeenteraad neemt kennis van de rapportering organisatiebeheersing opgesteld door de algemeen directeur:
- vastgelegde acties en maatregelen
Het decreet lokaal bestuur, alinea 3 van artikel 432, waarbij bepaald wordt dat de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger dient te worden herhaald voor elke algemene vergadering.
De gemeente Oud-Heverlee is voor één of meerdere activiteiten aangesloten bij de opdrachthoudende vereniging Riobra.
De gemeente Oud-Heverlee werd per aangetekend schrijven, met bijlagen, opgeroepen om deel te nemen aan de Buitengewone Algemene Vergadering van Riobra die op 19 december 2022 plaatsvindt in “Fluvius gebouw te Lubbeek - Diestsesteenweg 126, 3210 Lubbeek” om 18.00 uur.
Momenteel kunnen we niet inschatten in welke richting COVID-19 zal evolueren en wat de impact hiervan zal zijn op het fysiek houden van de Buitengewone Algemene Vergadering. Desgevallend kan overgegaan worden tot het houden van een digitale vergadering indien dit noodzakelijk mocht blijken.
Artikel 1: De gemeenteraad besluit zijn goedkeuring te geven aan de volgende agenda van de Buitengewone Algemene Vergadering van de opdrachthoudende vereniging Riobra van 19 december 2022:
1. Bespreking in het kader van artikel 432 van het Vlaams decreet lokaal bestuur van de te ontwikkelen activiteiten en de te volgen strategie voor het boekjaar 2023 alsook van de door de Raad van Bestuur opgestelde begroting 2023.
2. Vaststelling van de uitkering overeenkomstig artikel 6:114 en volgende WVV.
3. (Neven)activiteiten – Aanvaarding wijziging deelnemerschap.
4. Statutaire benoemingen.
5. Statutaire mededelingen.
Artikel 2: De gemeenteraad besluit om de heer Patrice Lemaître, gemeenteraadslid, aan te duiden als vertegenwoordiger die fysiek dan wel digitaal zal deelnemen aan de Buitengewone Algemene Vergadering van Riobra van 19 december 2022 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden) en op te dragen zijn/haar stemgedrag af te stemmen op de beslissingen genomen in de gemeenteraad van heden inzake voormeld artikel 1 van onderhavige beslissing.
Artikel 3: De gemeenteraad besluit om het college van burgemeester en schepenen te gelasten met de uitvoering van voormelde beslissingen en onder meer kennisgeving hiervan te verrichten aan de opdrachthoudende vereniging Riobra, ter attentie van het secretariaat (in pdf-versie), uitsluitend op het e‑mailadres vennootschapssecretariaat@fluvius.be .
Het decreet lokaal bestuur.
De gemeenteraadsbeslissing van 28 april 2020 betreffende de aanduiding van de vertegenwoordiger voor de algemene vergaderingen en bepaling van het mandaat.
De statuten van TMVS div.
De brief van 27 september 2022 voor de Buitengewone Algemene Vergadering van TMVS div op 13 december 2022. De vergadering zal fysiek plaatsvinden met digitale inbelmogelijkheid via ZOOM.
De gemeente Oud-Heverlee is sedert 1 februari 2019 toegetreden tot TMVS div, met CREAT als werk- en merknaam.
TMVS biedt expertise rond aankoop, zodanig dat de wetgeving op overheidsopdrachten wordt gebundeld met interessante aankoopvolumes naar de publieke actoren toe, met als doel de focus op eigen complexe technisch-administratieve en maatschappelijke opdrachten.
Artikel 1: De gemeenteraad beslist goedkeuring te verlenen aan alle punten op de agenda van de Buitengewone Algemene Vergadering TMVS dv van 13 december 2022 en de daarbij behorende documentatie nodig voor het onderzoek van de agendapunten :
Varia
Artikel 2: De gemeenteraad draagt Mattias Bouckaert, vertegenwoordiger op om namens het bestuur alle akten en bescheiden met betrekking tot de Buitengewone Algemene Vergadering van TMVS dv vastgesteld op 13 december 2022, te onderschrijven en zijn stemgedrag af te stemmen op het in de beslissing van de gemeenteraad van heden bepaalde standpunt met betrekking tot de agendapunten van voormelde algemene vergadering.
Artikel 3: Een afschrift van dit besluit zal :
gestuurd worden.
Het decreet lokaal bestuur, meer bepaald artikel 432, alinea 3, waarbij bepaald wordt dat de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger dient te worden herhaald voor elke algemene vergadering.
De gemeente Oud-Heverlee is aangesloten bij Fluvius Opdrachthoudende vereniging.
Bij aangetekend schrijven werd de gemeente Oud-Heverlee opgeroepen om deel te nemen aan de Buitengewone Algemene Vergadering van Fluvius Opdrachthoudende Vereniging die zal plaatsvinden op 7 december 2022 om 18.30 uur. Omwille van de zeer beperkte agenda en de geografische spreiding van de diverse deelnemende gemeenten wordt deze Buitengewone Algemene Vergadering op digitale wijze gehouden.
Artikel 1: De gemeenteraad besluit om goedkeuring te hechten aan de agenda van de Buitengewone Algemene Vergadering van Fluvius Opdrachthoudende Vereniging van 7 december 2022 met als agendapunten:
Artikel2: De gemeenteraad van Oud-Heverlee besluit om Adinda Claessen aan te duiden als vertegenwoordiger voor de digitale Buitengewone Algemene Vergadering van Fluvius Opdrachthoudende Vereniging op 7 december 2022 en betrokken vertegenwoordiger op te dragen haar stemgedrag af te stemmen op de beslissingen genomen in de gemeenteraad van heden inzake voormeld artikel 1 van onderhavige beslissing.
Artikel 3: De gemeenteraad besluit om het college van burgemeester en schepenen te gelasten met de uitvoering van voormelde beslissing en ze onder meer ter kennis te brengen aan Fluvius Opdrachthoudende Vereniging.
Het decreet lokaal bestuur, alinea 3 van artikel 432, waarbij bepaald wordt dat de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger dient te worden herhaald voor elke algemene vergadering.
Energiedecreet van 8 mei 2009.
De gemeente Oud-Heverlee is voor één of meerdere activiteiten aangesloten bij de opdrachthoudende vereniging PBE.
De gemeente Oud-Heverlee werd per aangetekend schrijven, met bijlagen, opgeroepen om deel te nemen aan de Buitengewone Algemene Vergadering van PBE die op 22 december 2022 plaatsvindt in “Fluvius gebouw te Lubbeek - Diestsesteenweg 126, 3210 Lubbeek” om 18.00 uur.
Momenteel voorzien we een fysieke bijeenkomst maar we kunnen niet inschatten in welke richting COVID-19 zal evolueren en wat de impact hiervan zal zijn op het effectief fysiek houden van de vergadering. Afhankelijk van de evolutie van COVID-19, de richtlijnen van het Agentschap Binnenlands Bestuur en de federale regelgeving, voorzien we toch ook in de mogelijkheid dat deze vergadering digitaal zou kunnen gehouden worden.
Het eerste agendapunt handelt over de realisatie van het datanetwerk van de toekomst in Vlaanderen (het dossier Tramontana).
In het artikel 3.2 van de statuten van PBE wordt in het voorwerp voorzien dat de Opdrachthoudende vereniging bevoegd is voor o.m. “het aanleggen, het exploiteren en het beschikbaar stellen van elektronische-communicatienetwerken en installaties alsook voor het vervoer van signalen langs deze elektronische-communicatienetwerken”.
Gelet op het artikel 3 voorlaatste alinea van de statuten van de Opdrachthoudende vereniging PBE waarin opgenomen is dat de Opdrachthoudende vereniging ten behoeve van haar deelnemers haar voorwerp ook mag verwezenlijken door samenwerking met andere rechtspersonen waar zij al dan niet kan in deelnemen met naleving van de bepalingen van het Decreet Lokaal Bestuur.
PBE doet voor de uitvoering van haar activiteiten en de daarmee verband houdende openbaredienstverplichtingen een beroep op de exploitatiemaatschappij Fluvius System Operator cv met zetel te Brusselsesteenweg 199, 9090 Melle.
Fluvius System Operator cv en Telenet BV hebben op 18 juli 2022 een bindend akkoord bereikt om samen het datanetwerk van de toekomst (met inbegrip van de fiber-to-the-home-technologie) in Vlaanderen te realiseren. De twee bedrijven zullen met dat doel een dochteronderneming (werknaam NetCo) uitbouwen die financieel en operationeel zelfstandig zal zijn.
Het datanetwerk van de toekomst zal:
De stad/gemeente is overtuigd dat de toegang van iedere burger en bedrijf tot kwaliteitsvolle en snelle dataverbindingen van cruciaal belang is. De stad/gemeente wenst op haar grondgebied maximaal in te zetten op het vlak van connectiviteit en het datanetwerk van de toekomst uit te bouwen via hoofdzakelijk een fiber-to-the-home-technologie. De stad/gemeente staat ten volle achter de ambitie om glasvezelconnectiviteit te voorzien zowel in stedelijk als in landelijk gebied en – waar dit niet mogelijk is – de huidige hybride glasvezel-coax-netwerkinfrastructuur van een upgrade te voorzien.
Deze doelstellingen kaderen binnen het algemeen en maatschappelijk belang aangezien het alle burgers en bedrijven van de stad/gemeente aanbelangt. De beslissing van de stad/gemeente, in uitvoering van haar beleid en binnen haar autonome bevoegdheid, tot het uitbouwen van openbare elektronische-communicatienetwerken op haar grondgebied wordt gekwalificeerd als een taak van stedelijk/gemeentelijk belang. De uitrol van het datanetwerk zal maximaal gebeuren in synergie met andere werken voor glasvezel en nutsvoorzieningen. Dergelijke beslissing laat het recht van de stad/gemeente in haar hoedanigheid van domeinbeheerder onverlet om op verzoek van een derde partij de nodige domeintoelatingen toe te kennen. Ook de keuze om vrij een dienstverlener als stad/gemeente te kiezen blijft behouden.
Om deze openbare elektronische-communicatienetwerken aan te leggen, te exploiteren en beschikbaar te stellen wenst de stad/gemeente een beroep te doen op de Opdrachthoudende vereniging PBE, die door middel van haar exploitatiemaatschappij Fluvius System Operator cv de vennootschappen NetCo en HoldCo mede zal uitbouwen. In NetCo zullen de elektronische-communicatienetwerken (meer specifiek het bestaande HFC-netwerk en de overige glasvezelinfrastructuur) worden ingebracht. Na de inbreng zal NetCo instaan voor de aanleg, het beheer, de exploitatie en het beschikbaar stellen van de hogervermelde ingebrachte netwerken alsook voor de uitrol van het datanetwerk van de toekomst. De oprichting van HoldCo, waarin de aandelen NetCo worden ingebracht, biedt desgevallend en tussentijds mogelijkheden om een uitkering van cashmiddelen te kunnen voorzien voor de aandeelhouders.
Deze structuur en de centralisatie van deze netwerken in NetCo bieden de beste garanties voor de stad/gemeente om deze doelstellingen te realiseren en zo voor iedereen in Vlaanderen een efficiënt, betaalbaar en toegankelijk datanetwerk van de toekomst mogelijk te maken.
De Raad van Bestuur van PBE heeft, overeenkomstig de artikelen 12:10 en 12:93 e.v. van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen, in zitting van 19 september ll. het voorstel tot inbreng van de bedrijfstak openbare elektronische-communicatienetwerken in Fluvius System Operator cv opgesteld en goedgekeurd. In dit inbrengverslag werden de voorafgaande besluitvormingsvereisten opgenomen die gelden als opschortende voorwaarden voor de realisatie van het dossier Tramontana.
Het tweede agendapunt omvat de voorgestelde statutenwijzigingen.
Gelet op het feit dat aan het voorwerp wijzigingen worden aangebracht waarvoor de Raad van Bestuur, overeenkomstig het artikel 6:86 van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen, een omstandige verantwoording heeft opgemaakt.
Gelet op het feit dat de voorgestelde statutenwijzigingen hun oorsprong vinden in meerdere domeinen.
De wijzigingen met betrekking tot het dossier Tramontana werden in geel gemarkeerd in het voorliggend ontwerp van statutenwijzigingen.
Ingevolge de door de Raad van Bestuur van PBE besliste inbreng van bedrijfstak van de openbare elektronische-communicatienetwerken in Fluvius System Operator cv, zal Fluvius System Operator cv op haar beurt deze bedrijfstak inbrengen in de nieuw op te richten vennootschap NetCo die zal instaan voor de aanleg, het beheer, de exploitatie en het beschikbaar stellen van de hogervermelde ingebrachte netwerken alsook voor de uitrol van het datanetwerk van de toekomst. De Opdrachthoudende vereniging PBE ontvangt daarvoor de daartoe uitgegeven aandelen K in Fluvius System Operator cv, waardoor de participatie van PBE in de exploitatiemaatschappij wordt uitgebreid voor de activiteit openbare elektronische-communicatienetwerken. Voor de toekenning van de aandelen en de winstverdeling betreffende de activiteit openbare elektronische-communicatienetwerken wordt een onderscheid gemaakt tussen een deelnemer die reeds aangesloten was voor de activiteit openbare elektronische-communicatienetwerken (heeft recht op vergoeding voor de specifieke en de algemene inbreng) en een deelnemer die dat op heden nog niet is (heeft recht op vergoeding voor de algemene inbreng).
De Fluvius-NET-activiteit (elektronische-communicatiediensten) vormt een onderdeel van de inbreng bedrijfstak door PBE in Fluvius System Operator cv. De bestaande dienstenrelatie tussen de Opdrachthoudende vereniging en haar deelnemers zal ingebracht worden in NetCo. Voor de steden/gemeenten die op heden deelnemers zijn voor de Fluvius-NET-activiteit (elektronische-communicatiediensten) houdt dit in dat zij de bestaande diensten aan dezelfde voorwaarden kunnen/zullen verderzetten. Het behoort tot de gemeentelijke autonomie om hier desgevallend te opteren voor geen verderzetting van deze Fluvius-NET-activiteit.
De wijzigingen aan de statuten met betrekking tot het dossier Tramontana betreffen in het bijzonder:
- de verduidelijking dat het om ‘openbare’ elektronische-communicatienetwerken gaat;
- de omschrijving van de vennootschappen NetCo en HoldCo;
- het invoegen van de definitie ‘synthetisch dividend’ die van toepassing is op de deelnemers die reeds voor 1 januari 2023 aangesloten zijn voor de activiteit openbare elektronische-communicatienetwerken;
- het schrappen van de Fluvius-NET-activiteit vermits deze vervat is in de inbreng van bedrijfstak;
- aanpassingen aan de aandelen(categorieën), winstverdeling en stemrechten voor de activiteit openbare elektronische-communicatienetwerken zodat de deelnemers vergoed worden voor – naar gelang het geval – de specifieke en/of algemene inbreng bedrijfstak;
- het uitbreiden van de bevoegdheid in hoofde van de regionale bestuurscomités wat de adviesverlening betreft inzake de activiteit openbare elektronische-communicatienetwerken;
- de regels die van toepassing zijn bij het beëindigen van de samenwerking voor de activiteit openbare elektronische-communicatienetwerken;
- een actualisering van de bijlagen 1B en 1C alsook het toevoegen van een nieuwe bijlage 2 met een overzicht van de gemeenten die deel uitmaakten van een kabelmaatschappij.
De overige wijzigingen werden in groen gemarkeerd in het voorliggend ontwerp van statutenwijzigingen en zijn een gevolg van wijzigingen van regelgeving, het schrappen van de activiteiten Fluvius GIS en Center, het rechtzetten van materiële vergissingen, enz.
Het betreft meer bepaald:
- een actualisering van de van toepassing zijnde bepalingen van de coöperatieve vennootschap ingevolge het WVV en de omzendbrief KBBJ / ABB 2022 / 1 betreffende de toepassing van artikel 397, 2de lid van het Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;
- de terminologische verfijning door de introductie van de term ‘distributienetwerken’ bij de activiteiten andere dan elektriciteit en gas;
- de invoeging en/of actualisering van een aantal definities;
- de schrapping van de nevenactiviteiten Fluvius GIS en Fluvius Center ingevolge het intern gevoerde kerntakendebat;
- de schrapping van de openbaredienstverplichting voor de openbare verlichting ingevolge het Besluit van de Vlaamse Regering van 23 april 2021;
- de conformering aan het artikel 396 §2 van het Decreet over het Lokaal Bestuur;
- de op heden van toepassing zijnde winstverdeling voor de activiteit elektriciteit en de activiteit openbare elektronische-communicatienetwerken werd ingeschreven;
- de toevoeging van de machtiging door de deelnemers om elke verschuldigde som af te houden van de dividenden.
De agendapunten 4 en 5 zijn een gevolg van de structuurwijzigingen.
De Vlaamse Regering besliste bij decreet van 16 november 2018 houdende diverse bepalingen inzake energie (zoals gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 14 december 2018) om het grondgebied van Vlaanderen op te delen in homogene lokale geografische aaneengesloten exploitatiegebieden voor elektriciteit en gas met als doel om zo de operationele efficiëntie te verhogen.
In artikel 4.1.1 van het decreet houdende algemene bepalingen betreffende het energiebeleid van 8 mei 2009 (hierna het “Energiedecreet”) werden bijgevolg twee randvoorwaarden vastgelegd waarbinnen gemeenten kunnen kiezen voor een distributienetbeheerder, met name (i) dezelfde distributienetbeheerder voor gas en elektriciteit en (ii) aaneensluitende geografische gebieden met minstens 200.000 aangesloten afnemers[1].
Overeenkomstig artikel 15.3.5/18 van het Energiedecreet hebben de distributienetbeheerders momenteel tot en met 1 januari 2023 de tijd om te voldoen aan voormelde voorwaarden waarbij eventueel onderling gebieden kunnen worden uitgewisseld.
Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur voorziet in het artikel 422 voor onder meer de Opdrachthoudende verenigingen die overeenkomstig artikel 4.1.1 van het Energiedecreet zijn aangewezen als distributienetbeheerder, dat uittreding ten gevolge van een gebiedsuitwisseling mogelijk is als de gemeente en de betrokken Opdrachthoudende verenigingen daarmee instemmen en afspraken hebben over de modaliteiten voor de uitvoering ervan.
Om tot de vooropgestelde homogene gebieden te komen zal immers gebiedsuitwisseling nodig zijn. Daarom heeft de Raad van Bestuur van PBE in zitting van 19 september 2022:
i. een voorstel van fusie door overneming opgesteld van de Opdrachthoudende vereniging PBE door de Opdrachthoudende vereniging Iverlek;
ii. kennisgenomen van het voorstel van partiële splitsing opgesteld door de Opdrachthoudende verenigingen Fluvius Limburg en Iverlek waarbij per 1 januari 2025 de activiteit gas verbonden aan de Opdrachthoudende vereniging PBE (dewelke optreedt namens de gemeenten Begijnendijk, Bekkevoort, Galmaarden, Geetbets, Glabbeek, Gooik, Herne, Holsbeek, Kortenaken, Landen, Linter, Lubbeek, Oud-Heverlee, Pepingen, Tielt-Winge en Zoutleeuw) heden ressorterend onder Fluvius Limburg, overgedragen wordt aan de Opdrachthoudende vereniging Iverlek (Fluvius Zenne-Dijle).
Het gehele vermogen van deze activiteiten, die alle activa en passiva en alle rechten en plichten omvat, zal overeenkomstig artikel 12:8 en volgende van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen overgaan naar de overnemende vereniging en dit vanaf 1 januari 2025.
De opschortende voorwaarden inzake de partiële splitsing door overneming en de fusie door overneming zijn opgenomen in het voorstel van partiële splitsing en het fusievoorstel.
Er wordt geopteerd voor een voorlopige ruilverhouding gebaseerd op de gegevens per 31 december 2021. Op basis van de definitieve cijfers per 31 december 2024 die geattesteerd zullen worden door de betrokken commissarissen, zal de definitieve ruilverhouding, bepaald aan de hand van de goedgekeurde ruilverhoudingsmethodiek met betrekking tot de cijfers van 31 december 2021 (voorlopige ruilverhouding), worden vastgelegd en verwerkt. Deze werkwijze laat in de eerste plaats toe om met de meest geactualiseerde boekhoudkundige cijfers rekening te kunnen houden die zo dicht mogelijk aansluiten op de datum van 1 januari 2025, waarop genoemde partiële splitsingen en fusie binnen de onderscheiden Opdrachthoudende verenigingen boekhoudkundig, fiscaal en juridisch van kracht worden.
Door deze partiële splitsing en fusie zal voldaan worden aan de randvoorwaarden zoals opgelegd in het artikel 4.1.1 van het Energiedecreet en wordt de bereidwilligheid en het engagement van de steden/gemeenten en de distributienetbeheerders aangetoond om zich te conformeren aan de voorwaarden en ratio legis van het Energiedecreet, waarbij aan de distributienetbeheerders de mogelijkheid moet geboden worden om voor de concrete uitwerking van de transactie en de overeenkomstige gebiedsuitwisseling decretaal verlenging te krijgen tot 1 januari 2025, het begin van de volgende gewestelijke en gemeentelijke legislatuur.
Het vierde agendapunt omvat de realisatie van de fusie door overneming van de Opdrachthoudende vereniging PBE door Iverlek (met naamswijziging in ‘Fluvius Zenne-Dijle’) – ontwerpstatuten fusie-distributienetbeheerder Fluvius Zenne-Dijle.
Fusievoorstel
De opdrachthoudende verenigingen Iverlek en PBE staan samen in voor een aantal nutsvoorzieningen in de Vlaams-Brabantse en Antwerpse regio. Iverlek is distributienetbeheerder voor elektriciteit en aardgas voor 51 gemeenten die zich situeren in de provincies Vlaams-Brabant en Antwerpen. PBE is distributienetbeheerder voor elektriciteit voor 20 gemeenten uit de provincie Vlaams-Brabant en staat tevens in voor de kabelactiviteit in 14 gemeenten.
Gelet op de verplichting van het Energiedecreet (artikel 4.1.1) om tegen 1 januari 2023 als distributienetbeheerder te beschikken over een aaneensluitend geografisch afgebakend gebied (verplichting in hoofde van de DNB’s) en de verplichting om als gemeente dezelfde distributienetbeheerder te hebben voor de activiteiten elektriciteit en aardgas (verplichting in hoofde van de gemeenten), vormt deze bepaling in het Energiedecreet aldus de basis voor ‘verplichte’ gebiedsuitwisselingen. Het Energiedecreet bepaalt in artikel 4.1.1 tevens dat de DNB’s moeten voldoen aan een minimumomvang van 200.000 aansluitpunten.
Het voorgestelde fusieproject kadert onder meer in de wens van de Vlaamse Regering tot vereenvoudiging van de organisatie van het distributienetbeheer in Vlaanderen. In de eerste plaats moet een grotere transparantie ten goede komen van de klanten. Tevens wordt gestreefd naar een vermindering van het aantal bestuursmandaten.
Het is de bedoeling dat de fusie-distributienetbeheerder Fluvius Zenne-Dijle (ontstaan uit de fusie van Iverlek en PBE in combinatie met partiële splitsingen) in de toekomst fungeert als één ‘multi-utility’-entiteit, waarin samen met het distributienetbeheer van elektriciteit en gas ook de schaal- en synergievoordelen voor de activiteiten openbare elektronische-communicatienetwerken, riolering en warmte maximaal worden geoptimaliseerd. De fusie van de twee entiteiten zal het uniform werken en de mogelijkheden om nog efficiënter te werken en te organiseren, met alle voordelen van dien, bevorderen doordat er zowel op het terrein als bij de centrale diensten zal kunnen worden gewerkt in één homogeen lokaal geografisch aaneengesloten exploitatiegebied.
Er dient aangestipt dat de voorgenomen fusie door overneming op geen enkele manier afbreuk doet aan de betrokkenheid van elke individuele stad/gemeente bij het lokaal beheer van de huidige activiteiten en de verankering van de operationele werking.
Het gehele vermogen van PBE zal ingevolge een ontbinding zonder vereffening overgaan op Iverlek, en dit vanaf 1 januari 2025. Op het ogenblik van de realisatie van de voorgenomen fusie zal PBE van rechtswege ophouden te bestaan.
De opschortende voorwaarden inzake de fusie door overneming zijn opgenomen in het fusievoorstel.
Ontwerp statuten fusie-distributienetbeheerder Fluvius Zenne-Dijle
De ontwerpstatuten van de fusie-distributienetbeheerder ‘Fluvius Zenne-Dijle’ hernemen de elementen die doorgevoerd zijn in voornoemde tussentijdse statutenwijzigingen en voegen er volgende aan toe met ingang van 1 januari 2025:
- het invoegen van de definitie ‘synthetisch dividend’, dat van toepassing is op de gemeenten ex-PBE;
- het toevoegen van de nieuwe bijlage 2 met het overzicht van de gemeenten die deel uitmaakten van de ex-kabelmaatschappijen;
- de opname van de specifieke bepalingen van de over te nemen entiteit PBE:
- Het aantal leden van de Raad van Bestuur wordt opgetrokken naar het decretaal voorziene aantal van 15. Immers het Decreet (artikel 434) en de statuten voorzien dat ‘in geval van een significante wijziging in het werkingsgebied van de Opdrachthoudende vereniging, of ingeval de Opdrachthoudende vereniging betrokken is bij een fusie met andere Opdrachthoudende of dienstverlenende verenigingen, het maximaal aantal leden vijftien bedraagt’. Naar afvaardiging binnen de Raad van Bestuur van Fluvius Zenne-Dijle (fusie-distributienetbeheerder) wordt een verhouding van 9 (ex-Iverlek) en 6 (ex-PBE) voorgesteld als transitiemaatregel voor de eerste legislatuur startende in 2025;
- een verduidelijking in de aanhef van het artikel van de winstverdeling;
- een aanpassing van de percentages bij de winstverdeling betreffende de openbare elektronische-communicatienetwerken en het artikel 37ter,
- een actualisering van de bijlagen 1 en 1bis ingevolge de voorgestelde partiële splitsingen en de fusie door overneming;
- de wijziging van de zetel naar de Diestsesteenweg 126 te Lubbeek;
- de naamwijziging van ‘Iverlek’ in ‘Fluvius Zenne-Dijle’.
AANWIJZING FLUVIUS ZENNE-DIJLE ALS DISTRIBUTIENETBEHEERDER
Door de geplande fusie door overneming van PBE door Iverlek ontstaat één nieuwe distributienetbeheerder elektriciteit en aardgas voor de Vlaams-Brabantse en Antwerpse regio. Overeenkomstig artikel 4.1.1 van het Energiedecreet wijst de VREG voor elk distributienet de netbeheerder aan. Indien het distributienet in kwestie geheel of gedeeltelijk eigendom is van een gemeente of van een groep van gemeenten, gebeurt die aanwijzing op voorstel van deze gemeente of groep van gemeenten. Volgens artikel 4.1.4 van het Energiedecreet eindigt de aanwijzing van de bij de fusie betrokken distributienetbeheerders van rechtswege en moet een nieuwe distributienetbeheerder door de VREG worden aangewezen.
In het vooruitzicht van de geplande fusie van Iverlek en PBE tot Fluvius Zenne-Dijle op 1 januari 2025, hebben de raden van bestuur van 19 september ll. van Iverlek en PBE hun goedkeuring gehecht aan het voorstel tot de aanwijzing van Fluvius Zenne-Dijle als distributienetbeheerder voor elektriciteit en aardgas voor het volledige grondgebied waarop beide distributienetbeheerders op 1 januari 2025 actief zullen zijn. Zij hebben beslist dit voorstel ter bekrachtiging door de vertegenwoordigers van de deelnemende gemeenten te agenderen op hun respectievelijke buitengewone algemene vergaderingen van 22 december 2022.
De VREG zal geïnformeerd worden over het standpunt dat de buitengewone algemene vergadering heeft ingenomen.
Het vijfde agendapunt omvat de kennisneming van de partiële splitsing door overneming van de activiteit gas verbonden aan de Opdrachthoudende vereniging PBE van Fluvius Limburg naar Iverlek (Fluvius Zenne-Dijle).
Gelet op de uiteenzetting onder het punt van de structuurwijzigingen dienen de gemeenten Begijnendijk, Bekkevoort, Galmaarden, Geetbets, Glabbeek, Gooik, Herne, Holsbeek, Kortenaken, Landen, Linter, Lubbeek, Oud-Heverlee, Pepingen, Tielt-Winge en Zoutleeuw voor hun gehele grondgebied een keuze te maken omtrent de distributienetbeheerder voor zowel elektriciteit als gas. Daarom stellen de raden van bestuur van Fluvius Limburg en Iverlek voor een partiële splitsing door overneming te realiseren waarbij de activiteit gas verbonden aan de Opdrachthoudende vereniging PBE (dewelke optreedt voor voornoemde gemeenten) overgedragen wordt aan de Opdrachthoudende vereniging Iverlek. Dit impliceert een uittreding voor de activiteit gas van de Opdrachthoudende vereniging PBE uit Fluvius Limburg en een uitbreiding van de aansluiting met de activiteit gas van de 16 voormelde gemeenten bij de Opdrachthoudende vereniging Iverlek (Fluvius Zenne-Dijle). Door deze partiële splitsing zullen de gemeenten Begijnendijk, Bekkevoort, Galmaarden, Geetbets, Glabbeek, Gooik, Herne, Holsbeek, Kortenaken, Landen, Linter, Lubbeek, Oud-Heverlee, Pepingen, Tielt-Winge en Zoutleeuw de randvoorwaarden, zoals opgelegd in het artikel 4.1.1 van het Energiedecreet, kunnen respecteren.
Overeenkomstig het artikel 422 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur is, voor onder meer de Opdrachthoudende verenigingen die overeenkomstig artikel 4.1.1 van het Energiedecreet van 8 mei 2009 zijn aangewezen als distributienetbeheerder, uittreding ten gevolge van een gebiedsuitwisseling mogelijk als de gemeente en de betrokken Opdrachthoudende verenigingen daarmee instemmen en afspraken hebben over de modaliteiten voor de uitvoering ervan.
[1] Bij Decreet van 15 juli 2022 tot wijziging van het Energiedecreet van 8 mei 2009 wat de voorwaarden voor de aanwijzing van distributienetbeheerders betreft (gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 26 juli 2022) werd de vereiste inzake het minimaal aangesloten afnemers toegevoegd.
Artikel 1: De gemeenteraad besluit zijn goedkeuring te hechten aan de volgende agenda van de Buitengewone Algemene Vergadering van de opdrachthoudende vereniging PBE van 22 december 2022:
ARTIKEL 1 [agenda]
Zijn goedkeuring te hechten aan de agenda van de Buitengewone Algemene Vergadering van de Opdrachthoudende vereniging PBE d.d. 22 december 2022:
1. Kennisneming en bespreking van de overeenkomst tussen Fluvius en Telenet inzake de realisatie van het datanetwerk van de toekomst in Vlaanderen (dossier Tramontana).
2. Goedkeuring van de statutenwijzigingen, meer in het bijzonder wat betreft:
a. Wijziging van het voorwerp;
b. Aanpassingen ingevolge het dossier Tramontana en de oprichting van NetCo BV en HoldCo BV van de bestaande artikelen 2bis, 3, 7, 8, 14, 27, 36, 43, 44, 45, 47 en 48 en de bijlagen 1, 2 en 3 en het toevoegen van een nieuw artikel 43bis en een nieuwe bijlage 4;
c. Aanpassingen ingevolge gewijzigde regelgeving en tekstuele correcties van de bestaande artikelen 2, 2bis, 3, 7, 10, 11, 26bis, 27, 43, 47, 49 en 50 en de bijlagen 2 en 3 en het schrappen van artikel 11bis;
d. Bijzonder verslag van de Raad van Bestuur opgesteld overeenkomstig artikel 6:87, tweede lid van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen (WVV);
e. Bijzonder verslag van de Commissaris opgesteld overeenkomstig artikel 6:87, tweede lid WVV;
f. Verlenen van een machtiging aan de Secretaris van de Raad van Bestuur met mogelijkheid van subdelegatie om de definitieve benaming van NetCo BV en HoldCo BV in de statuten in te schrijven;
g. Verlenen van een machtiging aan de Secretaris van de Raad van Bestuur met mogelijkheid van subdelegatie om de statuten inclusief de bijlagen te coördineren;
h. Vaststelling van de opschortende voorwaarden met betrekking tot de statutenwijzigingen;
i. Verlenen van machtiging aan de Raad van Bestuur met mogelijkheid tot subdelegatie om de al dan niet vervulling van de opschortende voorwaarden die gelden met betrekking tot het agendapunt 2 vast te stellen.
3. Goedkeuring van de creatie per 1 januari 2023 van één bijkomend aandeel E binnen de activiteit elektriciteit voor elk van de deelnemende gemeenten van PBE die per 1 januari 2023 zullen worden omgezet in één aandeel Eek voor elk van die gemeenten binnen de activiteit openbare elektronische-communicatienetwerken à rato van 25 euro per aandeel.
4. Realisatie van een fusie door overneming overeenkomstig de artikelen 12:24 en volgende WVV van de Opdrachthoudende vereniging PBE (over te nemen vereniging) en de Opdrachthoudende vereniging Iverlek (overnemende vereniging):
a. Vaststelling van de in het fusievoorstel opgenomen opschortende voorwaarden en tijdsbepaling.
b. Vaststelling van de omzetting per 1 januari 2025 van de aandelen E en T à rato van 25 euro per eigenvermogenswaarde voor de activiteiten elektriciteit en openbare elektronische-communicatienetwerken.
c. Kennisneming van het fusievoorstel (art. 12:24 WVV), van het omstandig verslag van de Raad van Bestuur (art. 12:25 WVV) en van de Commissaris (art. 12:26 WVV) met betrekking tot het voorstel tot fusie door overneming en van eventuele belangrijke wijzigingen in activa en passiva van het vermogen (art. 12:27 WVV), met juridische, boekhoudkundige en fiscale uitwerking van de fusie per 1 januari 2025.
De deelnemers kunnen één maand voor de Algemene Vergadering op de zetel van PBE kennis nemen van het splitsingsvoorstel, voormelde verslagen en de overige stukken bedoeld in de artikelen 12:25, 12:26 en 12:27 WVV en kosteloos een kopie van deze stukken verkrijgen.
d. Goedkeuring van:
i. De fusie door overneming van de Opdrachthoudende vereniging PBE (over te nemen vereniging) en de Opdrachthoudende vereniging Iverlek (overnemende vereniging) omvattende alle activa en passiva en alle rechten en plichten, niets uitgezonderd, noch voorbehouden, en dit op basis van een balans afgesloten op 31 december 2021, met inwerkingtreding per 1 januari 2025 en dit op basis van de ruilverhouding (voorlopige) van de balans afgesloten op 31 december 2021 en een definitieve ruilverhouding vastgesteld op de balans per 31 december 2024.
ii. De overeenkomstige wijzigingen aan het eigen vermogen.
iii. De overeenkomstige wijzigingen aan het register van de deelnemers.
e. Goedkeuring van de statuten van de Opdrachthoudende vereniging Iverlek (daarin hernoemd tot Fluvius Zenne-Dijle).
f. Vaststelling van de noodzakelijke uitvoeringsmaatregelen en verlenen van de desbetreffende machtiging naar aanleiding van de besluitvorming omtrent de fusie en wijzigingen aan het eigen vermogen en inzonderheid verlening van machtiging aan de Raad van Bestuur met mogelijkheid tot subdelegatie om:
i. De al dan niet vervulling van de opschortende voorwaarden die gelden ten aanzien van de fusie zoals vermeld onder punt 4.a vast te stellen;
ii. De verwezenlijking van de fusie vast te stellen;
iii. Het overgedragen vermogen exact te beschrijven, en desgevallend de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie vrij te stellen van het nemen van een ambtshalve inschrijving;
iv. De definitieve ruilverhouding in het kader van de fusie vast te stellen op basis van de geactualiseerde netto actief-waarde van de over te nemen vereniging en de overnemende vereniging per 31 december 2024, berekend volgens de principes vastgelegd in het fusievoorstel en de bijzondere verslagen over het fusievoorstel, dit na revisorale controle van de cijfers per 31 december 2024;
v. Daartoe alle akten en stukken te tekenen, woonplaats te kiezen en alles te doen wat nodig of nuttig kan zijn;
vi. Alle formaliteiten te vervullen met betrekking tot de neerlegging en publicatie van de beslissingen van de Algemene Vergadering en de uitvoering van de fusie in de meest brede zin.
5. a. Kennisneming van een partiële splitsing door overneming overeenkomstig de artikelen 12:8 en 12:59 en volgende WVV van de Opdrachthoudende vereniging Fluvius Limburg (partieel te splitsen vereniging) om de activiteit aardgas verbonden aan de Opdrachthoudende vereniging PBE (dewelke voor deze activiteit optreedt namens de gemeenten Begijnendijk, Bekkevoort, Galmaarden, Geetbets, Glabbeek, Gooik, Herne, Holsbeek, Kortenaken, Landen, Linter, Lubbeek, Oud-Heverlee, Pepingen, Tielt-Winge en Zoutleeuw), dewelke zij heeft toevertrouwd aan Fluvius Limburg, over te brengen naar de Opdrachthoudende vereniging Iverlek (Fluvius Zenne-Dijle) (overnemende vereniging).
b. Aanvaarding van de uittreding van de Opdrachthoudende vereniging PBE uit de Opdrachthoudende vereniging Fluvius Limburg voor de activiteit aardgas per 1 januari 2025.
6. Verlenen van machtiging aan de Secretaris van de Raad van Bestuur met de mogelijkheid tot subdelegatie voor de opmaak en finalisering van de nodige documenten en afhandeling van de formaliteiten met betrekking tot de agendapunten 2, 3, 4 en 5 te actualiseren en te finaliseren, en om de beslissingen genomen in de agendapunten 2, 3, 4, 5, 8, 9 en 10 bij authentieke akte te doen vaststellen.
7. Bespreking in het kader van artikel 432 van het Decreet over het Lokaal Bestuur van de te ontwikkelen activiteiten en de te volgen strategie voor het boekjaar 2023 alsook van de door de Raad van Bestuur opgestelde begroting 2023.
8. Vaststelling van de uitkering overeenkomstig artikel 6:114 en volgende WVV.
9. (Neven)activiteiten – Aanvaarding wijziging deelnemerschap.
10. Statutaire benoemingen.
11. Statutaire mededelingen.
ARTIKEL 2 [dossier tramontana]
Zijn goedkeuring te hechten aan de voorgestelde statutenwijzigingen van PBE aangaande het dossier Tramontana, met inbegrip van de voorgestelde wijziging van het voorwerp, wat
Deze wijzigingen treden in werking op 1 januari 2023 onder de opschortende voorwaarde van de effectieve realisatie van het dossier Tramontana met het operationeel zijn van HoldCo en NetCo (cf. het inbrengverslag) en voor wat het synthetisch dividend betreft tevens onder de opschortende voorwaarde van gunstige beslissing van de Dienst Voorafgaande beslissingen in fiscale zaken (Ruling) van de FOD Financiën m.b.t. de oorsprong van het synthetisch dividend, nl. door verkoop van aandelen aan Telenet.
ARTIKEL 3 [DOSSIER TRAMONTANA]
Ingevolge de beslissing genomen in de artikelen 1 en 2 wordt de activiteit zoals omschreven in 3.2 van de statuten toevertrouwd aan de Opdrachthoudende vereniging PBE die – door middel van haar exploitatiemaatschappij Fluvius System Operator cv – hiervoor een beroep zal doen op haar dochtervennootschap NetCo, wat mogelijk is overeenkomstig artikel 3 voorlaatste alinea van de statuten.
ARTIKEL 4 [OVERIGE WIJZIGINGEN]
Zijn goedkeuring te hechten aan de voorgestelde statutenwijzigingen van PBE met betrekking tot de overige wijzigingen, met inbegrip van de voorgestelde wijziging van het voorwerp.
Deze wijzigingen treden in werking op 1 januari 2022 met uitzondering van de voorgestelde aanpassingen met betrekking tot de nevenactiviteiten Fluvius GIS en Fluvius Center die van toepassing blijven tot en met 30 juni 2022 (zijnde de datum van de voorbije algemene vergadering waarop de intrekking van de beheersoverdracht werd aanvaard).
ARTIKEL 5 [FUSIE DOOR OVERNEMING VAN PBE DOOR IVERLEK MET NAAMSWIJZIGING IN FLUVIUS ZENNE-DIJLE]
·
ARTIKEL 6 [KENNISNEMING PARTIËLE SPLITSING DOOR OVERNEMING VAN FLUVIUS LIMBURG NAAR IVERLEK VOOR DE ACTIVITEIT GAS VERBONDEN AAN DE OPDRACHTHOUDENDE VERENIGING PBE]
Kennis te nemen van het voorstel van partiële splitsing Fluvius Limburg / Iverlek door overneming inzake de overgang van de activiteit gas verbonden aan de Opdrachthoudende vereniging PBE (dewelke optreedt namens de gemeenten Begijnendijk, Bekkevoort, Galmaarden, Geetbets, Glabbeek, Gooik, Herne, Holsbeek, Kortenaken, Landen, Linter, Lubbeek, Oud-Heverlee, Pepingen, Tielt-Winge en Zoutleeuw) van Fluvius Limburg naar Iverlek (Fluvius Zenne-Dijle).
De algemene vergadering in buitengewone zitting van Fluvius Limburg wordt verzocht de uittreding van de Opdrachthoudende vereniging PBE voor de activiteit gas te willen aanvaarden met ingang van 1 januari 2025. Deze uittreding bij Fluvius Limburg gebeurt onder de opschortende voorwaarde van de aanvaarding van haar uittreding door de buitengewone algemene vergadering van Fluvius Limburg voor de activiteit gas en van de aanvaarding door de buitengewone algemene vergadering van Iverlek (Fluvius Zenne-Dijle) van de uitbreiding van de aansluiting voor de activiteit gas van de gemeenten Begijnendijk, Bekkevoort, Galmaarden, Geetbets, Glabbeek, Gooik, Herne, Holsbeek, Kortenaken, Landen, Linter, Lubbeek, Oud-Heverlee, Pepingen, Tielt-Winge en Zoutleeuw.
Haar aansluiting uit te breiden voor de activiteit gas bij de Opdrachthoudende vereniging Iverlek (Fluvius Zenne-Dijle), en dit met ingang vanaf 1 januari 2025. Deze uitbreiding van haar aansluiting bij Iverlek (Fluvius Zenne-Dijle) gebeurt onder de opschortende voorwaarde van de aanvaarding van de uittreding door de buitengewone algemene vergadering van Fluvius Limburg van de Opdrachthoudende vereniging PBE voor de activiteit gas (dewelke onder meer optreedt voor de stad/gemeente) en van de aanvaarding door de buitengewone algemene vergadering van Iverlek (Fluvius Zenne-Dijle) van de uitbreiding van haar aansluiting voor de activiteit gas.
De algemene vergadering in buitengewone zitting Iverlek wordt verzocht de uitbreiding van de aansluiting voor de activiteit gas van de gemeenten Begijnendijk, Bekkevoort, Galmaarden, Geetbets, Glabbeek, Gooik, Herne, Holsbeek, Kortenaken, Landen, Linter, Lubbeek, Oud-Heverlee, Pepingen, Tielt-Winge en Zoutleeuw te willen aanvaarden met ingang van 1 januari 2025.
ARTIKEL 7
De betrokken Opdrachthoudende verenigingen te verzoeken om de nodige bestuurlijke en vennootschapsrechtelijke acties te ondernemen om uitvoering te kunnen geven aan bovenstaande beslissingen van deze gemeenteraad.
Artikel 2: De gemeenteraad besluit om mevrouw Maggy Steeno, gemeenteraadslid, aan te duiden als vertegenwoordiger voor de (fysieke of digitale) Buitengewone Algemene Vergadering van de opdrachthoudende vereniging PBE op 22 december 2022 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden), en op te dragen haar stemgedrag af te stemmen op de beslissingen genomen in de gemeenteraad van heden inzake voormeld artikel 1 van onderhavige beslissing. Daarbij zal mevrouw Steeno volgende meedelen: De gemeenten van PBE hebben in feite geen keuze, gelet op het gevaar van mogelijke boetes van de regulator. De gemeenten van PBE worden hierdoor gedwongen zich te conformeren aan het Energiedecreet, doch met risico op nadelige gevolgen voor zowel de klanten (prijs) als de gemeenten (dividenden) van PBE.
Artikel 3: De gemeenteraad beslist om het college van burgemeester en schepenen opdracht te geven om de huidige beslissing van de gemeenteraad uit te voeren en deze ter kennis te brengen aan de opdrachthoudende vereniging PBE, ter attentie van het secretariaat (in pdf-versie), uitsluitend op het emailadres: vennootschapssecretariaat@fluvius.be.
Decreet Lokaal Bestuur.
Het lidmaatschap van de gemeente Oud-Heverlee bij de Intergemeentelijke Vereniging Interleuven.
De gemeenteraadsbeslissing van 26 februari 2019 waarbij mevrouw Fien Gilias werd aangeduid als gemeentelijk vertegenwoordiger voor de Intergemeentelijke Vereniging Interleuven voor de ganse legislatuur.
De brief van 10 oktober 2022 met de uitnodiging en documentatie voor de buitengewone en gewone algemene vergadering van 18 januari 2023.
Artikel 1: De gemeenteraad besluit om de agendapunten van de buitengewone en gewone algemene vergadering van Intergemeentelijke Vereniging Interleuven van 18 januari 2023 goed te keuren:
Dagorde
Aansluitend op de buitengewone algemene vergadering zal de gewone algemene vergadering doorgaan.
Dagorde
Artikel 2: De gemeenteraad besluit om mevrouw Fien Gilias, vertegenwoordiger voor de algemene vergaderingen van de Intergemeentelijke Vereniging Interleuven, af te vaardigen voor de buitengewone en gewone algemene vergadering van 18 januari 2023.
Artikel 3: De gemeenteraad besluit om het college van burgemeester en schepenen te belasten met de uitvoering van de voormelde beslissing en een exemplaar ervan ter kennisgeving over te maken aan de Intergemeentelijke Vereniging Interleuven.
Decreet Lokaal Bestuur.
Decreet Rechtspositie personeel gesubsidieerd onderwijs van 27 maart 1991.
Decreet Basisonderwijs van 25 februari 1997.
De schoolbesturen van enerzijds de gemeentelijke basisschool De Letterberg, Dorpstraat 81, 3050 Oud-Heverlee en van anderzijds de vrije basisschool Heilig Hartinstituut Oud-Heverlee (HHOH), Waversebaan 81, 3050 Oud-Heverlee stellen vast dat elk een basisschool organiseren in de deelgemeente Oud-Heverlee op korte en zeker op lange termijn onhoudbaar is. De evolutie in de geboortecijfers en het financieringssysteem van het onderwijs laten niet toe op lange termijn twee volwaardige, afzonderlijke scholen in stand te houden.
Door deze overeenkomst uiten beide schoolbesturen de intentie om de krachten te bundelen en met de gezamenlijke financiële middelen, de gebouwen van beide scholen en de bekwame schoolteams te zorgen voor kwalitatief onderwijs voor elk kind van Oud-Heverlee. Partijen willen de komende maanden werken aan een nieuw onderwijsproject, met het oog op de vorming van 1 dorpsschool, onder de vleugels van 1 team.
Artikel 1: De gemeenteraad keurt volgende intentieverklaring en ontwerp van overeenkomst goed:
Tussen:
In haar hoedanigheid van schoolbestuur van:
2. De vzw Comité voor Onderwijs Annuntiaten Heverlee, vertegenwoordigd door Roger Haest, voorzitter, en Piet Ketele, gedelegeerd bestuurder.
Verantwoordelijk voor:
De scholen van de scholengemeenschap Archipel!
De scholen van de scholengemeenschap Archipel
De scholen secundair onderwijs:
Internaat
Wordt overeengekomen als volgt:
INTENTIES VAN DE PARTIJEN
De schoolbesturen van enerzijds de gemeentelijke basisschool De Letterberg, Dorpstraat 81, 3050 Oud-Heverlee en van anderzijds de vrije basisschool Heilig Hartinstituut Oud-Heverlee (HHOH), Waversebaan 81, 3050 Oud-Heverlee stellen vast dat elk een basisschool organiseren in de deelgemeente Oud-Heverlee op korte en zeker op lange termijn onhoudbaar is. De evolutie in de geboortecijfers en het financieringssysteem van het onderwijs laten niet toe op lange termijn twee volwaardige, afzonderlijke scholen in stand te houden.
Door deze overeenkomst uiten beide schoolbesturen de intentie om de krachten te bundelen en met de gezamenlijke financiële middelen, de gebouwen van beide scholen en de bekwame schoolteams te zorgen voor kwalitatief onderwijs voor elk kind van Oud-Heverlee. Partijen willen de komende maanden werken aan een nieuw onderwijsproject, met het oog op de vorming van 1 dorpsschool, onder de vleugels van 1 team.
Het gemeentebestuur van Oud-Heverlee zal zijn volledige verantwoordelijkheid van schoolbestuur over de gemeentelijke basisschool De Letterberg overdragen aan de vzw Comité voor Onderwijs Annuntiaten Heverlee, Naamsesteenweg 355, 3001 Leuven, ondernemingsnummer 0409.797.482.
BASISPRINCIPES van het nieuw onderwijsproject:
- Decreet Rechtspositie personeel gesubsidieerd onderwijs van 27 maart 1991, zoals gewijzigd, inz. artikel 74
Art. 74.§ 1. De personeelsleden van een instelling die door een andere inrichtende macht wordt overgenomen, verkrijgen de hoedanigheid van personeelslid van deze inrichtende macht. Alleen indien de instelling die overgenomen wordt tot een ander net behoort dan datgene waartoe ze na de overname zal behoren, kan een personeelslid afzien van deze hoedanigheid.
§ 2. De personeelsleden bedoeld in § 1 gaan, al naargelang het geval zij vastbenoemd of tijdelijk aangesteld zijn in de instelling die overgenomen wordt, als vastbenoemd of tijdelijk aangesteld personeelslid over.
§ 3. Voor de toepassing van dit decreet worden de diensten gepresteerd in een ambt bij de inrichtende macht die de instelling overlaat, geacht gepresteerd te zijn in hetzelfde ambt bij de inrichtende macht die de instelling overneemt.
§ 4. Een kandidatuurstelling voor een tijdelijke aanstelling of voor een vaste benoeming gedaan bij de inrichtende macht die haar instelling overlaat, wordt geacht gedaan te zijn bij de inrichtende macht die de instelling overneemt. De mededeling van de vacante betrekkingen met het oog op een vaste benoeming in de instelling die wordt overgelaten, wordt eveneens geacht gedaan te zijn door de inrichtende macht die de instelling overneemt.
- Decreet Basisonderwijs van 25 februari 1997, zoals gewijzigd, inz. de vrije schoolkeuze en dit op volgende wijze:
De ouders van leerplichtige kinderen die momenteel ingeschreven zijn in de gemeentelijke basisschool De Letterberg hebben ook de keuze om binnen een afstand van vier km lager onderwijs te volgen in een andere gemeenteschool, met name de GBS De Lijsterboom te Blanden.
VOORBEHOUD en GELDIGHEIDSDUUR
Deze overeenkomst wordt gesloten onder voorbehoud van de goedkeuring van de overdracht door de Diocesane Plannings- en Coördinatiecommissie voor het katholiek basisonderwijs.
Deze overeenkomst houdt op te bestaan bij de realisatie van de overdracht, of bij een éénzijdige vroegtijdige verbreking door één van de ondertekenende partijen, die de andere partij hierover per aangetekend schrijven informeert.
Artikel 170, §4, van de Grondwet;
Decreet van 22 december 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996, in het bijzonder de artikelen 24 en 25; gemeenten een register van verwaarloosde woningen en gebouwen kunnen bijhouden;
Decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten;
Decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode de gemeente aanstelt als coördinator en regisseur van het lokale woonbeleid;
Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen;
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur;
Besluit van de Vlaamse regering van 16 november 2018 houdende de subsidiëring van intergemeentelijke projecten ter ondersteuning van het lokaal woonbeleid;
Bestuursdecreet van 7 december 2018;
Het besluit van de gemeenteraad van 27 augustus 2019 waarin deze besliste om deel te nemen aan het project lokaal woonbeleid en om het projectvoorstel waarin de opmaak, opbouw, beheer en actualisering van het verwaarlozingsregister inbegrepen is door het IGS Wonen aan de Velp van IGO div goed te keuren;
Besluit gemeenteraad van 17 december 2019 tot goedkeuring van het reglement registratie verwaarloosde woningen en gebouwen.
Het is wenselijk dat het op het grondgebied van de gemeente beschikbare woningen- en gebouwenbestand niet alleen gebruikt wordt, maar ook in goede staat blijft, omdat verwaarlozing leidt tot verloedering, wat extra taken meebrengt voor de gemeente;
De gemeente heeft een gemeentelijk reglement waarin de afbakening van verwaarlozing en de procedure tot vaststelling van verwaarlozing worden vastgesteld;
In de evaluatienota van Wonen Vlaanderen voor werkingsjaar 2021 staat te lezen dat het toepassingsgebied van het reglement grondig moest geëvalueerd worden in functie van effectieve registraties van verwaarloosde gebouwen en woningen.
IGO werkte daarom een aangepast ontwerp van reglement uit, waarin wordt afgestapt van het puntensysteem en gewerkt wordt met een beschrijvend verslag. Zo zullen er in de toekomst makkelijker panden op het register van verwaarlozing terecht komen.
Het bestaande reglement dd. 17 december 2019 zet de manier van werken voort van de Vlaamse Inventaris, die werkte met een technisch verslag met strafpunten voor verschillende categorieën van gebreken. De registratie hing af van de optelsom van een reeks strafpunten waarin ook minder ernstige gebreken (of randvoorwaarden) werden opgenomen.
Wanneer een nieuwe definitie van verwaarlozing wordt gebruikt waarin de woorden “ernstig” en “zichtbaar” zijn opgenomen en er gewerkt wordt met een beschrijvend verslag waarin enkel de ernstige gebreken die op ‘verval’ duiden worden beschreven schept dit meer duidelijkheid voor de eigenaar en voor de gemeente.
Een woning of gebouw kan pas van het register geschrapt worden als alle ernstige gebreken en tekenen van verval verwijderd zijn in plaats van dat herstel tot 18 punten gebeurd.
Artikel 1: De gemeenteraad besluit het nieuwe reglement registratie verwaarloosde woningen en gebouwen goed te keuren.
Artikel 1: Begripsomschrijvingen
In dit reglement wordt verstaan onder:
1° beveiligde zending: één van de hiernavolgende betekeningswijzen:
a) een aangetekend schrijven,
b) een afgifte tegen ontvangstbewijs;
c) een e-mail met ontvangst- en leesbevestiging.
2° gebouw: elk bebouwd onroerend goed, dat zowel het hoofdgebouw als de bijgebouwen omvat, met uitsluiting van bedrijfsruimten, vermeld in artikel 2,1° van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten, zoals vermeld in artikel 24, 2° van het decreet van 22 december 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996;.
3° IGO div: de intergemeentelijke administratieve eenheid die door de gemeente is belast met de opmaak, de opbouw, het beheer en de actualisering van het register verwaarlozing;
4° opnamedatum: de datum waarop de woning of het gebouw opgenomen wordt in het verwaarlozingsregister;
5° registerbeheerder: De door IGO div aangeduide personeelsleden die belast worden met volgende taken: de opsporing en vaststelling van verwaarlozing, de kennisgeving van de beslissing tot opname aan de zakelijk gerechtigde, de opname van woningen/gebouwen in het verwaarlozingsregister, de beoordeling van de verzoeken tot schrapping uit het verwaarlozingsregister, de schrapping van woningen/gebouwen uit het verwaarlozingsregister.
6° verjaardag: het ogenblik waarop een nieuwe periode van twaalf maanden verstreken is sinds de opnamedatum, zolang de woning of het gebouw niet uit het verwaarlozingsregister is geschrapt;
7° verwaarlozingsregister: het gemeentelijk register van verwaarloosde woningen en gebouwen, vermeld in artikel 3 van dit reglement;
8° woning: elk onroerend goed of deel ervan dat hoofdzakelijk bestemd is voor de huisvesting van een gezin of alleenstaande;
9° zakelijk gerechtigde: de houder van een van de volgende zakelijke rechten:
- de volle eigendom;
- het recht van opstal of van erfpacht;
- het vruchtgebruik.
Artikel 2: Bevoegdheid inzake de inventarisatie van verwaarlozing
De gemeente draagt in navolging van de overeenkomst inzake ondersteuning van het lokaal woonbeleid met IGO DIV, de bevoegdheid tot opmaak en opbouw van het verwaarlozingsregister over aan de dienstverlenende intergemeentelijke vereniging ‘IGO’. Concreet betekent dit dat de door ‘IGO DIV’ aangeduide personeelsleden, de registerbeheerders, belast worden met volgende taken:
Het college van burgemeester en schepenen blijft exclusief bevoegd voor de beroepen tegen de opname in het verwaarlozingsregister en de beslissingen inzake het toekennen van vrijstellingen m.b.t. de gemeentelijke verwaarlozingsheffing en de beroepen tegen de beslissing over het verzoek tot schrapping.
Artikel 3: Verwaarlozingsregister
§1. De door IGO div met de opsporing van leegstand belastte personeelslid, de registerbeheerder, houdt een register bij van verwaarloosde woningen en gebouwen.
§2. In het verwaarlozingsregister worden de volgende gegevens opgenomen:
1° het adres van de verwaarloosde woning of het verwaarloosde gebouw,
2° de kadastrale gegevens van de verwaarloosde woning of het verwaarloosde gebouw,
3° de identiteit en het adres van alle houders van het zakelijk recht,
4° het nummer en de datum van het opnameattest.
Artikel 4: Registratie van verwaarlozing
§1 De registerbeheerder spoort de verwaarlozing op en maakt een beschrijvend verslag op van de indicaties die de verwaarlozing staven.
Een gebouw, ongeacht of het dienst doet als woning, wordt beschouwd als verwaarloosd, wanneer het ernstige zichtbare en storende gebreken of tekenen van verval vertoont aan buitenmuren, voegwerk, schoorstenen, dakbedekking, dakgebinte, buitenschrijnwerk, kroonlijst of dakgoten.
Als ernstige zichtbare en storende gebreken en tekenen van verval worden beschouwd de gebreken die verder verval op korte termijn in de hand werken. Dit geldt in het bijzonder wanneer bij hoofd- en/of bijgebouw(en):
1° de water- of winddichtheid is aangetast en/of
2° de stabiliteit is aangetast en/of
3° onderdelen dreigen los te komen en/of
4° voorgaande gebreken met voorlopige of ontoereikende maatregelen werden verholpen.
§2. Een verwaarloosde woning of gebouw wordt opgenomen in het verwaarlozingsregister aan de hand van een genummerd opnameattest waaraan minstens één foto wordt toegevoegd. Het opnameattest bevat een beschrijvend verslag met een opsomming van alle gebreken die aanleiding gaven tot de opname in het verwaarlozingsregister. De datum van de vaststelling is de datum van het opnameattest, en geldt eveneens als opnamedatum in het verwaarlozingsregister.
§3. Een woning die opgenomen is in de gewestelijke inventaris van ongeschikte en onbewoonbare woningen, kan eveneens opgenomen worden in het verwaarlozingsregister, en omgekeerd.
§4. Een woning die of een gebouw dat in het gemeentelijke leegstandsregister staat, kan eveneens opgenomen worden in het verwaarlozingsregister, en omgekeerd.
Artikel 5: Gevolgen van opname in het verwaarlozingsregister
§1. De gemeente biedt ondersteuning en begeleiding aan de eigenaars indien nodig.
§2. Bij niet herstel van ernstige schade nadat de woning of het gebouw is opgenomen in het gemeentelijk register van verwaarloosde woningen en gebouwen kan de gemeente volgende acties ondernemen:
- hoorzitting en opmaken afsprakennota;
- aanplakking van de registratie en datum aan de gevel van de betreffende woning;
- besluit name van onbewoonbaarheid met toepassing van art. 135 van de Nieuwe Gemeentewet.
§3. Voor bovengenoemde acties wordt de technisch adviseur van het woonproject aangesproken.
Artikel 6 : Kennisgeving van de registratie
Alle houders van het zakelijk recht, zoals bekend bij de registratie van het Kadaster, de Registratie en de Domeinen, worden met een beveiligde zending in kennis gesteld van de beslissing tot opname in het verwaarlozingsregister.
De kennisgeving bevat:
1° het opnameattest met het beschrijvend verslag,
2° informatie over de gevolgen van de opname in het verwaarlozingsregister,
3° informatie over de beroepsprocedure tegen de opname in het verwaarlozingsregister,
4° informatie over het schrappingsverzoek uit het verwaarlozingsregister.
De beveiligde zending wordt gericht aan de woonplaats van de houder van het zakelijk recht. Is de woonplaats van een houder van het zakelijk recht niet bekend, dan wordt de beveiligde zending gericht aan zijn verblijfplaats. Is de verblijfplaats van een houder van het zakelijk recht niet bekend, dan wordt de beveiligde zending gericht aan het adres van de woning of het gebouw waarop het opnameattest betrekking heeft.
Artikel 7: Beroep tegen registratie
§1. Binnen een termijn van dertig dagen, die ingaat de dag na de datum van de beveiligde zending vermeld in artikel 4 5, kan een houder van het zakelijk recht bij het college van burgemeester en schepenen beroep aantekenen tegen de beslissing tot opname in het verwaarlozingsregister. Het beroep wordt per beveiligde zending betekend. Het beroepschrift moet ondertekend zijn en moet minimaal volgende gegevens bevatten:
1° de identiteit en het adres van de indiener,
2° de vermelding van het nummer van het opnameattest en het adres van de woning of het gebouw waarop het beroepschrift betrekking heeft,
3° de bewijsstukken die aantonen dat de opname van de woning of het gebouw in het verwaarlozingsregister ten onrechte is gebeurd. De registratie kan betwist worden met alle bewijsmiddelen van gemeen recht, uitgezonderd de eed.
Als datum van het beroepschrift geldt de datum van de beveiligde zending.
Als het beroepschrift ingediend wordt door een persoon die optreedt namens de houder van het zakelijk recht, voegt hij bij het dossier een schriftelijke machtiging tot vertegenwoordiging, tenzij hij optreedt als raadsman die ingeschreven is aan de balie als advocaat of als advocaat-stagiair.
§2. De registerbeheerder stuurt aan de indiener van een beroepschrift een ontvangstbevestiging.
§3. Het beroepschrift is onontvankelijk als het niet is ingediend overeenkomstig de bepalingen in paragraaf 1.
§4. Als het beroepschrift onontvankelijk is, deelt het college van burgemeester en schepenen dit onverwijld mee aan de indiener. Het indienen van een aangepast of nieuw beroep is mogelijk zolang de beroepstermijn van §1 niet verstreken is.
§5. Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt de gegrondheid van de ontvankelijke beroepschriften. Het onderzoek gebeurt op stukken als de feiten vatbaar zijn voor directe, eenvoudige vaststelling. Als een onderzoek op stukken niet volstaat, wordt een feitenonderzoek uitgevoerd door de met de opsporing van verwaarloosde gebouwen en woningen belaste personeelsleden.
§6. Het college van burgemeester en schepenen doet uitspraak over het beroep en betekent zijn beslissing aan de indiener ervan binnen een termijn van negentig dagen, die ingaat op de dag na de betekening van het beroepschrift. De uitspraak wordt per beveiligde zending betekend.
§7. Als de beslissing tot opname in het verwaarlozingsregister niet tijdig betwist wordt, of het beroep van de houder van het zakelijk recht onontvankelijk of ongegrond verklaard wordt, blijft de woning of het gebouw opgenomen in het verwaarlozingsregister.
Artikel 8: Schrapping uit het verwaarlozingsregister
§1. Een woning of een gebouw wordt geschrapt uit het verwaarlozingsregister wanneer de houder van het zakelijk recht bewijst dat alle gebreken die op korte termijn verder verval in de hand werken, zoals omschreven in artikel 4,§ 1 en zoals opgenomen in het beschrijvend verslag, hersteld zijn of verwijderd. In geval van sloop moet alle puin geruimd zijn.
De beëindiging van de staat van verwaarlozing kan aangetoond worden met alle bewijsmiddelen van gemeen recht, uitgezonderd de eed. Als een onderzoek op stukken niet volstaat, wordt een feitenonderzoek uitgevoerd door de registerbeheerder.
§2. Voor de schrapping uit het verwaarlozingsregister richt de houder van het zakelijk recht een ondertekend en gemotiveerd verzoek aan de registerbeheerder via beveiligde zending. Dit verzoek bevat:
1° de identiteit en het adres van de indiener,
2° de vermelding van het nummer van het opnameattest en het adres van de woning of het gebouw waarop de vraag tot schrapping betrekking heeft,
3° de bewijsstukken overeenkomstig paragraaf 1 die aantonen dat de woning of het gebouw geschrapt mag worden uit het verwaarlozingsregister.
Als datum van het schrappingsverzoek geldt de datum van de beveiligde zending.
Als het verzoek ingediend wordt door een persoon die optreedt namens de houder van het zakelijk recht, voegt hij bij het dossier een schriftelijke machtiging tot vertegenwoordiging, tenzij hij optreedt als raadsman die ingeschreven is aan de balie als advocaat of als advocaat-stagiair.
De registerbeheerder onderzoekt of er redenen zijn tot schrapping uit het verwaarlozingsregister en neemt een beslissing binnen een termijn van 90 dagen na de ontvangst van het verzoek. De registerbeheerder brengt de verzoeker op de hoogte van haar beslissing met een beveiligde zending. Als de kennisgeving niet is gebeurd binnen de voorziene termijn, wordt het schrappingsverzoek geacht te zijn ingewilligd.
Wordt het verzoek ingewilligd, dan wordt de woning of het gebouw geschrapt uit het verwaarlozingsregister. De indieningsdatum van het schrappingsverzoek geldt als datum waarop de woning of het gebouw uit het verwaarlozingsregister wordt geschrapt.
Tegen de beslissing over het verzoek tot schrapping kan de houder van het zakelijk recht beroep aantekenen volgens de procedure, vermeld in artikel 6.
Artikel 9 : Inwerkingtreding
Dit reglement treedt in werking op 1 november 2022 en vervangt alle voorafgaande reglementen met betrekking tot het registreren van verwaarloosde woningen en gebouwen.
Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen.
Decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019.
Het gemeentebestuur ontving op 13 september 2022 van betrokkene het dossier (5096.N.0946) met betrekking tot de vraag tot gedeeltelijke verplaatsing van de gemeenteweg 102 kadastraal gekend als afdeling 4 sectie C nummer 22D4.
De gemeenteraad dient te beraadslagen over deze gedeeltelijke verplaatsing.
Het ontwerp van rooilijnplan van 8 september 2022 werd opgemaakt door landmeter-expert Thomas Collin waaruit duidelijk de op toekomstige rooilijn van de gemeenteweg blijkt.
De aan de gemeente te betalen waardevermeerdering van de gronden bedraagt o euro ten gevolge van de gedeeltelijke verplaatsing van de gemeenteweg zoals blijkt uit het schattingsverslag opgemaakt door landmeter-expert Thomas Collin van 14 september 2022 (dossier: 5096.N.0946).
Overwegende dat het voornemen tot gedeeltelijk verplaatsing van de gemeenteweg uitvoering geeft aan artikel 3 (doelstellingen) en aan artikel 4 (principes) van het Decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019 en dat het aan deze artikels werd getoetst.
Die toetsing houdt in:
(art. 3, Gemeentewegendecreet)
Momenteel loopt de juridische ligging van de gemeenteweg doorheen het gebouw van de Aldi en is dus ontoegankelijk. Bijgevolg wordt deze gemeenteweg verplaatst zodat deze naast het gebouw komt te liggen. Bijgevolg zal de gedeeltelijke verplaatsing de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeenteweg vrijwaren en verbeteren, in het bijzonder om aan de behoeften van de zachte mobiliteit te voldoen.
(art. 4, Gemeentewegendecreet)
1. De gedeeltelijke verplaatsing dient het algemeen belang omdat de juridische ligging van de gemeenteweg onbruikbaar is en deze door de verlegging net bruikbaar wordt.
2. De huidige juridische ligging van de gemeenteweg kan niet behouden blijven omdat deze doorheen het gebouw van de Aldi gaat en hierdoor onbruikbaar is. Hierdoor kan men stellen dat de gedeeltelijke verplaatsing voldoende gemotiveerd is.
3. De verplaatsing gebeurt binnen dezelfde kadastrale percelen. Bijgevolg heeft de maatregel geen invloed op de verkeersveiligheid en de aansluiting van de aanpalende percelen.
4. Door de nieuwe ligging van de gemeenteweg te bekrachtigen door dit ontwerp-rooilijnplan blijft de continuïteit van de doorgang gegarandeerd en draagt deze bij aan de duurzame ruimtelijke ontwikkeling in de zin van artikel 1.1.4 VCRO, rekening houdend met de noden van de huidige en de toekomstige generaties.
Artikel 1: De gemeenteraad gaat principieel akkoord om de gemeenteweg 102 gedeeltelijk te verplaatsen zoals aangeduid op het ontwerp-rooilijnplan.
Artikel 2: De gemeenteraad stelt het ontwerp-rooilijnplan voorlopig vast.
Artikel 3: De gemeenteraad belast het college van burgemeester en schepenen met het openbaar onderzoek.
Artikel 4: De gemeenteraad gaat akkoord met de voorgestelde meerwaarde (0 euro) zoals bepaald door artikel 28§2, Gemeentewegendecreet.
Artikel 5: De gemeenteraad maakt deze beslissing als volgt bekend:
- aanplakking aan het gemeentehuis en ter plaatse, minstens aan het begin- en eindpunt van het op te heffen wegdeel;
- een bericht op de website van de gemeente of in het gemeentelijk infoblad;
- een bericht in het Belgisch Staatsblad;
- een afzonderlijke mededeling die met een beveiligde zending wordt gestuurd naar de woonplaats van de eigenaars van de onroerende goederen die zich bevinden in het ontwerp van gemeentelijk rooilijnplan;
- een afzonderlijke mededeling aan de deputatie en het departement Mobiliteit en Openbare werken;
- een afzonderlijke mededeling aan de beheerders van de aansluitende openbare wegen;
- een afzonderlijke mededeling aan de maatschappijen van openbaar vervoer.
Decreet lokaal bestuur.
Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.
Decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen.
Op 10 juni 2022 werd bij de gemeente Oud-Heverlee een omgevingsvergunningsaanvraag tot het slopen van de bestaande constructies en het voorzien van 3 loten voor open bebouwing (met grondafstand), gelegen Bovenbosstraat 38, 3052 Oud-Heverlee, kadastraal gekend afdeling 4 sectie B nummers 26C, 26/3 B, 50D en 50E2 ingediend.
De aanvraag werd volledig en ontvankelijk verklaard op datum van 7 juli 2022.
Het dossier ging in openbaar onderzoek van 14 juli 2022 tot en met 12 augustus 2022. Artikel 47 van het Omgevingsvergunningsbesluit stelt dat de gemeenteraad kennis dient te nemen van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die zijn ingediend tijdens het openbaar onderzoek. In haar verslag van 30 september 2022 heeft de gemeentelijke omgevingsambtenaar vermeld dat er 8 bezwaren ingediend werden.
De gemeenteraad dient in zitting van 25 oktober 2022 een uitspraak te doen inzake de voorgestelde zaak van de wegen. Indien deze niet wordt toegevoegd aan de omgevingsvergunningsaanvraag, kan er geen geldige omgevingsvergunning worden afgeleverd (artikel 31 van het Decreet betreffende de Omgevingsvergunning).
Een definitieve uitspraak over de vergunbaarheid (en onder welke voorwaarden) van het project gebeurt door het college van burgemeester en schepenen na de beslissing van de gemeenteraad over de zaak der wegen. De gemeenteraad mag niet in de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening treden.
De aanvrager stelt voor de weg over een aangeduid tracé te verbreden naar 8m (verharding hier reeds aanwezig) en daartoe kosteloze grondafstand te doen van +- 1a08ca. Aan de gemeenteraad wordt gevraagd of hiermee akkoord kan gegaan worden.
Artikel 31 van het omgevingsvergunningendecreet bepaalt: De gemeenteraad spreekt zich uit over de ligging, de breedte en de uitrusting van de gemeenteweg, en over de eventuele opname in het openbaar domein. Hierbij wordt rekening gehouden met de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, en in voorkomend geval met het gemeentelijk beleidskader en afwegingskader, vermeld in artikel 6 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen. De gemeenteraad kan daarbij voorwaarden opleggen en lasten verbinden, die de bevoegde overheid in de eventuele vergunning opneemt.
Uit artikel 3 en 4 van het decreet aangaande de gemeentewegen:
Bij beslissingen over wijzigingen van het gemeentelijk wegennet wordt minimaal rekening gehouden met de volgende principes:
1° wijzigingen van het gemeentelijk wegennet staan steeds ten dienste van het algemeen belang;
2° een wijziging, verplaatsing of afschaffing van een gemeenteweg is een uitzonderingsmaatregel die afdoende wordt gemotiveerd;
3° de verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen;
4° wijzigingen aan het wegennet worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief;
5° bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen.
Dit decreet heeft tot doel om de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren, in het bijzonder om aan de huidige en toekomstige behoeften aan zachte mobiliteit te voldoen.
In het meerjarenplan is volgend actieplan en actie opgenomen:
Actieplan: Actualiseren en uitvoeren van het gemeentelijk klimaatactieplan: het klimaatbestendig inrichten van de ruimte. |
AC000033 |
Projecten en dossiers van vergunningsverlening worden beoordeeld op criteria rond klimaat en duurzaamheid. Bij het inrichten van de ruimte is er aandacht voor klimaatbestendige inrichtingsprincipes zoals het systematisch ontharden en ruimte maken voor water, het aanplanten van bomen, erosiebestrijding. |
De aangevraagde wijziging van de het gemeentelijk wegennet kan niet goedgekeurd worden om volgende redenen:
1. het voorwerp van de aanvraag is onvoldoende duidelijk. Er werd geen technisch bestek voor de uitvoering van de wijzigingen toegevoegd, noch werd er op het plan zelf aangeduid het type van verharding zou zijn, of er voetpaden voorzien worden, of er gewerkt zou worden met waterdoorlatend materiaal, waar de nutsleidingen zouden lopen, welk type wegboorden er voorzien zijn, etc. De gemeenteraad kan bijgevolg geen uitspraak doen over de wegverharding en bestrating, de weguitrusting en de nutsleidingen, de aanleg van trottoirs en wegboorden.
2. de aanvraag voldoet ook niet aan de principes uit artikel 3 en 4 van het gemeentewegendecreet en de aangehaalde actieplan en actie vna het meerjarenplan.
De gevraagde verbreding staat niet ten dienste van het algemeen belang: de facto komt het neer op het verbreden van een bestaande doodlopende, smalle weg over een beperkte lengte.
Het leidt enkel tot bijkomende blijvende verharding, wat niet gewenst is in het kader van actie 33 uit het meerjarenplan.
Het is niet zo dat door de gevraagde wijziging een verbetering wordt aangebracht voor de zachte weggebruiker, er wordt geen nieuwe functionele of recreatieve verbinding gerealiseerd.
Er is ook geen visie op de ontsluiting van de aanliggende percelen. Verderop is er ook nog woongebied met landelijk karakter, maar er is geen visie op de verdere loop van de voorgestelde wegenis in dat gebied.
Artikel 1: De gemeenteraad keurt de voorgestelde grondafstand ter hoogte aan het uiteinde van een doodlopende arm van de Bovenbosstraat, zoals voorzien in de omgevingsvergunningsaanvraag inzake het slopen van de bestaande constructies en het voorzien van 3 loten voor open bebouwing (met grondafstand), gelegen Bovenbosstraat 38, 3052 Oud-Heverlee, kadastraal gekend afdeling 4 sectie B nummers 26C, 26/3 B, 50D en 50E2 niet goed om volgende redenen:
1. het voorwerp van de aanvraag is onvoldoende duidelijk. Er werd geen technisch bestek voor de uitvoering van de wijzigingen toegevoegd, noch werd er op het plan zelf aangeduid het type van verharding zou zijn, of er voetpaden voorzien worden, of er gewerkt zou worden met waterdoorlatend materiaal, waar de nutsleidingen zouden lopen, welk type wegboorden er voorzien zijn, etc. De gemeenteraad kan bijgevolg geen uitspraak doen over de wegverharding en bestrating, de weguitrusting en de nutsleidingen, de aanleg van trottoirs en wegboorden.
2. de aanvraag voldoet ook niet aan de principes uit artikel 3 en 4 van het gemeentewegendecreet en de aangehaalde actieplan en actie van het meerjarenplan.
De gevraagde verbreding staat niet ten dienste van het algemeen belang: de facto komt het neer op het verbreden van een bestaande doodlopende, smalle weg over een beperkte lengte.
Het leidt enkel tot bijkomende blijvende verharding, wat niet gewenst is in het kader van actie 33 uit het meerjarenplan.
Het is niet zo dat door de gevraagde wijziging een verbetering wordt aangebracht voor de zachte weggebruiker, er wordt geen nieuwe functionele of recreatieve verbinding gerealiseerd.
Er is ook geen visie op de ontsluiting van de aanliggende percelen. Verderop is er ook nog woongebied met landelijk karakter, maar er is geen visie op de verdere loop van de voorgestelde wegenis in dat gebied.
Decreet lokaal bestuur.
Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning.
Decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen.
Op 12 april 2022 verleende het college van burgemeester en schepenen een gedeeltelijk voorwaardelijke omgevingsvergunning inzake het verkavelen in vier loten voor halfopen bebouwing en aanleg wegenis (met grondafstand), gelegen Fonteinstraat/Blokkenstraat ZN, 3050 Oud-Heverlee, kadastraal gekend afdeling 1 sectie A nummer 33 T, 34 H3, 34 X, 34 E2, 34 R3, 35 H3 en 35 M2.
Als bijlage kan de beslissing van het college van burgemeester en schepenen teruggevonden worden. Tijdens deze procedure werd de gemeenteraad niet bevraagd betreffende de zaak van de wegenis. Enkel de loten 3 en 4 langs de Fonteinstraat werden voorwaardelijk vergund.
Tegen deze beslissing werd beroep aangetekend bij de deputatie op 17 mei 2002. Het beroep werd volledig en ontvankelijk verklaard op 10 juni 2022. De deputatie zal uitspraak doen binnen de vervaltermijn van 120 dagen te rekenen vanaf de datum van ontvankelijkheid en volledigheid.
De deputatie heeft op 10 juni 2022 aan de gemeente gevraagd om in de beroepsprocedure advies te verlenen. Het college van burgemeester en schepenen besloot zich op 21 juni 2022 bij haar standpunt, zoals ingenomen in haar besluit op 12 april 2022 tot gedeeltelijk voorwaardelijke verlening van de omgevingsvergunning inzake het verkavelen van gronden, te houden.
Op 3 oktober 2022 heeft de deputatie gevraagd naar een gemeenteraadsbeslissing betreffende de zaak der weken omtrent dit dossier, meer specifiek over de aanvraag tot een nieuw stuk wegenis in het verlengde van de huidige Blokkenstraat.
De gemeenteraad dient in zitting van 25 oktober 2022 een uitspraak te doen inzake de voorgestelde aanleg van nieuwe wegenis. Nadien zal de deputatie een uitspraak doen over bovenvermelde aanvraag.
Elementen van de aanvraag nieuwe wegenis:
- Voor het aanleggen van het nieuwe deel weg en riolering zou er aangesloten worden op de bestaande weg en riolering van de Blokkenstraat. Dit wordt voorzien in dezelfde materialen als de bestaande weg. De weg zal voorzien worden van bijhorende riolering en nutsvoorzieningen.
- De zone van voetpad tot voetpad wordt nadien overgedragen aan het openbaar domein. De riolering dient overgedragen te worden aan Fluvius.
- Langs de Blokkenstraat zal de bestaande wegverharding dus worden doorgetrokken over een oppervlakte van 3a88ca. De weg, inclusief voetpad, zal 7,00m breed zijn. De weg vertoont een knik.
De gemeenteraad dient een besluit te nemen over de zaak van de wegen. lndien deze niet wordt toegevoegd aan de omgevingsvergunningsaanvraag, kan er geen geldige omgevingsvergunning worden afgeleverd (artikel 31 van het Decreet betreffende de Omgevingsvergunning). De gemeenteraad mag niet in de beoordeling van de goede ruimtelijke ordening treden.
Artikel 31 van het omgevingsvergunningendecreet bepaalt: De gemeenteraad spreekt zich uit over de ligging, de breedte en de uitrusting van de gemeenteweg, en over de eventuele opname in het openbaar domein. Hierbij wordt rekening gehouden met de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, en in voorkomend geval met het gemeentelijk beleidskader en afwegingskader, vermeld in artikel 6 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen. De gemeenteraad kan daarbij voorwaarden opleggen en lasten verbinden, die de bevoegde overheid in de eventuele vergunning opneemt.
Uit artikel 3 en 4 van het decreet aangaande de gemeentewegen:
Bij beslissingen over wijzigingen van het gemeentelijk wegennet wordt minimaal rekening gehouden met de volgende principes:
1° wijzigingen van het gemeentelijk wegennet staan steeds ten dienste van het algemeen belang;
2° een wijziging, verplaatsing of afschaffing van een gemeenteweg is een uitzonderingsmaatregel die afdoende wordt gemotiveerd;
3° de verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen;
4° wijzigingen aan het wegennet worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief;
5° bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen.
Dit decreet heeft tot doel om de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren, in het bijzonder om aan de huidige en toekomstige behoeften aan zachte mobiliteit te voldoen.
In het meerjarenplan is volgend actieplan en actie opgenomen:
Actieplan: Actualiseren en uitvoeren van het gemeentelijk klimaatactieplan: het klimaatbestendig inrichten van de ruimte. |
AC000033 |
Projecten en dossiers van vergunningsverlening worden beoordeeld op criteria rond klimaat en duurzaamheid. Bij het inrichten van de ruimte is er aandacht voor klimaatbestendige inrichtingsprincipes zoals het systematisch ontharden en ruimte maken voor water, het aanplanten van bomen, erosiebestrijding. |
De aangevraagde wijziging van de het gemeentelijk wegennet kan niet goedgekeurd worden. De aanvraag voldoet niet aan de principes uit artikel 3 en 4 van het gemeentewegendecreet en de aangehaalde actieplan en actie van het meerjarenplan.
De gevraagde beperkte verlening van de huidige Blokkenstraat staat niet ten dienste van het algemeen belang: de facto komt het neer op het beperkt verlengen van een bestaande doodlopende weg.
Het leidt enkel tot bijkomende blijvende verharding, wat niet gewenst is in het kader van actie 33 uit het meerjarenplan.
Het is niet zo dat door de gevraagde wijziging een verbetering wordt aangebracht voor de zachte weggebruiker, er wordt geen nieuwe functionele of recreatieve verbinding gerealiseerd.
Tevens is de weg te breed en is ook de aanleg van een voetpad hier niet gewenst.
Er is ook geen visie op de ontsluiting van de aanliggende percelen. Verderop is er ook nog woongebied, maar er is geen visie op de verdere loop van de voorgestelde wegenis in dat gebied.
Amendement college: toevoegen
Artikel 2: De gemeenteraad is bereid het dossier binnen (maximum) 12 maanden te heroverwegen. Daarvoor is een gedragen visie op de ontwikkeling van de betrokken en belendende percelen noodzakelijk. De gemeenteraad vraagt aan alle betrokken partijen om hierover in overleg te gaan. Bij deze ontwikkeling dient er conform de klimaatambities van de gemeente aandacht te zijn voor minimale verharding en waterhuishouding.
Stemming amendement: goedgekeurd
CD&V:voor
Groen:voor
Vooruit:voor
N-VA: onthouden
Open-VLD: tegen
Team OH: tegen
Artikel 1: De gemeenteraad keurt het voorgestelde tracé van de nieuw aan te leggen verlenging van de Blokkenstraat, zoals voorzien in de omgevingsvergunningsaanvraag inzake het verkavelen in vier loten voor halfopen bebouwing en aanleg wegenis (met grondafstand), gelegen Fonteinstraat/Blokkenstraat ZN, 3050 Oud-Heverlee niet goed.
De aangevraagde wijziging van de het gemeentelijk wegennet kan niet goedgekeurd worden. De aanvraag voldoet niet aan de principes uit artikel 3 en 4 van het gemeentewegendecreet en het aangehaalde actieplan en actie van het meerjarenplan.
De gevraagde beperkte verlening van de huidige Blokkenstraat staat niet ten dienste van het algemeen belang: de facto komt het neer op het beperkt verlengen van een bestaande doodlopende weg.
Het leidt enkel tot bijkomende blijvende verharding, wat niet gewenst is in het kader van actie 33 uit het meerjarenplan.
Het is niet zo dat door de gevraagde wijziging een verbetering wordt aangebracht voor de zachte weggebruiker, er wordt geen nieuwe functionele of recreatieve verbinding gerealiseerd.
Tevens is de weg te breed en is ook de aanleg van een voetpad hier niet gewenst.
Er is ook geen visie op de ontsluiting van de aanliggende percelen. Verderop is er ook nog woongebied, maar er is geen visie op de verdere loop van de voorgestelde wegenis in dat gebied.
Artikel 2: De gemeenteraad is bereid het dossier binnen (maximum) 12 maanden te heroverwegen. Daarvoor is een gedragen visie op de ontwikkeling van de betrokken en belendende percelen noodzakelijk. De gemeenteraad vraagt aan alle betrokken partijen om hierover in overleg te gaan. Bij deze ontwikkeling dient er conform de klimaatambities van de gemeente aandacht te zijn voor minimale verharding en waterhuishouding.
Decreet lokaal bestuur.
Besluit gemeenteraad van 31 augustus 2021 tot goedkeuring van het Masterplan Zoet Water.
Besluit college van burgemeester en schepenen van 21 oktober 2021 mbt subsidieaanvraag verwervingen project Walden.
Besluit gemeenteraad 22 februari 2022 goedkeuring aankoopoptie.
De gemeenteraad besloot op 22 februari 2022 de aankoopoptie voor de verwerving van de grond en woning Waversebaan 137 goed te keuren.
De gemeente heeft als eigenaar van bijna het volledige recreatiegebied belangrijke kaarten in handen voor de herontwikkeling van het Zoet Water. Twee puzzelstukken onderbreken echter nog. Het betreft de gronden en woning Waversebaan 137 (rood omlijnd) en de camping Zoete Waters Caravaning (oranje omlijnd).
Op 31 augustus 2021 keurde de gemeenteraad het masterplan voor de ruimtelijke herontwikkeling Zoet Water goed. Bij de opmaak van het masterplan bleek dat beide enclaves een samenhangende en ambitieuze herontwikkeling hypothekeren.
Hierna wordt het inrichtingsprincipes van het masterplan voor het perceel Waversebaan 137 toegelicht. Het betreft een kader dat gehanteerd zal worden bij de verdere uitwerking. De exacte uitvoering op het terrein zal in nauw overleg gebeuren met betrokken actoren (o.a. ANB, provincie Vlaams-Brabant) en gebruikers (o.a. OHL, TC Meerdaal, bewoners, horeca).
De verwerving van de zonevreemde woning biedt de noodzakelijke ruimte om aan de Waversebaan de onthaalinfrastructuur te centraliseren. De onthaalinfrastructuur omvat de uitrusting van een bushalte, fietsenstallingen en het voorzien van een groene parking. Via dit gebied wordt ook aangesloten op een nieuwe langzaam verkeersverbinding naar het station van Oud-Heverlee. Deze verbinding maakt eveneens deel uit van het strategisch project. Door het centraliseren van de parkeercapaciteit aan de Waversebaan kan de middenparking (centraal op de site) opgeheven worden om hier de bosverbinding te herstellen. De zuidelijke parking aan de Maurits Noëstraat kan geoptimaliseerd, vergroend en verkleind worden. Op deze manier kan de relatie met de bosranden en de vijvers hersteld worden. Overgangszones verbinden het Zoet Water opnieuw met haar oorsprong en realiseren een ecologische meerwaarde. Door de verwerving van de zonevreemde woning, kan het parkeergebeuren geconcentreerd worden aan de Waversebaan.
De tennisterreinen zijn verhuurd aan TC Meerdael ingevolge een besluit van 11.06.2019. De club investeerde recent in de aanleg van padelvelden. De voetbalterreinen zijn deels in erfpacht gegeven aan OHL tot en met 2042. De tennis- en voetbalvelden liggen versnipperd. Door de aankoop van privé gronden, kan er meer ruimte gemaakt worden om de terreinen te herorganiseren in de toekomst. Tevens kan er een groene corridor gerealiseerd worden tussen de noordelijke en de zuidelijke gedeelte van de site.
Het masterplan Zoet Water heeft de noordelijke zone weerhouden als beste inplanting voor een sporthal. Het verwerven van de ontbrekende terreinen is een eerste noodzakelijke stap om deze piste concreet te maken.
Voor de verwerving van de Waversebaan 137 werden de nodige budgetten ingeschreven in het meerjarenplan (wijziging 4, goedgekeurd door de gemeenteraad op 25 oktober 2022). De aankoop kan gebeuren aan de prijs van het schattingsverslag dat in opdracht van de gemeente is opgesteld, zonder extra vergoeding. In hoofde van de eigenaar blijft ook na de verkoop wel een recht van bewoning bestaan. Dat is een persoonlijk recht dat geldt tot aan de vrijwillige verhuis of overlijden.
De aankoop kadert ook in het strategisch project Walden, dat inzet in op het versterken van de open ruimte tussen het Meerdaalwoud en het Zoniënwoud, met het landbouwplateau van Duisburg en de valleien van Dijle, Laan, IJse en Voer. Het project geeft mee uitvoering aan de Brabantse Wouden (BW) : de ambitie om het Meerdaalwoud, Zoniënwoud en Hallerbos met elkaar te verbinden via de valleien van de meanderende rivieren van Dijle, Laan, IJse en Voer en via robuuste verbindingslandschappen over de landbouwplateaus. Om zo te leiden tot een voor bewoners, landbouwers en bezoekers florerend leefgebied en bestemming die op termijn kan uitgroeien tot een Nationaal Park.
De inzet op de inrichting van de onthaalpoort ‘Zoet Water’ en een grensoverschrijdende onthaalpoort bij station Florival in de Dijlevallei - als toegang tot het toekomstig Nationaal Park Brabantse Wouden - maakte reeds deel uit van de aanvraag van het strategisch project. Om deze reden werd hiervoor ook een aankoopbeleid voorgesteld binnen het project Walden. Een subsidieaanvraag werd ingediend in oktober 2021 (collegebeslissing 21/10/2021).
Artikel 1: De gemeenteraad besluit de op 22 februari goedgekeurde aankoopoptie te lichten. Daardoor gaat de gemeenteraad akkoord met de verwerving van de percelen en gebouw zoals beschreven in de aankoopoptie.
Tekst aankoopoptie:
Tussen de ondergetekenden:
Betrokkene 1.
Hierna genoemd de "kandidaat-verkoper", zelfs indien er meerdere zijn.
De kandidaat-verkoper verklaart enig eigenaar te zijn van het verkochte goed en de vereiste bevoegdheid te hebben om deze overeenkomst te sluiten.
en
De gemeente Oud-Heverlee, vertegenwoordigd door
- De heer Bart Clerckx, burgemeester, bijgestaan door
- Mevrouw Marijke Pertz, algemeen directeur
Hierna genoemd de "kandidaat-koper", zelfs indien er meerdere zijn.
Steeds hoofdelijk en ondeelbaar verbonden indien het om meerdere personen gaat.
Beschrijving van het goed
GEMEENTE OUD-HEVERLEE -eerste afdeling
Kadastraal inkomen : 2.053 euro
Kadastraal inkomen 4 euro.
Kadastraal inkomen 4 euro.
Hierna genoemd "het goed", zelfs indien er meerdere zijn.
Bekwaamheid
Alle partijen en comparanten verklaren bevoegd en bekwaam te zijn tot het stellen van de bij deze akte vastgestelde rechtshandelingen en niet het voorwerp te zijn van een maatregel die een onbekwaamheid daartoe in het leven zou kunnen roepen zoals bijvoorbeeld faillissement, collectieve schuldenregeling, aanstelling voorlopige bewindvoerder, verlengde minderjarigheid.
Notariskeuze
Partijen, die ervan in kennis zijn dat zij steeds het recht hebben een notaris aan te duiden ter behartiging van hun belangen, en dat het optreden van meerdere notarissen geen aanleiding geeft tot verhoging van de kosten, hebben hiertoe aangeduid, Notaris Patrick Gustin te 1160 Auderghem, Avenue Jean Van Horenbeeck 42 voor de kandidaat-verkoper en voor de kandidaat-koper: notaris GUSTIN, voornoemd.
De partijen kunnen voormelde notariskeuze nog wijzigen binnen de acht kalenderdagen volgend op de ondertekening van deze overeenkomst en dit door bemiddeling van de notaris aangesteld door de partij die deze keuze wenst te veranderen.
WERD OVEREENGEKOMEN WAT VOLGT
1. OPTIE TOT AANKOOP:
De kandidaat-verkoper verbindt er zich toe om, gedurende een termijn, ingaand op heden en eindigend uiterlijk binnen de 8 maanden na heden, het hierboven beschreven onroerend goed enkel aan de kandidaat-koper TE VERKOPEN, en wel tegen de hierna bepaalde voorwaarden.
De kandidaat-koper heeft dus het recht dit eigendom tegen die voorwaarden aan te kopen mits hij, vóór het verstrijken van deze termijn, de hem verleende aankoopoptie licht.
Het bewijs dat deze termijn in onderling akkoord verlengd werd, kan, indien hierover betwisting zou rijzen, enkel geleverd worden door een geschrift, ondertekend door beide partijen.
2. DE VERKOOP ZELF KOMT PAS TOT STAND DOOR HET VERLIJDEN VAN DE AUTHENTIEKE AKTE:
Partijen zijn, in afwijking van het gemeen recht, uitdrukkelijk overeengekomen dat de verkoop zelf pas tot stand komt door, en op het ogenblik van het verlijden van de authentieke akte vaststellende die verkoop, zodat zij van deze verkoop een PLECHTIG CONTRACT hebben gemaakt. Zolang de authentieke akte niet werd verleden, bestaat er dus nog geen verkoop maar enkel een verbintenis tot verkopen.
De kandidaat-koper die wenst in te gaan op de contractbelofte van de kandidaat-verkoper moet die verwittigen binnen de 8 maanden na heden, en hem schriftelijk uitnodigen voor het, in voorkomend geval via de optredende notaris(sen), tot het ondertekenen van de notariële akte vaststellende de verkoop tegen de hierna bepaalde voorwaarden, op plaats, dag en uur, bepaald in samenspraak met die notaris(sen).
De authentieke akte zal plaats moeten vinden ten laatste binnen de 10 maanden na heden.
Door deze uitnodiging geeft die partij op voldoende wijze te kennen in te gaan op de contractbelofte van de andere partij, licht hij derhalve de hem verleende optie en ontstaat in hoofde van elke partij dan ook de verplichting de authentieke akte vaststellende de verkoop te verlijden vóór het verstrijken van de tien maanden waarvan sprake hierboven.
Partijen komen overeen, in het licht van het arrest van het Hof van Beroep van Antwerpen van 14 oktober 2013, dat de aankoopoptie (dus het ingaan door de kandidaat-koper op de verkoopbelofte van de kandidaat-verkoper), pas kunnen worden gelicht nadat de kandidaat-koper het bodemattest en het stedenbouwkundig uittreksel/stedenbouwkundige inlichtingen heeft ontvangen.
3. INDEPLAATSSTELLING VAN ANDERE KANDIDAAT-KOPER:
De kandidaat-koper heeft, mits de kandidaat-verkoper hiermede instemt en met dien verstande dat de kandidaat-verkoper niet gehouden is zijn belang bij een eventuele weigering tot instemming uitdrukkelijk te motiveren, het recht een ander persoon in de plaats te stellen voor het geheel of een deel van zijn rechten en verplichtingen, doch met dien verstande dat de verkoop steeds betrekking moet hebben op geheel voorschreven eigendom, en dat de kandidaat-koper in dat geval steeds hoofdelijk en ondeelbaar gehouden is met die personen tot het nakomen van de verbintenissen die uit deze overeenkomst voortspruiten. Indien het eigendom zou worden aangekocht door andere personen dan de kandidaat-koper, dan moet de volledige identiteit van die personen uiterlijk dertig (30) dagen vóór het verlijden van de akte aan de instrumenterende notaris meegedeeld worden.
OPSCHORTENDE VOORWAARDEN
De bij deze aangegane verbintenissen worden afhankelijk gemaakt van de hierna bepaalde opschortende voorwaarden. Behoudens hierna vermelde afwijking, zijn partijen elkaar geen enkele vergoeding verschuldigd bij niet tijdige realisatie van de voorwaarden.
Enkel de partij in wiens voordeel de opschortende voorwaarde werd voorzien, kan zich hierop beroepen of kan, voor zover dit rechtsgeldig is, eraan verzaken.
Opschortende voorwaarde in voordeel van de kandidaat- koper:
- Goedkeuring door de gemeenteraad: deze overeenkomst wordt gesloten onder de opschortende voorwaarde, dat de gemeenteraad van de gemeente Oud-Heverlee haar akkoord voor de aankoop in een rechtsgeldig beslissing geeft binnen 8 maanden vanaf heden.
Deze voorwaarde zal geacht worden te zijn vervuld, en de overeenkomst zal definitief zijn, zodra de rechtsgeldige beslissing genotifieerd is aan de verkoopster en/of aan haar notaris.
Als de kandidaat-koper een positief beslissing heeft gekregen binnen de bepaalde termijn, dan moet hij zijn notaris en de verkoopster via mail verwittigen.
Als de kandidaat-koper die informatie niet bezorgt, dan kan de kandidaat-verkoper aan de kandidaat-koper via mail laten weten dat de verkoop als onbestaande wordt beschouwd. De verkoop is dan nooit tot stand gekomen.
Zolang de verkoper die mail niet stuurt, wordt de termijn van de opschortende voorwaarde verlengd.
• De kandidaat-koper betaalt aan de verkoper de kosten terug voor de opmaak van huidige overeenkomst die hij moet betalen aan de notaris die de overeenkomst heeft opgesteld. De kosten voor de opmaak zijn 242 EUR. Dat bedrag wordt afgetrokken van de eventuele waarborg.
- Voorkooprecht: Indien de goederen belast zijn met een voorkooprecht of recht van wederinkoop, wordt deze verkoop gesloten onder de opschortende voorwaarde van het niet uitoefenen van het voorkooprecht, respectievelijk het recht van wederinkoop.
Indien voorafgaandelijk de verkoop een voorkooprecht in voordeel van één of meerdere derde personen moet worden geëerbiedigd, geven partijen bij deze aan de instrumenterende notaris uitdrukkelijk de opdracht dit voorkooprecht aan te bieden zonder hierover opnieuw overleg te moeten plegen met partijen, hetgeen in hoofde van de kandidaat-koper impliceert dat hij zijn aankoop- of ‘call-optie’ licht.
Het voorkooprecht mag aldus niet worden aangeboden vooraleer de overige opschortende voorwaarden vervuld zijn.
Dienaangaande meldt de kandidaat-verkoper dat er bij zijn weten geen (wettelijk) voorkooprecht of recht van wederinkoop op het eigendom rust.
Opschortende voorwaarden in voordeel van beide partijen:
- Vrij van schulden: De verkoop is aangegaan onder de opschortende voorwaarde van het bekomen van de toezegging van alle eventuele schuldeisers van de kandidaat-verkoper, voor het verstrijken van de termijn waarin de notariële akte moet verleden worden, dat de goederen vrij en onbelast kunnen worden overgedragen.
- Rechterlijke machtiging: De overeenkomst is afgesloten onder de opschortende voorwaarde van het verkrijgen, indien wetteli jk vereist, vóór het verstrijken van de termijn waarvoor de verkoopbelofte verleend werd, vanwege de daartoe bevoegde rechterlijke instanties, van de machtiging dat het eigendom uit de hand mag worden verkocht tegen de hierna bepaalde voorwaarden. De kosten die hiermee verband houden, vallen ten laste van de kandidaat-verkoper.
OPTIEPRIJS - WAARBORG
Geen.
SANCTIONERING VAN DE OVEREENKOMST
Indien de gemeenteraad binnen de gestelde periode van 8 maanden beslist om te kopen en één van beide partijen zijn verbintenissen niet nakomt (de authentieke akte niet binnen de gestelde periode van 10 maanden tekent), heeft de andere partij steeds het recht om 15 dagen na de neerlegging ter post van de aangetekende ingebrekestelling van die partij bij aangetekend schrijven, verstuurd naar diens hoger vermeld adres en binnen zelfde termijn niet gevolgd door de uitvoering door die partij van diens verbintenissen:
Indien de kandidaat-koper zijn verbintenissen niet tijdig nakomt, heeft de kandidaat-verkoper van rechtswege en zonder verplichting tot ingebrekestelling, recht op nalatigheidsinteresten die berekend worden van dag tot dag, op het bedrag van de verkoopprijs, aan een jaarlijkse intrestvoet van 7%.
Komt de kandidaat-verkoper zijn verbintenissen niet tijdig na, dan is ook de kandidaat-verkoper ertoe gehouden de kandidaat-koper hiervoor schadeloos te stellen, van rechtswege en zonder verplichting tot ingebrekestelling, d.m.v. nalatigheidsintresten aan een jaarlijkse intrestvoet van 7%, berekend op de prijs.
VERKOOPSVOORWAARDEN
Vrij en onbelast
De kandidaat-verkoper verbindt er zich toe tegen de datum van het verlijden van de akte, het goed aan de koper te leveren voor vrij en onbelast van alle schulden, hypothecaire of bevoorrechte lasten, bezwarende inschrijvingen, overschrijvingen of randmeldingen en ontbindende voorwaarden.
De kandidaat-verkoper verklaart dat bij zijn weten het goed recentelijk aan geen enkele in- of overschrijving werd onderworpen, en dat hij geen kennis heeft van enige procedure die het vrijgeven van het goed zou belasten zoals beslag, faillissement of collectieve schuldenregeling.
De kandidaat-verkoper verklaart verder geen kennis te hebben van een geschil of een hangende gerechtelijke procedure met betrekking tot het goed voorwerp dezer.
De kandidaat-verkoper verklaart geen hypothecair mandaat te hebben ondertekend dat het goed zou kunnen bezwaren.
Toestand van het goed
Het goed wordt verkocht in de toestand waarin het zich thans bevindt.
De kandidaat-koper neemt de zichtbare en verborgen gebreken over, zonder verhaal tegen de kandidaat-verkoper, met uitzondering van verborgen gebreken die de kandidaat-verkoper gekend heeft en niet aan de kandidaat-koper heeft meegedeeld. De kandidaat-verkoper verklaart geen kennis te hebben van verborgen gebreken.
De kandidaat-koper verklaart het goed zelf en grondig te hebben bezichtigd.
Partijen verklaren op de hoogte te zijn dat het aangewezen is om het goed vlak voor de ondertekening van de notariële akte samen te bezichtigen, om de staat van het onroerend goed te controleren en na te gaan of het goed kan worden geleverd zoals tussen partijen afgesproken.
Het goed wordt verkocht zonder waarborg omtrent de opgegeven oppervlakte, zodat een verschil in meer of in min geen aanleiding zal geven tot vergoeding of koopverbreking, zelfs al bedraagt dat verschil meer dan 1/20.
Het goed wordt verkocht met inbegrip van alle rechten ten aanzien van derden, waaronder de aannemer en/of de architect. De kandidaat-verkoper verklaart dienaangaande dat bij zijn weten geen werken in onroerende staat werden uitgevoerd waarvoor een definitieve stedenbouwkundige vergunning (in laatste administratieve aanleg waartegen geen hoger beroep meer mogelijk is) werd uitgereikt sinds 01 juli 2018.
Partijen erkennen te weten dat elke dienstverlener van de bouwsector waarvan de tienjarige burgerlijke aansprakelijkheid in het gedrang kan komen als gevolg van handelingen die hij beroepshalve op in België gelegen woningen verricht of van handelingen van zijn aangestelden (waaronder architecten en aannemers), sinds hogervermelde datum verplicht is deze aansprakelijkheid te verzekeren. Het voorgaande wordt bewezen door een verzekeringsattest, dat bij elke overdracht van het goed vóór het verstrijken van de tienjarige burgerlijke aansprakelijkheid moet worden overhandigd aan de verkrijger. De kandidaat-verkoper verklaart dat dit bij de overdracht van dit goed niet van toepassing is.
Erfdienstbaarheden
Het eigendom wordt verkocht met alle rechten en verplichtingen omtrent eventuele gemene muren, hagen of andere afsluitingen, die de scheiding uitmaken tussen het verkochte goed en de aanpalende eigendommen.
Het eigendom wordt verkocht met alle bekende en onbekende, heersende en lijdende, voortdurende en niet-voortdurende, zichtbare en onzichtbare rechten en dienstbaarheden waarmede het zou kunnen bevoor- of benadeeld wezen, vrij aan de kandidaat-koper de ene in zijn voordeel te doen gelden en uit te oefenen en zich van de andere te bevrijden en er zich tegen te beveiligen, doch het alles te zijnen bijzondere kost, last en gevaar en zonder enige tussenkomst noch verantwoordelijkheid vanwege de kandidaat-verkoper.
De kandidaat-verkoper verklaart dat bij zijn weten, het goed niet met erfdienstbaarheden of bijzondere voorwaarden is bezwaard, behalve wat hierna vermeld is :
“De kohier van lasten opgesteld door notaris Paul KUIJPERS, te Leuven-Heverlee, tot het openbare verkoop van de pand sub 1 vermeld letterlijk wat volgt :
“ BIJZONDERE VOORWAARDEN :
In voormelde akte van notaris Paul Hollanders de Ouderaen, te Leuven van 10 oktober 1964, staat letterlijk hetgeen volgt :
“De afsluitingshaag zal geplaats worden te paard op de scheidingslijn tussend e eigendommen Lefever en Vrebosch.”
“De verkoper verklaart alleen eigenaar te zijn vande afsluiting die in de verkoop begrepen is.”
De kandidaat-verkoper verklaart zelf geen erfdienstbaarheden te hebben gevestigd.
Eigendomsrecht - Genot
De eigendom en het risico gaan over vanaf de notariële akte.
De kandidaat-verkoper verklaart en waarborgt dat voorschreven goed door haar in gebruik is.
De kandidaat-verkoper zal gratis het genot behouden zo lang zij er haar hoofdverblijfplaats heeft of tot haar overlijden. Het levenslang zakelijk recht van gebruik en bewoning wordt gevestigd op het hoofd van de kandidaat-verkoper.
Partijen komen overeen dat het recht van bewoning een vorm van vruchtgebruik is en verwijzen naar art. 3.138 en volgend Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek.
Art. 3.138. Definitie
Vruchtgebruik verleent aan zijn titularis het tijdelijk recht op het gebruik en genot van een goed van de blote eigenaar, zoals een voorzichtig en redelijk persoon, in overeenstemming met de bestemming van dat goed en onder de verplichting om het goed bij het einde van zijn recht terug te geven.
Een recht van bewoning wordt, behoudens tegenbewijs, vermoed een onoverdraagbaar recht van vruchtgebruik te zijn dat beperkt is tot wat als woning noodzakelijk is voor de titularis van het recht en zijn gezin.
Mevrouw Cuypers verklaart dat het recht op bewoning enkel in haar hoofde geldt. Die recht is onverdraagbaar.
Het levenslang zakelijk recht van gebruik en bewoning (als hoofdverblijfplaats) slaat op het geheel van de hierboven omschreven goederen, zonder uitzondering.
De titularis van het zakelijk recht van gebruik en bewoning wordt vrijgesteld van de verplichting tot borg- en zekerheidsstelling en van de verplichting van het opmaken van een plaatsbeschrijving of staat.
De kandidaat-verkoper dient dit recht persoonlijk uit te oefenen.
De kandidaat-verkoper verbindt zich ertoe tussen het sluiten van deze overeenkomst en het verlijden van de akte verkoop geen huurovereenkomst(en) af te sluiten of enig gebruiksrecht toe te staan aan derden.
Bij miskenning van deze bepaling zal de kandidaat-verkoper gehouden zijn alle schade die hieruit ontstaat voor de kandidaat-koper te vergoeden.
De kandidaat-koper zal het genot van hebben drie maanden na het overlijden van de kandidaat-verkoper/ nadat vaststaat dat de kandidaat/verkoper er haar hoofdverblijfplaats niet meer heeft. De erfgenamen van de kandidaat-verkoper zullen drie maanden om het pand leeg te maken.
Onderhoud.
De titularis van het zakelijk recht van gebruik en bewoning zal het goed dienen te onderhouden als een goede huisvader en zal alle lasten dragen die ingevolge de wet op hem rusten.
Vervreemden – hypothekeren - erfdienstbaarheden
Het levenslang zakelijk recht van gebruik is niet overdraagbaar en niet vatbaar voor beslag en mag tevens niet bezwaard worden met hypotheek of enig ander zakelijk zekerheidsrecht.
Het is de titularis ervan verboden erfdienstbaarheden toe te staan op het goed.
Insolventie
Ingeval van faillissement, collectieve schuldenregeling of gerechtelijke reorganisatie van de titularis van het levenslang zakelijk recht van gebruik en bewoning, zal dit recht meteen en van rechtswege ten einde komen.
Werken en verbeteringen
De titularis van het levenslang recht van gebruik en bewoning mag, mits geschreven toestemming van de eigenaar, aan het goed verbeteringen aanbrengen, op haar kosten.
Bij het einde van het levenslang recht van gebruik en bewoning komen de door de titularis aangebrachte verbeteringen toe aan de eigenaar, zonder vergoeding.
De titularis blijft verantwoordelijk voor de kleine herstellingen.
De kandidaat-koper zal vanaf de authentieke akte de grote herstellingen en onderhoudskosten betalen.
Wat betreft het onderscheid tussen kleine en grote herstellingen, komen partijen overeen om zich te verwijzen naar de op huurovereenkomsten toepasselijke regelgevingen.
Zie https://www.wonenvlaanderen.be/content/welke-herstellingen-voor-huurder-en-verhuurder
De kandidaat-verkoopster zal de berken mogen snoeien indien het volgens haar nodig is.
Belastingen
De onroerende voorheffing en alle zakelijke belastingen met betrekking tot het goed, zullen door de kandidaat-koper gedragen en betaald worden te rekenen vanaf de authentieke akte zelf als hij het genot niet heeft.
Voormelde verdeling van belastingen geldt evenwel niet voor de belastingen waarvoor de uiteindelijke koper, gezien zijn persoonlijke situatie, vanaf het volgend heffings- of aanslagjaar een vrijstelling (dus niet enkel vermindering) kan bekomen (zoals bijvoorbeeld de heffing op onbebouwde percelen, belasting op tweede verblijven of de heffing omwille van leegstand). Dergelijke belastingen zullen voor het aanslagjaar waarin de akte wordt verleden volledig ten laste blijven van de kandidaat-verkoper en pas vanaf het daarop volgend aanslagjaar ten laste zijn van de uiteindelijke koper.
De eventuele belasting op leegstaande, verwaarloosde, ongeschikte of onbewoonbare gebouwen over het lopende jaar blijft ten laste van de kandidaat-verkoper.
De kandidaat-verkoper verklaart geen kennis te hebben van een dergelijke belasting betreffende het bij deze verkochte goed.
De kandidaat-verkoper verklaart dat er geen verhaalbelasting verschuldigd is. Mochten deze toch bestaan dat zal de kandidaat-verkoper deze ten laste nemen voor de uitgevoerde infrastructuurwerken tot op het ogenblik waarop de notariële akte ondertekend wordt.
Brandverzekering
De titularis van het levenslang recht van gebruik en bewoning is verplicht voor de ganse duur van dit recht een verzekering af te sluiten tegen brand en andere risico’s voor zijn risico als bewoner, bij een door de eigenaar goedgekeurde verzekeringsmaatschappij. Hij zal tevens een verzekering burgerlijke aansprakelijkheid jegens derden afsluiten. Op eerste verzoek van de eigenaar zal hij het bewijs van betaling van de premies voorleggen.
Vanaf de notariële verkoopakte is de kandidaat-koper zelf verantwoordelijk om het goed te verzekeren tegen brand en andere risico’s.
Administratieve bepalingen
Voorkooprecht - conventioneel voorkeurrecht - recht van wederinkoop
De kandidaat-verkoper verklaart dat:
- voor zover hem bekend het goed niet het voorwerp uitmaakt van één of ander voorkooprecht of voorkeurrecht tot aankoop in het kader van de Vlaamse Wooncode, het Vlaams decreet op het natuurlijk milieu en het natuurbehoud, het Vlaams decreet op de Ruimtelijke Ordening en enige andere overheidsregeling;
- voor zover hem bekend het goed niet het voorwerp uitmaakt van een verplichting tot sloping, een sociaal beheersplan en/of niet voorkomt op een lijst waarvoor een conformiteitsattest werd geweigerd;
- het goed met geen enkel conventioneel voorkeurrecht is bezwaard, noch met een recht van wederinkoop, een verbod tot vervreemden of een onteigening.
Bodemdecreet
De kandidaat-verkoper verklaart dat bij zijn weten het goed geen risicogrond is zoals bedoeld in het bodemdecreet van 27 oktober 2006, zoals fabrieken, werkplaatsen, opslagplaatsen, machines, installaties en handelingen die een verhoogd risico op bodemverontreiniging kunnen inhouden en die voorkomen op een lijst door de Vlaamse regering opgesteld in overeenstemming met het bodemdecreet.
De kandidaat-verkoper verklaart met betrekking tot het goed, geen weet te hebben van bodemverontreiniging die schade kan berokkenen aan de koper of aan derden, of die aanleiding kan geven tot een beschrijvend bodemonderzoek, een saneringsverplichting of een risicobeheer, tot gebruiks- of bestemmingsbeperkingen of tot andere maatregelen die de overheid in dit verband kan opleggen.
De kandidaat-verkoper legt de bodemattesten voor dat betrekking heeft op de goederen en die werden afgeleverd door OVAM op 30/11/2021
De inhoud van dit bodemattest luidt:
“…
2. Inhoud van het bodemattest
Deze grond is niet opgenomen in het grondeninformatieeregister.
2.1 informatie uit de gemeentelijke inventaris
De ovam heeft geen aanwijzingen dat deze grond een risicogrond is.
2.2 uitspraak over de bodemkwaliteit
Er zijn geen aanwijzingen bij de ovam dat op deze grond een bodemverontreiniging voorkomt.
2.3 bijkomende adviezen en/of bepalingen
Er zijn geen gebruiksadviezen of gebruiksbeperkingen van toepassing op deze grond. Voor grondverzet dient er pas vanaf een volume van 250m³ een technisch verslag opgemaakt te worden.
Dit bodemattest vervangt alle vorige bodemattesten.
3 opmerkingen
1 voor meer informatie: www.ovam.be/bodemattest.
2 meer informatie over de gegevensstromen die door de ovam worden gebruikt, vindt u op
Http://www.ovam.be/disclaimer.
3 Maatregelen opgelegd of van toepassing buiten het kader van het Bodemdecreet worden niet vermeld op het bodemattest. Hiervoor kunt u best contact opnemen met uw lokaal bestuur.
4 De OVAM staat niet in voor de juistheid van de aan haar verstrekte gegevens. te Mechelen, 30.11.2021”
Voor zover voorgaande verklaring door de kandidaat-verkoper ter goeder trouw afgelegd werd, neemt de kandidaat-koper de risico's voor eventuele bodemverontreiniging en de schade zowel als de kosten die daaruit kunnen voortvloeien op zich bij lichting van onderhavige optieovereenkomst, en verklaart hij dat de kandidaat-verkoper hiervoor tot geen vrijwaring zal zijn gehouden.
De kandidaat-verkoper blijft daarentegen wel gehouden voor de schade en de kosten verbonden aan eventuele bodemverontreiniging, voor zover zijn verklaring in verband met het Bodemdecreet niet ter goeder trouw zouden zijn afgelegd.
Stedenbouw
A. Algemeen
Voor het geval voorschreven eigendom zou onderworpen zijn aan gehele of gedeeltelijke onteigening, lijnrichting betreffende voor- of achterbouw, urbanisatievereisten of andere overheidsbesluiten of reglementen van welke aard ook, zal de kandidaat-koper zich moeten gedragen naar al de voorschriften zonder voor verlies van grond, weigering van toelating tot bouwen of welke andere reden ook enig verhaal tegen de kandidaat-verkoper te kunnen uitoefenen.
B. Verklaringen
De kandidaat-verkoper verklaart:
- geen weet te hebben van enige bouwovertreding met betrekking tot het verkochte goed, voor alle constructies door hen eventueel opgericht, een bouwvergunning te hebben bekomen en dat al deze constructies conform die vergunning werden opgericht. Bovendien verklaart hij dat, naar zijn weten, het goed niet bezwaard zou zijn met onregelmatige handelingen of werken uit hoofde van derden.
- geen kennis te hebben van enige planbatenheffing,
- dat voorschreven goed niet het voorwerp uitmaakt van enig voornemen tot onteigening.
De verkoper verklaart dat het goed thans gebruikt wordt als woning en gronden. Hij verklaart dat, naar zijn weten, deze bestemming wettig is en dat deze onbetwist is. De verkoper neemt geen enkele verantwoordelijkheid aangaande de bestemming die de koper aan het goed zou willen geven. De koper zal er zijn zaak van maken zonder verhaal tegen de verkoper.
Met uitzondering van hetgeen hiervoor vermeld werd, verklaart de verkoper dat het hierboven beschreven goed niet het voorwerp uitmaakt van een stedenbouwkundige vergunning/ omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen of een stedenbouwkundig attest waaruit de mogelijkheid blijkt om op het goed één van de handelingen of werken bepaald door de van toepassing zijnde regionale wetgeving te verrichten of te behouden en dat hij niets verzekert omtrent de mogelijkheid om op het goed één van de handelingen of werken bepaald door voormelde wetgeving te verrichten of te behouden.
C. Artikel 4.2.1 Vlaamse codex ruimtelijke ordening
De kandidaat-koper wordt gewezen op artikel 4.2.1 van de Vlaamse codex ruimtelijke ordening, waarvan hij verklaart een kopie ontvangen te hebben.
D. Verkaveling
De kandidaat-verkoper verklaart dat het goed niet gelegen is in een verkaveling.
E. Stedenbouwkundige inlichtingen
De gemeente heeft een goedgekeurd plannen- en vergunningenregister.
De stedenbouwkundige informatie die onder dit punt is opgenomen, is gebaseerd op vijf stedenbouwkundig uittreksels dat door de gemeente Oud-Heverlee zijn afgegeven op 21 deceùber 2021. Een afschrift van de uittreksels wordt bij deze overeenkomst gevoegd.
Voor de verkochte goederen zijn er stedenbouwkundige vergunningen of omgevingsvergunningen voor stedenbouwkundige handelingen afgeleverd;
Het gaat om de volgende vergunningen:
Voor perceel 18 E
Voor perceel 18 F
Voor perceel 19 F
Volgens het plannenregister is de meest recente stedenbouwkundige bestemming van het verkochte goed: recreativegebied
Voor het verkochte goed is er geen maatregel opgelegd als sanctie voor een inbreuk op de stedenbouwkundige regels. (Het gaat om zowel een rechterlijke als een bestuurlijke maatregel.)
Er loopt ook geen procedure om dergelijke maatregel op te leggen.
De wettelijke basis van de rechterlijke en bestuurlijke maatregelen voor stedenbouwkundige misdrijven staat in titel VI, hoofdstuk III en IV van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO).
Het voorkooprecht voor de verwezenlijking van een ruimtelijk uitvoeringsplan staat in artikel 2.4.1 VCRO.
Het voorkooprecht voor de verwezenlijking van een voorkeursbesluit of een projectbesluit staat in artikel 34 van het Decreet van 25 april 2014 betreffende complexe projecten.
Het verkochte goed ligt niet in een goedgekeurde verkaveling.
Er werd geen voorkeursbesluit of een projectbesluit voor complexe projecten opgesteld over het verkochte goed.
De koper wordt geïnformeerd dat voor bepaalde handelingen een vergunningsplicht geldt. In sommige situaties wordt de vergunningsplicht vervangen door een meldingsplicht of een vrijstelling.
Artikel 4.2.1 VCRO omschrijft de handelingen waarvoor een vergunning verplicht is.
Leegstand/Verwaarloosd/onbewoonbaar/ongeschikt gebouw
De kandidaat-verkoper verklaart dat er aan hem voor het goed geen registratie - attest werd betekend waaruit zou blijken dat het bebouwd onroerend goed, gelegen op een perceel met een minimum oppervlakte van vijf aren, dat in hoofdzaak heeft gediend voor een economische activiteit, geheel of gedeeltelijk zou leegstaan of verwaarloosd zijn.
Hij verklaart evenmin kennis te hebben van enige opname van voorschreven goed in een inventaris van leegstaande en/of verwaarloosde gebouwen of van leegstaande, verwaarloosde, ongeschikte en/of onbewoonbare woningen, in de zin van het decreet van de Vlaamse Raad van 22 december 1995.
Bosdecreet
De kandidaat-verkoper verklaart dat voorschreven goed niet valt onder de toepassing van het bosdecreet.
Onroerend erfgoed
De kandidaat-verkoper deelt mee dat het goed, voor zover bekend:
- niet opgenomen werd in de inventaris van cultuurbezit, in het ontwerp van lijst als monument, in een ontwerp van lijst als beschermd stads- of dorpsgezicht, als landschap of een andere bestemming en dat het evenmin een definitief beschermd monument, of stads- of dorpsgezicht betreft.
- dat hem geen voorontwerp of ontwerp van lijst van de voor bescherming vatbare monumenten, landschappen en stads- of dorpsgezichten werd betekend, noch een besluit houdende definitieve bescherming of klassering, en dat zij evenmin weet hebben van enig voornemen daartoe vanwege de overheid;
- dat hij geen kennis heeft ingevolge betekening of anderszins van enige voorlopige of definitieve bescherming van het goed als archeologisch waardevol patrimonium ingevolge het decreet van dertig juni negentienhonderd drieënnegentig, en dat hij evenmin weet heeft van enig voornemen daartoe vanwege de overheid;
- dat het eigendom niet is opgenomen (voorlopige vaststelling, geïnventariseerd of definitieve bescherming) in de landschapsatlas, in de inventaris archeologische zones, de inventaris bouwkundig erfgoed, de inventaris van houtige beplantingen met erfgoedwaarde of de inventaris van historische tuinen en parken. De kandidaat-verkoper verklaart hierover nooit enige betekening of kennisgeving te hebben ontvangen.
De kandidaat-verkoper verklaart dat hij evenmin weet heeft van enig voornemen tot opname in voormelde inventarissen vanwege de overheid.
Overstromingsgebieden
Volgens elektronische opzoeking gedaan op www.geopunt.be ligt het goed:
- niet in een mogelijk overstromingsgevoelig gebied;
- niet in een effectief overstromingsgevoelig gebied;
- niet in een afgebakend overstromingsgebied;
- niet in een afgebakende oeverzone;
- niet in een risicozone voor overstroming.
- niet in van nature overstroombaar gebied.
De verkoper verklaart dat het goed naar zijn weten nooit is overstroomd.
Klim (federaal kabels en leidingen informatie meldpunt)
Bij nazicht op de KLIM-website blijkt dat voormeld onroerend goed niet gelegen is in de directe nabijheid van transportinstallaties van gevaarlijke producten via leidingen of bovengrondse en ondergrondse hoogspanningslijnen.
Consultatie register van herstelvorderingen
Overeenkomstig artikel 3.51 van de Vlaamse Codex Wonen, consulteerde Gustin, het register van herstelvorderingen, vermeld in artikel 3.44 §1, derde lid van de Vlaamse Codex Wonen.
Uit deze opzoeking is gebleken dat het register van herstelvorderingen geen informatie bevat over het goed.
Pandwet
De kandidaat-verkoper verklaart dat, naar aanleiding van de Pandwet van 11 juli 2013:
- er zich in of op voorschreven eigendom geen roerende goederen bevinden die deel uitmaken van deze verkoop en die belast zijn met een pandrecht of die het voorwerp uitmaken van een eigendomsvoorbehoud;
- er evenmin goederen werden geïncorporeerd in het hierbij verkochte eigendom die belast zijn met een pandrecht of die het voorwerp uitmaken van een eigendomsvoorbehoud.
Bouwtechnische gegevens
Postinterventiedossier
Een postinterventiedossier bevat nuttige informatie over bouwwerken die zijn uitgevoerd op het verkochte goed. Partijen zijn op de hoogte van het belang van het dossier.
De kandidaat-verkoper verklaart dat er sinds 1 mei 2001 op het verkochte goed geen werken werden uitgevoerd waarvoor een postinterventiedossier moet worden opgemaakt.
Elektrische installatie
De kandidaat-verkoper verklaart dat het voorwerp van deze verkoop een wooneenheid is in de zin van hoofdstuk 8.4., afdeling 8.4.2. van Boek 1 van 8 september 2019 van het Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties (AREI), waarvan de elektrische installatie niet het voorwerp is geweest van een volledig controleonderzoek overeenkomstig het oud AREI voorafgaandelijk de ingebruikname van de installatie.
De kandidaat-verkoper verbindt zich ertoe om de elektrische installatie te laten keuren vóór de ondertekening van de notariële verkoopakte. Bij de ondertekening van de notariële verkoopakte geeft de kandidaat-verkoper aan de kandidaat-koper het originele verslag van de keuring, samen met het eendraadsschema en het situatieschema.
Als de installatie niet conform is, dan is de kandidaat-koper verplicht om te zorgen dat de elektrische installatie conform is binnen de termijn die in het verslag staat.
Energie prestatiecertificaat
De comparanten verklaren dat zij door ondergetekende notaris werden ingelicht omtrent de verplichtingen opgenomen in het besluit van de Vlaamse Regering van 11 januari 2008 houdende de invoering van het energieprestatiecertificaat residentiële gebouwen bij verkoop en verhuur en de uitvoering van een energieaudit.
De kandidaat-verkoper verklaart derhalve te weten dat met ingang van 1 november 2008, elke eigenaar die een residentieel gebouw wil verkopen over een energieprestatiecertificaat (EPC) moet beschikken.
De kandidaat-verkoper verklaart verder dat hij beschikt over dergelijk EPC, afgeleverd door Tom Vlasselaer, op 31 december 2021 en dat een kopie hiervan voorafgaandelijk dezer aan de koper werd overhandigd.
Het origineel certificaat zal door de verkoper aan de koper worden overhandigd uiterlijk bij het verlijden van de authentieke akte.
Stookolietank
De kandidaat-verkoper verklaart dat er bij zijn weten in het goed twee ondergrondse stookolietanken aanwezig zijn die niet meer in gebruik zijn.
Het is technisch onmogelijk om de ondergrondse tanken te verwijderen omdat de mazouttanken onder de oprit liggen.
De ondergrondse mazouttank moeten worden opgevuld met een inert materiaal zoals zand of bioschuim.
Partijen komen overeen dat uitzonderlijk de kopers het nodige op eigen kosten zullen doen.
PRIJS
Indien de verkoop tot stand komt, zal deze, onverminderd latere andersluidende overeenkomst tussen partijen plaatsvinden tegen de prijs van achthonderd twintig duizend euros (820.000 EUR).
Deze prijs moet betaald worden bij de ondertekening van de notariële akte.
Beiden partijen erkennen op de hoogte te zijn van de anti-witwaswetgeving die bepaalt:
“de prijs van de verkoop van een onroerend goed mag enkel vereffend worden door middel van een overschrijving. Het mag dus niet in contanten worden vereffend.”
Volgens verklaring van de partijen zijn de rekeningen waarlangs de fondsen voor het saldo van de prijs zullen worden getransiteerd nog niet gekend.
De kosten, rechten en erelonen van de notariële verkoopakte en de andere bijkomende kosten van de koop zijn ten laste van de kandidaat-koper.
De kosten die evenwel betrekking hebben op de leveringsplicht van de kandidaat-verkoper zijn ten laste van de kandidaat-verkoper.
SLOTBEPALINGEN
Voor de uitvoering van deze overeenkomst en alle rechtsgevolgen die hieruit kunnen voortvloeien, wordt onherroepelijk woonstkeuze gedaan door de partijen op hun hierboven vermelde woonplaats of zetel.
Alle betwistingen die zouden kunnen rijzen betreffende deze overeenkomst en de uitvoering ervan zullen verplicht beslecht worden door de rechterlijke instanties van de ligging van de goederen.
Gedaan in 4 exemplaren.
Ondertekend door de kandidaat-verkoper te * op *
De wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens en latere wijzigingen;
De wet van 21 maart 2007 tot regeling van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera’s en latere wijzigingen;
Wet van 24 juni 2013 tot invoering van gemeentelijke administratieve sancties en latere wijzigingen;
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, artikelen 40-41;
Het koninklijk besluit van 21 december 2013 tot vaststelling van de minimumvoorwaarden inzake selectie, aanwerving, opleiding en bevoegdheid van de ambtenaren en personeelsleden die bevoegd zijn tot vaststelling van inbreuken die aanleiding kunnen geven tot de oplegging van een gemeentelijke administratieve sanctie;
Algemene Verordening Gegevensbescherming;
Politieverordening van 23 februari 2021betreffende het beheer van de huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen vanaf 1 maart 2021.
EcoWerf stelde een project doelplaatsenaanpak voor op 11 juni ll. omtrent project zwerfvuil- en sluikstort. EcoWerf kreeg van Mooimakers de goedkeuring van een subsidieaanvraag voor een projectplan dat zich richt op glasbolsites. Het projectplan hanteert de vijf-pijlerstrategie van Mooimakers voor een effectieve aanpak. EcoWerf staat in voor de coördinatie van dit project voor de periode van november 2020 t.e.m. december 2022.
Eén van de vier acties binnen het project betreft de inzet van sluikstortcamera’s op de vooropgestelde glasbolsite in de gemeente, en dit onder begeleiding van EcoWerf, met de nodige financiële middelen van Mooimakers. De opstart van de inzet van sluikstortcamera’s op de glasbolsite Dassenstraat gebeurt in onderling overleg met de gemeente.
Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 13 juli 2021 tot de instap van dit project.
EcoWerf staat in voor de camera’s en treedt op als verwerker van de beelden en zal o.a. instaan voor:
- Het plaatsen en registreren van de camera’s en bijhorende pictogrammen in de nabijheid van de bewakingscamera;
- Het bekijken van de beelden en het bijhouden van een dataregister;
- Het opstarten van een dossier in de vorm van een bestuurlijk verslag waar mogelijk en het overmaken van de vaststellingen en het bestuurlijk verslag aan de sanctionerend ambtenaar van de gemeente of desgevallend van de provincie en/of politiezone.
De afspraken hieromtrent tussen lokaal bestuur, politiezone en afvalintercommunale worden verankerd in een overeenkomt (samenwerkingsprotocol).
De beelden worden ter plaatse opgenomen en retroactief bekeken door EcoWerf.
Ze worden bewaard voor de termijn van één maand. Indien ze bijdrage leveren tot het bewijzen van een misdrijf of van schade of tot het identificeren van een dader, een ordeverstoorder, een getuige of een slachtoffer worden ze overgemaakt aan de politiezone. In dat geval zullen de beelden langer bewaard blijven voor zolang als nodig is voor het onderzoek.
Gelet op het positief advies van de gemeenteraad en de korpschef van de politiezone omtrent het cameraproject.
Gelet op de taken die EcoWerf uitvoert in kader van het project heeft EcoWerf personeelsleden die de opleiding van GAS-vaststeller hebben gevolgd. Deze moeten aangewezen worden door de gemeente om bevoegdheid te hebben om inbreuken vast te stellen en bestuurlijke verslagen op te maken voor de gemeente.
De personeelsleden van EcoWerf voldoen aan de wettelijk vereiste ambtenaren.
Artikel 1: De volgende personeelsleden van de opdrachthoudende verenigingen EcoWerf, die optreedt als verantwoordelijke voor de verwerking van de camerabeelden) worden door de gemeenteraad aangewezen als ambtenaar met bevoegdheid tot het verwerken van de camerabeelden en het vaststellen van inbreuken op de politieverordening van 23 februari 2021 betreffende het beheer van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen vanaf 1 maart 2021:
- Michiel Munten
- Edith Binjé
- Jolien Stuyven
- Edith Binjé
Artikel 2: De beslissing wordt overgemaakt aan:
- EcoWerf
- de provinciegouverneur
- de juridische dienst van de provincie Vlaams-Brabant
- voorzitter van het politiecollege.
De wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens en latere wijzigingen;
De wet van 21 maart 2007 tot regeling van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera’s en latere wijzigingen;
Wet van 24 juni 2013 tot invoering van gemeentelijke administratieve sancties en latere wijzigingen;
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, artikelen 40-41;
Het koninklijk besluit van 21 december 2013 tot vaststelling van de minimumvoorwaarden inzake selectie, aanwerving, opleiding en bevoegdheid van de ambtenaren en personeelsleden die bevoegd zijn tot vaststelling van inbreuken die aanleiding kunnen geven tot de oplegging van een gemeentelijke administratieve sanctie;
Algemene Verordening Gegevensbescherming;
Politieverordening van 23 februari 2021 betreffende het beheer van de huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen vanaf 1 maart 2021.
EcoWerf stelde een project doelplaatsenaanpak voor op 11 juni ll. omtrent project zwerfvuil- en sluikstort. EcoWerf kreeg van Mooimakers de goedkeuring van een subsidieaanvraag voor een projectplan dat zich richt op glasbolsites. Het projectplan hanteert de vijf-pijlerstrategie van Mooimakers voor een effectieve aanpak. EcoWerf staat in voor de coördinatie van dit project voor de periode van november 2020 t.e.m. december 2022.
Eén van de vier acties binnen het project betreft de inzet van sluikstortcamera’s op de vooropgestelde glasbolsite in de gemeente, en dit onder begeleiding van EcoWerf, met de nodige financiële middelen van Mooimakers. De opstart van de inzet van sluikstortcamera’s op de glasbolsite Dassenstraat gebeurt in onderling overleg met de gemeente.
Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 13 juli 2021 tot de instap van dit project.
EcoWerf staat in voor de camera’s en treedt op als verwerker van de beelden en zal o.a. instaan voor:
- Het plaatsen en registreren van de camera’s en bijhorende pictogrammen in de nabijheid van de bewakingscamera;
- Het bekijken van de beelden en het bijhouden van een dataregister;
- Het opstarten van een dossier in de vorm van een bestuurlijk verslag waar mogelijk en het overmaken van de vaststellingen en het bestuurlijk verslag aan de sanctionerend ambtenaar van de gemeente of desgevallend van de provincie en/of politiezone.
De afspraken hieromtrent tussen lokaal bestuur, politiezone en afvalintercommunale worden verankerd in een overeenkomt (samenwerkingsprotocol).
De beelden worden ter plaatse opgenomen en retroactief bekeken door EcoWerf.
Ze worden bewaard voor de termijn van één maand. Indien ze bijdrage leveren tot het bewijzen van een misdrijf of van schade of tot het identificeren van een dader, een ordeverstoorder, een getuige of een slachtoffer worden ze overgemaakt aan de politiezone. In dat geval zullen de beelden langer bewaard blijven voor zolang als nodig is voor het onderzoek.
EcoWerf en de gemeente Oud-Heverlee hebben een aanvraag gedaan en aansluiting verkregen bij de beraadslaging FO nr. 18/2015 waardoor EcoWerf toegang heeft tot de Kruispuntbank van de voertuigen waardoor een nummerplaat geïdentificeerd kan worden zonder tussenkomst van de politiezone.
De korpschef verleende voor de bewakingscamera’s een positief advies op 29 juli 2020.
Zoals voorzien in artikel 5,§ 2 van de wet van 21 maart 2007 tot regeling van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera’s dient de gemeenteraad van de betrokken gemeente een positief advies te formuleren.
Artikel 1: De gemeenteraad geeft een positief advies betreffende de plaatsing van de tijdelijke vaste camera's op glasbolsite "Dassenstraat" door de afvalintercommunale EcoWerf.
Artikel 2: De gemeenteraad keurt de overeenkomst met de afvalintercommunale EcoWerf en de politiezone inzake het plaatsen en gebruiken van de tijdelijke vaste camera’s goed:
Samenwerkingsprotocol camerabewaking: overeenkomst databeheer en -verwerking voor tijdelijke vaste camera’s aan glasbolsite “Dassenstraat”
Tussen
Politiezone Voer en Dijle, met zetel Oude Nethensebaan 15 te 3051 Sint-Joris-Weert,
vertegenwoordigd door de korpschef, de heer Hoofdcommissaris Peter Vanhoyland.
EN
Het Intergemeentelijk milieubedrijf EcoWerf, met zetel Aarschotsesteenweg 210 te 3012 WILSELE
vertegenwoordigd door de heer Rudi Beeken, Voorzitter en de heer Jonathan De Witte, algemeen directeur
EN
Gemeente Oud-Heverlee, met zetel Gemeentestraat 2-10 te 3054 Oud-Heverlee
vertegenwoordigd door de voorzitter van de gemeenteraad mevrouw Adinda Claessen en algemeen directeur mevrouw Marijke Pertz
Artikel 1 - Doelstellingen
Deze overeenkomst beoogt de afspraken vast te leggen tussen het Intergemeentelijk milieubedrijf EcoWerf enerzijds, de gemeente en de politiezone anderzijds, gezien EcoWerf inzake camerabewaking optreedt als verantwoordelijke voor de verwerking van de beelden a posteriori van de beelden afkomstig van camera’s geplaatst op niet-besloten en besloten plaatsen op het openbaar domein, meer bepaald aan de glasbolsite “Dassenstraat”.
De doelstellingen zijn het voorkomen, vaststellen en bewijzen verzamelen omtrent sluikstortingen en achterlaten van zwerfvuil op de vermelde site.
Artikel 2 - Rechtsgrond
Het Intergemeentelijk milieubedrijf EcoWerf verklaart hierbij in orde te zijn met de toepasselijke wetgeving inzake camerabewaking en privacyreglementering, overeenkomstig:
- Verordening (EU) r.2016/679, van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/76/EG (Algemene Verordening Gegevensbescherming - AVG)
- Richtlijn (EU) 2016/680 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door bevoegde autoriteiten met het oog op de voorkoming, het onderzoek, de opsporing en de
vervolging van strafbare feiten of de tenuitvoerlegging van straffen, en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Kaderbesluit 2008/977/JBZ van de Raad
- De privacywet van 8 december 1992 (Wet tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens) en latere wijzigingen
- De camerawet van 21 maart 2007 (Wet tot regeling van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera's) en latere wijzigingen
- De Wet ‘Kruispuntbank Voertuigen’ van 19 mei 2010 (art. 5,23°)
- KB 20 juli 2001 (Koninklijk besluit betreffende de inschrijving van voertuigen) artikel 6, § 2
- KB 10 februari 2008 (Koninklijk besluit tot vaststelling van de wijze waarop wordt aangegeven dat er camerabewaking plaatsvindt)
- KB 2 Juli 2008 (Koninklijk besluit betreffende de aangiften van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera's)
- KB 21 augustus 2009 (Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 10 februari 2008 tot vaststelling van de wijze waarop wordt aangegeven dat er camerabewaking plaatsvindt)
- De Ministeriële omzendbrief van 13 mei 2012 (Ministeriële omzendbrief betreffende de wet van 21 maart 2007 tot regeling van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera’s, zoals gewijzigd door de wet van 12 november 2009 (gecoördineerde versie –wijzigingen omzendbrief 13 mei 2011)
Artikel 3 – Vertrouwelijkheid en integriteit
Het Intergemeentelijk milieubedrijf EcoWerf verklaart de beelden vertrouwelijk en integer te behandelen en alle nodige maatregelen te nemen om de bescherming van de verwerkte persoonsgegevens en een veilige verwerking van de verwerkte persoonsgegevens te waarborgen. Een concrete procedure wordt uitgewerkt voor de overdracht van data (camerabeelden) en de onderlinge uitwisseling ervan.
Artikel 4 – Register, Informatie en DPIA
Het Intergemeentelijk milieubedrijf EcoWerf verklaart hierbij volledig in orde te zijn met de vereiste thematische aangifte camerabewaking voor de tijdelijke vaste camera bij de lokale politiezone.
Het Intergemeentelijk milieubedrijf EcoWerf verklaart hierbij een Gegevens Beschermings Effect Beoordeling (DPIA) te hebben uitgevoerd conform art. 35 AVG, aangezien er voor de verwerking van persoonsgegevens nieuwe technologieën in openbaar toegankelijke ruimten worden gebruikt die, gelet op de aard, de omvang, de contact en de doeleinden daarvan waarschijnlijk een hoog risico inhouden voor de rechten en vrijheden van natuurlijke personen. Daarbij verklaart het Intergemeentelijk milieubedrijf EcoWerf de functionaris voor gegevensbescherming te hebben geraadpleegd.
Artikel 5 – Inzage verwerkte persoonsgegevens
De camerabeelden worden retroactief bekeken door het Intergemeentelijk milieubedrijf EcoWerf teneinde vaststellingen te maken in het kader van diverse inbreuken op de politieverordening betreffende het beheer van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen betreffende het grondgebied waar de afvalintercommunale werkzaam is, meer bepaald sluikstort en zwerfvuilproductie van de gemeente Oud-Heverlee d.d. 28 mei 2019
Enkel bij vaststelling van deze inbreuken omschreven binnen deze politieverordening, vastgelegd door de camera en in geval van bruikbaar beeldmateriaal, zal verdere actie ondernomen worden.
Ingeval op de beelden aanwijzingen zijn van misdrijven, andere dan vermelde inbreuken op de vermelde politieverordening of deze feiten niet via een GAS-procedure kunnen worden behandeld, worden de beelden onmiddellijk overgemaakt aan de politie voor verdere opvolging door de politiediensten, die instaan voor de verdere afhandeling.
Artikel 6 – Verwerking en doorgifte verwerkte persoonsgegevens
Bruikbaar beeldmateriaal zijn beelden waarop de nummerplaat van een voertuig leesbaar in beeld komt of waarop een voertuig of natuurlijk persoon op een dergelijke wijze in beeld komt, zodat een identificatie mogelijk is.
In geval van een vaststelling met bruikbaar beeldmateriaal met de nummerplaat van een voertuig stelt de GAS-vaststeller een bestuurlijk verslag GAS (BV GAS) op. Bij afwezigheid van de identificatie van de bestuurder wordt het verslag opgesteld ten laste van de houder van de nummerplaat van het voertuig. Het intergemeentelijk milieubedrijf EcoWerf heeft toegang tot het repertorium van de DIV en staat in voor de identificatie van de houder.
Bij een vaststelling van een inbreuk strafbaar met een GAS-boete waar een voertuig of natuurlijk persoon herkenbaar in beeld is, worden de beelden digitaal, samen met een kort beschrijvend verslag, aan de politiezone bezorgd, voor verdere afhandeling. Bij identificatie stelt de politiezone een GAS-proces-verbaal op dat rechtstreeks wordt toegezonden aan de sanctionerend ambtenaar.
Het intergemeentelijk milieubedrijf EcoWerf en de betrokken politiezone garanderen een vlotte samenwerking ter identificatie van de verdachte personen.
De overdracht van data gebeurt zoveel als mogelijk via beveiligde weg. Wachtwoorden worden in onderling overleg met de bevoegde personen overeengekomen en regelmatig gewijzigd. De drie partijen garanderen een goede samenwerking met oog op een vlotte afhandeling van Bestuurlijke Verslagen.
Artikel 7 – Bewaartermijn van de beelden
Het intergemeentelijk milieubedrijf EcoWerf garandeert dat de beelden maximaal 30 dagen worden bewaard, behalve indien de opgenomen beelden kunnen aangewend worden om een misdrijf aan te tonen, om schade te bewijzen of om een dader, een getuige of een slachtoffer te identificeren. In dat geval zullen de beelden langer bewaard blijven voor zo lang als nodig is voor het onderzoek. In dat geval geldt dat de betreffende beelden en de ermee verband houdende vaststelling door de verwerkingsverantwoordelijke voor een maximumtermijn van één jaar worden bewaard, zodat deze desgevallend gevoegd kunnen worden bij het opsporings- of vervolgingsdossier. Na de gestelde bewaartermijn worden de beelden vernietigd.
Artikel 8 – Plaatsing en onderhoud van de camera’s
Het (ver)plaatsen, onderhoud en overdracht van data voor de camera met tijdelijke vaste installatie gebeurt door de afvalintercommunale EcoWerf.
Aan de glasbolsite wordt de nodige signalisatie voor cameratoezicht voorzien. De signalisatieborden worden door het intergemeentelijk milieubedrijf EcoWerf aangekocht en ter beschikking gesteld van de gemeente. Deze dienen te worden aangebracht door de technische dienst van de gemeente Oud-Heverlee.
Artikel 9 – Toegang tot de beelden
Het intergemeentelijk milieubedrijf EcoWerf voorziet de nodige maatregelen t.a.v. haar betrokken personeelsleden ter vrijwaring van de vertrouwelijke behandeling van de camerabeelden. Aan de betrokken personeelsleden die in aanraking komen met de vertrouwelijke gegevens afkomstig van deze camera (hetzij dragers van data), is het verboden zelf inzage te nemen van deze gegevens, deze gegevens te bewaren of ze aan derden te bezorgen, behalve in toepassing van deze procedure zelf. Bij overtreding kunnen sancties worden opgelegd.
Artikel 10 – Procedure bij gegevenslek
De partijen engageren zich in het licht van artikel 33 van de AVG, de Richtlijn Gegevensbescherming of met elke andere relevante wet- of regelgeving om elkaar via de functionaris voor gegevensbescherming en zonder onredelijke vertraging op de hoogte te stellen van elke gegevenslek dat zich voordoet betreffende de meegedeelde gegevens met impact op twee of meerdere partijen en in voorkomend geval onmiddellijk te overleggen teneinde alle nodige maatregelen te nemen om de gevolgen van het gegevenslek te beperken en te herstellen.
Artikel 11 – Meldingsplicht
De partijen brengen elkaar onmiddellijk op de hoogte van wijzigingen in wet- en regelgeving met impact op onderhavig protocol, waaronder de finaliteit, proportionaliteit, frequentie, duurtijd, enz. en in voorkomend geval wijzigingen inzake de verwerkers.
Artikel 12 – Inwerkingtreding en opzegging
Deze samenwerkingsovereenkomst treedt in werking op 1/11/2022
Elke partij kan deze overeenkomst met eenvoudige kennisgeving en zonder voorafgaande ingebrekestelling eenzijdig beëindigen indien een partij deze persoonsgegevens verwerkt in strijd met de bepalingen van de overeenkomst, de AVG, de Richtlijn Gegevensbescherming of met elke andere relevante wet- of regelgeving inzake de bescherming van natuurlijke personen bij de verwerking van persoonsgegeven.
Deze samenwerkingsovereenkomst eindigt van rechtswege wanneer er geen rechtsgrond meer bestaat voor de beoogde doorgifte van persoonsgegevens.
Opgemaakt in 3 exemplaren te Oud-Heverlee, op ....
Voor akkoord,
Hoofdcommissaris politiezone
Peter Vanhoyland
Voorzitter van de gemeenteraad Algemeen directeur gemeente
Adinda Claessen Marijke Pertz
Voorzitter EcoWerf Algemeen directeur EcoWerf
Rudi Beeken Jonathan De Witte
Artikel 3: De beslissing wordt ter kennis gebracht van EcoWerf.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.
De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 140.000,00 niet).
Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°.
Besluit gemeenteraad van 21 december 2021 tot goedkeuring van de ontwerpakte waarbij de gemeente recht van opstal verkrijgt op het perceel in de Bergenstraat.
Besluit van college van burgemeester en schepenen van 12 april 2022 874.1 - OMV/2022/2/OV - OMV_2021168802 - Aflevering van de omgevingsvergunning voor de aanleg van een zandvang, erosiepoel, bufferende aarden dam en bosaanplant, gelegen Bergenstraat ZN, 3053 Oud-Heverlee, kadastraal gekend afdeling 4 sectie C nummer 397C.
Het project 'De Betstraat - Bergenstraat’ is gelegen in het hoog prioritair knelpuntgebied 'H Boetsenberg – Mareveld’ van het goedgekeurde erosiebestrijdingsplan van de gemeente Oud-Heverlee.
In Bierbeek aan de Oude Geldenaaksebaan en Smisstraat is er regelmatig water- en modderoverlast en dit zowel op straat als in de huizen (met schade)(zie knelpunt 1 op kaart 1 in bijlage). Deze overlast wordt veroorzaakt door het afstromend water en sediment van de akkers gelegen aan Mareveld en Boetsemberg. Op de verschillende akkers aan de De Betstraat ontstaat er bij hevige regenval een grote geul.
Het toestroomgebied (+/- 57 ha) bestaat uit zeer laag tot sterk erosiegevoelige akkers (potentiële erosiegevoeligheidskaart 2019). Op deze akkerpercelen worden regelmatig erosiegevoelige gewassen zoals maïs, bieten en aardappelen geteeld.
In dit akkergebied zijn al meerdere grasstroken via beheerovereenkomsten via de VLM aangelegd. Alsook wordt hier en daar niet-kerende bodembewerking toegepast of een groenbedekker.
Ter hoogte van de Oude Geldenaaksebaan - Smisstraat is Aquafin ook bezig met de opmaak van een rioleringsproject. Hier wordt afkoppeling van de onverharde oppervlakte gevraagd.
Om deze water- en modderoverlast te beperken werden sinds 2016, door de gemeente Oud-Heverlee en de erosiecoördinator van de provincie Vlaams-Brabant meerdere voorstellen opgemaakt en besproken.
Het project dat men nu wil uitvoeren is gelegen langs de Bergenstraat en de akker in privé-eigendom, is volgens het gewestplan gelegen in agrarisch gebied (zie kaart 2 in bijlage), maar de akker is intussen pachtvrij. De buffering is voorzien op de vroegere akker ingesloten in het bos langs de Bergenstraat.
Om de modderinstroom naar de eigenlijke erosiepoel en het bos te beperken, wordt er langs de Bergenstraat een zandvang met een buffercapaciteit van 100 m³ voorzien. Gezien de grote toestroom van sediment wordt eerst een zandvang en dan een erosiepoel voorzien. De zandvang zal het water opvangen dat van de Bergenstraat afstroomt en van de bovenstroomse akkers. Het toestroomgebied ter hoogte van de buffering bedraagt 26 ha. Theoretisch zou het toestroomdebiet dan ongeveer 2.600 m³ bedragen voor een regenbui met terugkeerperiode van 20 jaar.
De zandvang stort over naar de erosiepoel als deze eerste volledig vol is. Hierdoor wordt maximale sedimentatie bevorderd. Deze zandvang zal wel regelmatig geruimd moeten worden om de werking ervan te kunnen waarborgen. Onderaan de zandvang wordt nog een aarden dam gelegd met een max. hoogte van 40 cm om de buffercapaciteit van de zandvang te vergroten. De zandvang heeft langs de Bergenstraat een helling van 6/4 maar aan de noordzijde is deze 12/4). Zo sluit hij beter aan op het reliëf en is hij natuurlijk ingericht.
Het overstortwater van de zandvang komt terecht in de eigenlijke erosiepoel met een buffercapaciteit van 940 m³. Er wordt max. 1,2 m uitgegraven zodat de erosiepoel een vlakke bodem heeft en deze op maaiveldniveau kan leeglopen in het bos. Heden stromen het water en sediment ook via deze weg af. Onderaan de erosiepoel wordt ook een aarden dam voorzien met een max. hoogte van 1 m zodat er extra gebufferd kan worden achter deze dam. Doorheen deze aarden dam wordt een knijp gestoken waardoor de poel permanent kan leeglopen. Er wordt tevens een overstort voorzien, zodat de erosiepoel, indien hij helemaal vol staat, gericht op 1 plaats kan overstorten. Doordat er minder sediment in de erosiepoel komt, zou deze poel kunnen beplant worden met typische beplanting voor natte zones (op vraag van het studiebureau van de eigenaar). De erosiepoel heeft overal een helling van 12/4 enkel daar waar er eventueel ingereden moet worden en 6/4 aan de noordzijde van de aarden dam.
De uitgegraven grond (761m³) wordt deels hergebruikt om de aarden dammen aan te leggen (249m³). De overige grond (512m³) dient afgevoerd te worden.
Alle werken werden op 3 m van de bosrand voorzien om zo geen verstoring van de waterhuishouding en de wortels te veroorzaken.
In het kader van de opdracht “Erosiebestrijding Bergenstraat” werd een bestek opgesteld.
De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 39.473,50 excl. btw of € 47.762,94 incl. 21% btw.
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het meerjarenplan.
artikel 1: De gemeenteraad besluit het bestek met nr. 2022 en de raming voor de opdracht “Erosiebestrijding Bergenstraat”, goed te keuren. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 39.473,50 excl. btw of € 47.762,94 incl. 21% btw.
artikel 2: Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
artikel 3: Volgende ondernemers worden uitgenodigd om deel te nemen aan de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking:
- QUINTELIER NV, Hoogveld 27 te 9200 Dendermonde;
- VAN RAAK LOUIS BVBA, Hegge 104 te 2381 Weelde;
- HEYLEN NATUUR- & GROENBEDRIJF BVBA, Schrans 23 te 2440 Geel;
- GEERTS BVBA, Kapelstraat 56 te 3940 Hechtel.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.
De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 140.000,00 niet).
Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°.
Op de akkers aan de Hogewinkelstraat komen er geulen en sedimentatie voor. Het afstromend water en sediment spoelt via de Hogewinkelstraat richting Konijnenhoekstraat. Onderaan de Hogewinkelstraat ligt een groot dwarsrooster. Hier is soms water- en modderoverlast. Het dwarsrooster is aangesloten op de riolering op de Konijnenhoekstraat. Ter hoogte van de gracht loodrecht op de Konijnenhoekstraat staat er een rioleringspomp. De gracht fungeert als overloop van de riolering. Deze pomp valt regelmatig stil door modder of kan de grote hoeveelheid water niet slikken waardoor er water en sediment overstort naar de gracht. Deze gracht verzamelt ook het afstromend water van de naastliggende akkers. De gracht slibt onderaan toe en loopt over en mondt uit in de velden.
Teneinde deze erosieproblemen in de toekomst te voorkomen, heeft de erosiecoördinator voorgesteld de bestaande grachten her in te richten tot buffergrachten en een houthakseldam aan te leggen. De grachten zijn geklasseerd als grachten van algemeen belang.
De werken kaderen in de uitvoering van het goedgekeurde gemeentelijk erosiebestrijdingsplan van de gemeente Oud-Heverlee (Erosiebesluit van de Vlaamse Regering). De werken zijn gesitueerd in het knelpuntgebied D “Konijnenhoek - Elzenbroek” van het gemeentelijk erosiebestrijdingsplan. Knelpuntgebied D “Konijnenhoek - Elzenbroek” is opgenomen in het erosiebestrijdingsplan als een hoog prioritair aan te pakken knelpunt.
In het kader van de opdracht “Erosiebestrijding Konijnenhoekstraat” werd een bestek opgesteld.
De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 27733,20 incl. 21% btw.
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het meerjarenplan.
De aanvraag omgevingsvergunning werd verleend in 2016, maar is intussen vervallen. Een nieuwe procedure is lopende.
artikel 1: De gemeenteraad besluit het bestek en de raming voor de opdracht “Erosiebestrijding Konijnenhoekstraat”, goed te keuren. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 27733,20 incl. 21% btw.
artikel 2: Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
artikel 3: Volgende ondernemers worden uitgenodigd om deel te nemen aan de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking:
- QUINTELIER NV, Hoogveld 27 te 9200 Dendermonde;
- VAN RAAK LOUIS BVBA, Hegge 104 te 2381 Weelde;
- HEYLEN NATUUR- & GROENBEDRIJF BVBA, Schrans 23 te 2440 Geel;
- GEERTS BVBA, Kapelstraat 56 te 3940 Hechtel.
Gelet op de toepasselijke bepalingen van het Decreet Lokaal Bestuur dd. 22 december 2017, zoals gewijzigd;
Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, zoals gewijzigd;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 inzake de motivering van beslissingen;
Gelet op de omzendbrief KB ABB-2019/2 Coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit van 15 februari 2019;
Gelet op het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen;
Gelet op het Besluit van de Vlaamse regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA);
Gelet op het Uitvoeringsplan huishoudelijk afval en gelijkaardig bedrijfsafval van 16 september 2016, zoals gewijzigd;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 25 mei 2021 betreffende de verlenging van EcoWerf en de
beheersoverdrachten aan EcoWerf voor de inzameling van verschillende afvalfracties en voor de exploitatie van het recyclagepark;
Overwegende dat de gemeente is toegetreden tot het DifTar-systeem van huis-aan-huisinzameling in containers alsook voor de brengmethode naar het recyclagepark;
Overwegende dat de kosten voor inzameling van afval zwaar doorwegen op de gemeentelijke financiën;
Overwegende dat de gemeentelijke inkomsten en uitgaven in evenwicht dienen te zijn;
Overwegende dat derhalve, de kosten voor de huis-aan-huis inzameling en de inzameling op het recyclagepark zullen verhaald worden op de aanbieders via een contantbelasting;
Overwegende dat de invoering van een dergelijke gedifferentieerde contantbelasting de gemeente toelaat om het principe van “de vervuiler betaalt” toe te passen, om alzo prioriteit te verlenen aan afvalvoorkoming en slechts in tweede instantie het hergebruik en tenslotte de recyclage van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen te stimuleren;
Overwegende dat de automatische indexering in dit reglement gebeurt conform de aanbeveling in de omzendbrief van 15 februari 2019 betreffende de gemeentelijke fiscaliteit opgenomen onder punt 1.7.3 ‘Aandachtspunten van administratief-Bestuurlijke aard’, onder de titel ‘Transparantie en duidelijkheid van de regelgeving’;
Sinds 2010 vindt driejaarlijks een evaluatievergadering plaats over de DifTar-tarieven waarbij elke gemeente maximaal wordt betrokken.
De toegepaste principes van de DifTar-tarieven zijn de volgende
1. Uniformiteit binnen het EcoWerf-werkingsgebied
We streven naar zoveel mogelijk uniformiteit binnen het EcoWerf-werkingsgebied om afvaltoerisme te vermijden en om de communicatie zo eenvoudig mogelijk te houden. Uniformiteit van tarieven zorgt voor begrip bij de burger.
2. Uniformiteit tussen huis-aan-huis en recyclagepark
We zorgen ervoor dat het tarief van huisvuil wordt afgestemd op het tarief van grofvuil op het recyclagepark. We zorgen ervoor dat het tarief van gft wordt afgestemd op het tarief van gras en bladeren op het recyclagepark.
3. Kostendekking
We streven naar een kostendekking huis-aan-huis van 90%. We streven naar een kostendekking op het recyclagepark van 30%.
4. Andere
We wensen een zichtbaar duurder tarief voor huisvuil dan voor gft, zodat de burger wordt aangemoedigd om zijn huisvuil en gft-afval correct te sorteren. Voor gft zal er nooit een aanbiedingstarief aangerekend worden. We willen immers dat gft-afval zo vers mogelijk wordt aangeboden voor ophaling.
Voorafgaand proces
Op de raad van bestuur van 23 februari 2022 en het algemeen comité van 09 maart 2022 werd een timing voor de evaluatievergadering opgesteld.
Op de raad van bestuur van 16 maart 2022 werden alle achterliggende gegevens met betrekking tot de evaluatie van de DifTar-tarieven toegelicht.
Op de raad van bestuur van 06 april 2022 werd een eerste tariefvoorstel voorgesteld. Op 26 april 2022 vond de evaluatievergadering plaats.
De gemeenten konden reageren tot einde mei 2022. Op de Raad van Bestuur van ECOWERF van 8 juni 2022 werd het definitief voorstel van DifTar-tarieven unaniem goedgekeurd.
Samenvatting van de aanpassingen:
Aanpassingen CBR:
1. Geldigheid: tot 31/12/2025
2. Tarief aanpassing
Definitief voorstel huis-aan-huis
Definitief voorstel recyclageparken
3. Invoeren jaarlijkse indexering
Voorstel om de tarieven jaarlijks te indexeren op basis van samengestelde index. o.b.v. aandeel in de kost (40% loonindex; 45% consumptie index; 15% vast), rekening gehouden met min/max tarieven OVAM, markttendensen in verwerking en eventuele externe factoren. Hierop wordt in afwijking van het voorstel van ECOWERF een uitzondering gemaakt voor het tarief voor de betreding van het park met motorvoertuigen, dewelke niet geïndexeerd wordt.
4. Fracties
- alle verwijzingen naar zachte plastics werden verwijderd
- nieuwe omschrijving pmd werd toegevoegd
- verwijderen tarieven matrassen (terugnameplicht)
- landbouwfolie: mogelijkheid werd voor alle vennoten opgenomen. Het komt aan het bestuur toe om te bepalen of men dit wenst te organiseren of niet. Voorwaarden voor acceptatie op het recyclagepark is immers het vertonen van een uitnodigingsbrief vanuit het bestuur.
- het voorstel van ECOWERF rond het betalend aanbod van enkel papier/karton op het containerpark is niet gevolgd: de huidige regeling blijft behouden: een voertuig dat enkel papier/karton, aanvoert, blijft gratis toegang hebben tot het containerpark.
5. Sorteerstraten
De bepalingen rond de sorteerstraten (op gewicht) werden voor alle besturen in het ontwerp opgenomen.
De gemeenteraad beslist:
Artikel 1
§ 1. Er wordt een contant belasting gevestigd voor:
1° de huis-aan-huisinzameling van het huisvuil, het pmd-afval, het gft-afval, het papier en karton en grofvuil (en het gelijkaardig bedrijfsafval);
2° de inzameling van op het recyclagepark aangeboden afvalstoffen;
3° de inzameling van het huisvuil, het pmd-afval, het gft-afval en papier en karton via sorteerstraten.
§ 2. Definities algemeen:
1° Aansluitpunt (ASP):
1) iedere entiteit (gebouw, infrastructuur of domein) op het grondgebied van de gemeente mét een woonfunctie, waarin een particulier huishouden gevestigd is dat op basis van inschrijving in het bevolkingsregister of het vreemdelingenregister van de gemeente zowel huisvuil, grofvuil, pmd, gft en papier en karton ter inzameling kan aanbieden,
2) iedere entiteit (gebouw, infrastructuur of domein) op het grondgebied van de gemeente mét een woonfunctie, waarin een particulier huishouden gevestigd is dat op basis van een machtiging van de gemeente zowel huisvuil, grofvuil, pmd, gft en papier en karton ter inzameling kan aanbieden, en
3) iedere entiteit (gebouw, infrastructuur of domein) op het grondgebied van de gemeente waarin een instelling van openbaar nut, een school, een vereniging die deel uitmaakt van de gemeentelijke cultuur-, sport- , jeugd-, senioren- of milieuraad, gevestigd is, die op basis van een machtiging van de gemeente zowel huisvuil, grofvuil, pmd, gft en papier en karton ter inzameling kan aanbieden.
2° Aansluitpunt commercieel:
Iedere entiteit (gebouw, infrastructuur of domein) op het grondgebied van de gemeente met een commerciële functie, waarin beroepsactiviteiten worden ontplooid (vrij beroep, handel, zorgactiviteiten,…) die op basis van de inschrijving in het bevolkingsregister/handelsregister van de gemeenten zowel huisvuil, grofvuil, pmd, gft en papier en karton ter inzameling kan aanbieden.
De juiste oppervlakte van het commercieel aansluitpunt wordt vastgesteld hetzij op basis van de goedgekeurde bouwvergunning, hetzij op basis van de afgesloten huurovereenkomst.
3° Aorta: de databank waarin EcoWerf per gezin of per onderneming registreert:
• de relevante identificatiegegevens van het gezin of de onderneming en de referentiepersoon van het betrokken gezin of onderneming
• de relevante DifTar-gegevens inzake inzameling en verwerking van huishoudelijk afval en gelijkaardig bedrijfsafval, individueel en gedifferentieerd per afvalstroom, zodat ze afzonderlijk kunnen getarifeerd worden. De relevante gegevens zijn onder meer de aard van de aangeboden afvalstof, het gewicht ervan en het aantal afvalbewegingen.
Voor elk gezin of elke onderneming zoals omschreven in dit reglement is een registratie verplicht en is maximaal één registratie mogelijk.
Per gezin of per onderneming in het bedieningsgebied wordt in Aorta een formulier aangemaakt. Het formulier omvat voor het gezin of de onderneming de vermelding van de referentiepersoon, het adres, een bankrekeningnummer, een detail van de diensten waarvan gebruik kan worden gemaakt, een rekenstaat, het rijksregisternummer of nummer van het vreemdelingenregister van de referentiepersoon, het ondernemingsnummer en het EcoWerf-klantennummer. Er wordt geregistreerd of het formulier wordt aangemaakt voor een gezin, een tweede verblijf (met een ander verzendadres), een gemeenschap of voor een onderneming, vereniging, school, gemeentelijke overheid of andere overheid. Indien de referentiepersoon bereid is deze gegevens te verstrekken, vermeldt het formulier ook één telefoonnummer en een e-mailadres van het gezin of de onderneming.
Op basis van het bedrag van de rekenstaat in de databank en in functie van de beschikbare diensten wordt bepaald of aan de belastingplichtige betalingsuitnodigingen verstuurd worden en of de belastingplichtige in de voorwaarden verkeert om dienstverlening inzake inzameling en verwerking van huishoudelijke afvalstoffen en daarmee vergelijkbaar bedrijfsafval te ontvangen.
De gegevens van Aorta kunnen door EcoWerf worden aangewend voor het versturen van betalingsuitnodigingen.
Wanneer niet langer beroep wordt gedaan op enige dienst inzake verwerking van huishoudelijke afvalstoffen en gelijkaardig bedrijfsafval wegens verhuis of overlijden, en dit door de gemeente gemeld wordt aan EcoWerf, zal EcoWerf de toegangskaart blokkeren of niet langer een toegangsmachtiging aan de identiteitskaart verlenen. Op vraag van de burger kan het eventuele onbestede tegoed op het rekeningnummer van de referentiepersoon terug betaald worden.
4° DifTar-rekening: de individuele rekening die per gezin of per onderneming in de databank wordt bijgehouden en waarop afzonderlijk worden ingeschreven:
• de volgens dit reglement verschuldigde contant belasting;
• de volgens dit reglement verschuldigde kohierbelasting;
De rekenstaat geeft op elk ogenblik getrouw weer wat de schuld of het tegoed is van het gezin of de onderneming.
5° Gebruikersgroep: een selectie van aansluitpunten die op basis van het domicilieadres geselecteerd worden, een elektronische toegangskaart toegewezen krijgen en op deze wijze toegang krijgen tot een sorteerstraat en/of recyclagepark(en).
6° Ondergrondse afvalcontainer: een ondergronds inzamelrecipiënt, voorzien van een inwerpzuil met, afhankelijk van de aangeboden fractie een aangepaste inwerpopening.
7° Referentiepersoon: de meerderjarige persoon die in Aorta als referentiepersoon voor het gezin of de onderneming wordt vermeld. Als de registratie gebeurt:
• voor een gezin, wordt van rechtswege de persoon die, volgens de opgave van het rijksregister, als referentiepersoon van het gezin, vermeld staat in het bevolkingsregister of vreemdelingenregister, ook geregistreerd als referentiepersoon in de databank;
• voor een onderneming is het een meerderjarige natuurlijke persoon die geacht wordt de onderneming rechtsgeldig te vertegenwoordigen.
8° Recyclagepark: een bij toepassing van VLAREMA vergunde inrichting waar particulieren en eventueel ook bedrijven onder toezicht van op vastgestelde dagen en uren bepaalde gesorteerde huishoudelijke afvalstoffen en eventueel met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen kunnen deponeren.
9° Sorteerstraat: een combinatie van (ondergrondse) afvalcontainers ten behoeve van de inzameling van de fracties restafval, pmd, gft en papier & karton.
10° Toegangskaart: elektronische badge op naam van de referentiepersoon die bij aanbieding toegang verleent tot de sorteerstraat en/of recyclagepark(en). De badge registreert de gebruiker en het volume of het gewicht van de aangeboden fractie. Elke gebruiker en bij uitbreiding ook de badge maken deel uit van een door EcoWerf gedefinieerde gebruikersgroep
§ 3. Definities afvalfracties:
1° Afgedankte elektrische en elektronische apparaten: apparaten die elektrische stromen of elektronische velden nodig hebben om naar behoren te kunnen werken, en apparaten voor het opwekken, overbrengen en meten van die stromen en velden, die onder een van de categorieën, vermeld in artikel 3.4.4.2 van het VLAREMA, vallen en die bedoeld zijn voor gebruik met een spanning van maximaal 1000 volt bij wisselstroom en 1500 volt bij gelijkstroom. Daarin zijn ook alle onderdelen, subeenheden en verbruiksmaterialen begrepen die deel uitmaken van het product op het moment dat het wordt afgedankt. De volgende apparaten vallen niet onder deze definitie: apparaten die deel zijn van andere elektrische apparatuur, apparatuur die verband houdt met de bescherming van de wezenlijke belangen van de veiligheid van lidstaten, wapens, munitie en oorlogsmateriaal, tenzij het gaat om producten die niet specifiek voor militaire doeleinden zijn bestemd, en grote, niet-verplaatsbare industriële installaties van elektrische en elektronische gereedschappen en tuingereedschappen.
2° Asbestcement: alle voorwerpen uit gebonden asbest zoals eternieten golfplaten, schaliën, vlakke eterniet … ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een gelijkaardige bedrijfsactiviteit, met uitzondering van losse asbest, plastic golfplaten, …
3° Boomstronken: alle boomstronken die na ontdaan te zijn van wortels en aarde kunnen worden ingezet in de groencompostering en/of kunnen worden verhakseld voor hergebruik.
4° Bouwafval: zuivere steenslag, betonblokken, versteende cement, gips, kalk, plaasterplaten (o.a. Gyproc), asbest-cementplaten (o.a. Eternit) , cellenbeton (o.a. Ytong), keramiek, asfalt van opritten, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een gelijkaardige bedrijfsactiviteit, met uitzondering van grote hoeveelheden bouwafval, beton vermengd met ijzer, glas, hout en/of aarde.
5° Cellenbeton: alle schuimbeton ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een gelijkaardige bedrijfsactiviteit.
6° E.P.S.: zuiver witte piepschuim ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een gelijkaardige bedrijfsactiviteit met uitzondering van gekleurd piepschuim, verpakkingschips, verpakkingspiepschuim afkomstig van voedingsmiddelen, vervuild piepschuim, styrofoamplaten,…
7° Frituurolie en afgelaten motorolie: alle soorten smeerolie en/of industriële olie, op minerale of synthetische basis ontstaan door de werking van een particuliere huishouding en/of een gelijkaardige bedrijfsactiviteit in het bijzonder afgewerkte motorolie, frituurolie, met uitzondering van grote hoeveelheden motorolie, olie met pcb’s of andere giftige stoffen.
8° Gips en kalk: bouwafval uit gips en kalk zoals gipsplaten, kalk, gips, bezetsel … ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een gelijkaardige bedrijfsactiviteit, met uitzondering van cement, stenen, asfalt,…
9° Glas: hol glas en vlak glas ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of gelijkaardige bedrijfsactiviteiten, ontdaan van dopsels, deksels en sluitingen, met uitzondering van vuurvaste voorwerpen en hittebestendig glas, gewapend glas, kristal, opaal glas, rookglas, autoruiten, plexiglas, gloeilampen, spaarlampen, tl-lampen, stenen, tegels, porselein, aardewerk, beeldbuizen van tv’s,…
• hol glas betreft alle lege glazen flessen en bokalen van dranken, fruit en groenten, voedingswaren, confituren, sausen...;
• vlak glas betreft vlak glas uit de bouwsector, zoals venster- en deurglas en glas van gevelelementen. Hieronder valt niet het gelaagd glas (bijv. van voertuigen), loodglas, hittebestendig glas (bijv. pyrex, glas van kacheltjes), glas van zonnepanelen…
10° Gras- en bladafval: alle vers gazonmaaisel en bladeren afkomstig van normaal tuinonderhoud, met uitzondering van oud en rot gazonmaaisel en gras vermengd met grond.
11° Groenafval: organisch composteerbaar afval zoals plantenresten, haagscheersel, snoeihout, bladeren, organisch afval uit parken en plantsoenen, boomstronken, gazon - en wegbermmaaisel en kerstbomen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een gelijkaardige bedrijfsactiviteit.
12° Groente-, fruit- en tuinafval (gft): organisch composteerbaar afval zoals schillen en resten van fruit (ook citrusvruchten), groenten en aardappelen; dierlijk en plantaardig keukenafval en etensresten; broodresten; koffiedik en papieren koffiefilters; papier van keukenrol; noten en pitten; vlees- en visresten, schaaldierresten (uitgezonderd mosselschelpen, oesterschelpen …); vaste zuivelproducten (kaasresten); eieren en eierschalen; fijn tuin- en snoeiafval (bladeren, gras, onkruid, haagscheersel, versnipperd snoeihout …); kamer- en tuinplanten; schaafkrullen en zaagmeel van onbehandeld hout; mest van kleine huisdieren (cavia, konijn). Dit alles ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of uit een bedrijfsactiviteit die vergelijkbaar is met een huishouden.
13° Grofvuil: alle huishoudelijke afvalstoffen en voorwerpen die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding of ermee vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen en die omwille van de omvang, de aard en/of het gewicht niet in het recipiënt voor de huisvuilinzameling kunnen worden aangeboden, met uitzondering van: papier en karton, textiel, glas, kga (Klein Gevaarlijk Afval), gft (groenten, tuin– en fruitafval) en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval, pmd, oude metalen, houtafval, snoeihout en groenafval, afgedankte elektrische en elektronische apparaten (AEEA), autobanden, steenachtige fracties van bouw - en sloopafval, matrassen en andere selectief ingezamelde afvalstoffen.
14° Harde plastics: alle zuivere harde plastics zoals deuren, rolluiken, buizen, dakgoten, tuinmeubelen, bloempotten, plastic kleerhangers, speelgoed, wasmanden, emmers ... ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een gelijkaardige bedrijfsactiviteit, met uitzondering van plastic flessen en flacons (pmd), verpakkingen van gevaarlijke producten (kga), bouw- en isolatiematerialen, tuinslang, verpakkingen van voedings- waren, plastic blisters en straps, cd’s, dvd’s en videobanden (restafval),...
15° Herbruikbare goederen: alle door de normale werking van een particuliere huishouding ontstane afvalstoffen die worden aanvaard door het erkend Kringloopcentrum en geschikt kunnen worden gemaakt voor hergebruik, zoals meubelen, kleding, kleine huisraad, boeken, elektronische informatiedragers, speelgoed,…
16° Huishoudelijk afval: alle afvalstoffen die ontstaan door de normale werking van de particuliere huishouding en/of afvalstoffen ontstaan door een gelijkaardige bedrijfsactiviteit.
17° Keramiek: alle keramiek ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een gelijkaardige bedrijfsactiviteit zoals wc-potten, lavabo’s, tegels, stenen borden en tassen, porselein,… met uitzondering van steenafval.
18° Klein Gevaarlijk Afval (KGA): de afvalstoffen zoals opgesomd in artikel 5.2.2.1. van het VLAREMA.
19° Kurk: alle afvalstoffen uit kurk, afkomstig van de normale werking van een particuliere huishouding en/of een gelijkaardige bedrijfsactiviteit, zoals stopsels, deksels, sluitingen, tegels, wandbedekking,…
20° Oude Metalen: alle ferro- en non-ferro metalen voorwerpen ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een gelijkaardige bedrijfsactiviteit, met uitzondering van ferro- en non-ferroverpakkingen, kga en elektrische en elektronische toestellen.
21° Papier en karton: alle dag-, week-, en maandbladen, tijdschriften en periodieken, reclamedrukwerk en ander drukwerk, publicaties, telefoon- en faxgidsen, schrijfpapier, kopieerpapier, computerpapier, boeken en papieren of kartonnen verpakkingen, die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding of ermee gelijkgestelde bedrijfsafvalstoffen, met uitzondering van geolied papier of karton, papier met waslaag, carbonpapier, vervuild papier, vervuilde papieren en kartonnen verpakkingen, papieren voorwerpen waar kunststof of andere materialen in verwerkt zijn, kaarten met magneetbanden, behangpapier, cement-, meststof- en sproeizakken,…
22° Plastic verpakkingen, metalen verpakkingen en drankkartons (pmd): flessen, flacons, schaaltjes, vlootjes, bakjes, potjes, tubes, folies, zakken, drank- en conservenblikken, spuitbussen voor voedingsmiddelen of cosmetica, aluminium bakjes en schaaltjes, deksels, doppen, kroonkurken en drankkartons, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een gelijkaardige bedrijfsactiviteit. De aangeboden plastic verpakkingen, metalen verpakkingen en drankkartons mogen geen kga, glas, etensresten of andere afvalstoffen bevatten.
23° Sloophout: alle zuiver afvalhout afkomstig van constructiewerken, bouwmaterialen, meubilair en grote speeltuigen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een gelijkaardige bedrijfsactiviteit, met uitzondering van geïmpregneerde houtsoorten (tuinmeubelen), hout vermengd met ijzer of glas, treinbilzen.
24° Snoeihout: alle hout afkomstig van het normaal onderhoud van de tuin (met een diameter van minder dan 10 cm), haagscheersel.
25° Steenafval: zuivere steenslag, (gewapend) beton, versteende cement, betonnen palen … ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een gelijkaardige bedrijfsactiviteit, met uitzondering van vervuilde steenslag (bv. met grond), asfalt, keramiek, gips en kalk, cellenbeton, asbest,…
26° Textiel: alle niet verontreinigde kleding, huishoudlinnen, woningtextiel (gordijnen, overgordijnen, tafelkleden, servetten…), beddengoed, schoeisel, handtassen en lederwaren ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of een gelijkaardige bedrijfsactiviteit.
Artikel 2
De contantbelasting is verschuldigd door de gebruiker op basis van de kostprijs van de specifieke dienstverlening en wordt aangerekend naar gelang van de soort en de hoeveelheid of het gewicht van het afval bij de huis-aan-huis-inzameling, de inzameling via het recyclagepark en de sorteerstraten.
Artikel 3
§ 1. Huis-aan-huisinzameling
De contantbelasting voor de huis-aan-huis inzameling in functie van de fractie en het volume/gewicht van de ter inzameling en verwerking aangeboden afvalstoffen wordt hieronder weergegeven. De gewichtsmeting is tot op 0,5 kg nauwkeurig.
a) Huisvuil
Inzameling en verwerking
|
Particulieren (euro) |
KMO (euro) |
Per kg gewogen huisvuil |
0.30 |
0.30 |
Per aanbieding 40 L-container |
0.63 |
|
Per aanbieding 120 L-container |
0.63 |
0.63 |
Per aanbieding 240 L-container |
1.26 |
1.26 |
Per aanbieding 360 L-container |
1.89 |
1.89 |
Per aanbieding 1100 L-container |
6.40 |
6.40 |
Gebruiksrecht container per maand
|
Particulieren (euro) |
KMO (euro) |
40 L-container |
0.68 |
|
120 L-container |
0.68 |
1.84 |
240 L-container |
1.36 |
2.47 |
360 L-container |
2.00 |
2.64 |
1100 L-container |
3.71 |
7.07 |
Eenmalig container voorzien van slot (optioneel): 25 euro
b) Gft-afval
Inzameling en verwerking
|
Particulieren (euro) |
KMO (euro) |
Per kg gewogen gft |
0.20 |
0.20 |
Gebruiksrecht container per maand
|
Particulieren (euro) |
KMO (euro) |
40 L-container |
0.68 |
|
120 L-container |
0.68 |
1.84 |
240 L-container |
1.36 |
2.47 |
Eenmalig container voorzien van slot (optioneel): 25 euro
c) Pmd
|
Particulieren (euro) |
KMO (euro) |
Per zak van 60L |
0.15 |
0.15 |
d) Grofvuil
|
Particulieren (euro) |
KMO (euro) |
Voorrijkost op afroep |
12.50 |
12.50 |
Verwerking per begonnen 0,5 m³ OF |
8.00 |
8.00 |
1-persoonsbed |
8.00 |
8.00 |
2-persoonsbed |
16.00 |
16.00 |
Zetel: 1-zit |
8.00 |
8.00 |
Zetel: 2-zit |
16.00 |
16.00 |
Zetel: 3-zit |
24.00 |
24.00 |
Stoel (2 stuks) |
8.00 |
8.00 |
(tuin)tafel |
8.00 |
8.00 |
e) Papier en karton
Gebruiksrecht container per maand
|
Particulieren (euro) |
KMO (euro) |
40 L-container |
0.84 |
|
240 L-container |
0.84 |
2.47 |
500 L-container |
2.08 |
3.21 |
1100 L-container |
4.58 |
7.07 |
§ 2. Inzameling via sorteerstraat op gewicht
De contantbelasting in functie van het gewicht van de ter inzameling en verwerking aangeboden afvalstoffen in een sorteerstraat wordt hieronder weergegeven. De gewichtsmeting is tot op 0,5kg nauwkeurig.
|
Particulieren (euro) |
KMO (euro) |
Huisvuil (kg) |
0.30 |
0.30 |
Gft (kg) |
0.20 |
0.20 |
Beheerskost |
3.23 |
6.46 |
§ 3. Inzameling recyclagepark
De contantbelasting in functie van volume van de ter inzameling en verwerking aangeboden afvalstoffen op het recyclagepark wordt hieronder weergegeven.
Bezoek aan het recyclagepark |
Particulieren (euro) |
KMO (euro) |
Auto, voetganger, fiets |
2.50 |
2.50 |
Aanhangwagen of max 2m³ |
7.50 |
7.50 |
Bestelwagen of max. 4m³ |
25.00 |
25.00 |
Een voertuig dat enkel asbestcement, kaarsresten, kurk, papier/karton, kga, aeea en/of matrassen aanvoert, heeft gratis toegang.
Gras en blad: Gratis van 1 oktober tot 15 december
Bijkomend tarief voor grofvuil:
|
Particulieren (euro) |
KMO (euro) |
Verwerking per begonnen 0,5 m³ OF |
8.00 |
8.00 |
1-persoonsbed |
8.00 |
8.00 |
2-persoonsbed |
16.00 |
16.00 |
Zetel: 1-zit |
8.00 |
8.00 |
Zetel: 2-zit |
16.00 |
16.00 |
Zetel: 3-zit |
24.00 |
24.00 |
Stoel (2 stuks) |
8.00 |
8.00 |
(tuin)tafel |
8.00 |
8.00 |
De contantbelasting is verschuldigd door de bezoeker die de afvalstoffen aanbiedt en is betaalbaar via elektronische betaling. Met de nog in omloop zijnde vooraf betaalde knipkaarten van 10,00 euro kan ook betaald worden. Er worden geen nieuwe knipkaarten meer in omloop gebracht.
Artikel 4
De bedragen van de belasting worden jaarlijks ingaande per 1 januari geïndexeerd en dit voor een eerste maal op 1 januari 2025, waarbij het geïndexeerde bedrag afgerond wordt op twee decimalen volgens de rekenkundige afronding (kleiner dan 5 afronding naar beneden, groter of gelijk aan 5, afronding naar boven) via onderstaande formule:
k = 0,4*(p/P) + 0,45*(c/C) + 0,15
waarbij:
P= PC121 Cat. 3.A (Ophaling afval, ledigen en reinigen van riolen, septische putten en reservoirs) op 1 januari 2023
p= PC121 Cat. 3.A (Ophaling afval, ledigen en reinigen van riolen, septische putten en reservoirs) op 1 juli van jaar x-1
C= consumptieprijsindex basisjaar 2013 op 1 januari 2023
c= consumptieprijsindex basisjaar 2013 op 1 juli van jaar x-1
x= aanslagjaar
Prijsherziening = (herzieningscoëfficiënt (k) - 1) * herzienbaar gedeelte
De herziene bedragen kunnen echter nooit de maximumtarieven zoals vastgesteld door OVAM overschrijden. Bij overschrijding wordt automatisch het wettelijk vastgelegde maximumtarief gehanteerd.
De tarieven die voor indexering in aanmerking komen zijn de basistarieven. De tarieven van gebruiksrecht en aanbieding worden pro rata berekend aan de hand van het volume van de betrokken container.
- voor de huis-aan-huisinzameling betreft het de tarieven kg huisvuil, kg gft, aanbieding en gebruiksrecht.
- voor de sorteerstraten betreft het de tarieven kg huisvuil, kg gft, beheerskost
- voor het recyclagepark betreft het de tarieven
o Volume grofvuil (per 0,5m³) en de stukprijzen
- Voor de inzameling op afroep: volume grofvuil (per 0.5m³) en de stukprijzen
De tarieven voor het bezoek aan het park bedoeld in artikel 3, § 3 (auto, fiets, voetganger, aanhangwagen, bestelwagen) worden niet geïndexeerd.
Artikel 5
Indien het afval wordt aangeboden door een gezin dan is de belasting hoofdelijk verschuldigd door de referentiepersoon van het gezin en alle meerderjarige leden van het gezin die in de woongelegenheid van de referentiepersoon verblijven.
Indien het afval wordt aangeboden door een onderneming of vereniging dan is de belasting hoofdelijk verschuldigd door de referentiepersoon en de onderneming, zijnde iedere natuurlijke – of rechtspersoon die de onderneming uitmaakt of de leden van de vereniging, indien deze geen rechtspersoonlijkheid heeft.
Artikel 6
§ 1. De personen die gebruik maken van de door de gemeente voorgeschreven containers zijn de contantbelasting betreffende de inzameling en verwerking verschuldigd op het ogenblik dat de kiepbeweging van de container en het gewicht van het meegegeven afval door de ophaalwagen wordt geregistreerd. De contantbelasting betreffende het gebruik van de container is maandelijks verschuldigd.
§ 2. De gebruiker van de sorteerstraat is de contantbelasting betreffende de inzameling en verwerking van afvalstoffen verschuldigd op het ogenblik dat de gebruiker afvalstoffen aanbiedt aan de ondergrondse afvalcontainer en de elektronische toegangskaart van de gebruiker deze beweging registreert. De contantbelasting betreffende het gebruik van de sorteerstraat is maandelijks verschuldigd.
§ 3. Iedere gebruiker van een container/sorteerstraat dient vooraf een bedrag te storten op de DifTar-rekening en dit in functie van de gebruikte containers:
Aantal en type containers - Voorschot (euro)
1 of meerdere 40 L-containers of 120 L-containers of een particuliere gebruiker van een sorteerstraat en een 240L papier en karton-container: 50,00 euro
per container van 240 L of een niet-particuliere gebruiker van een sorteerstraat: 100,00 euro
per container van 1.100 L of per set van 3 360 L containers: 500,00 euro
per 240L papier en karton-container indien dit de enige container op het aansluitpunt is: 25,00 euro
per 1100L papier en karton-container indien dit de enige container op het aansluitpunt is: 75,00 euro
§ 4. Bij elke registratie van een kiepbeweging en het gewicht van het meegegeven afval of in geval van sorteerstraat bij een gewichtsmeting, zal de contantbelasting zoals bepaald in artikel 3, in mindering worden gebracht van het vooraf betaald bedrag. De contantbelasting zal worden afgerond tot op 2 cijfers na de decimaal.
Artikel 7
§ 1.Iedere referentiepersoon die geregistreerd staat in Aorta beschikt over een DifTar-rekening waarmee voor bepaalde dienstverleningen van EcoWerf betaald kan worden.
Zodra het beschikbare bedrag lager is dan 10,00 euro wordt een betalingsuitnodiging gestuurd naar de referentiepersoon. Het aanzuiveren van de DifTar-rekening is mogelijk door betaling via overschrijving of door betaling met Bancontact in het recyclagepark.
De containers zullen niet meer geledigd worden of de sorteerstraat zal niet meer toegankelijk zijn van zodra de vervaldatum van de herinnering is verlopen en het beschikbare bedrag lager is dan 0 euro.
Indien de niet geledigde container niet tijdig wordt binnengehaald, kan die door of in opdracht van de gemeente worden geledigd aan het tarief vastgelegd in het gemeentelijk belastingreglement betreffende ambtshalve opruimen van sluikstorten.
Bij afmelding (verhuis, overlijden, …) wordt de DifTar-rekening gesloten en wordt het nog beschikbare bedrag teruggestort op rekeningnummer van de begunstigde, tenzij de begunstigde nog een openstaande schuld heeft aan de gemeente. Een eindafrekening wordt afgeleverd aan de begunstigde.
§ 2. De personen die gebruik maken van de voorgeschreven pmd-zakken zijn de contantbelasting verschuldigd bij de aankoop ervan op de door de gemeente vastgestelde plaats(en).
§ 3. Bij een DifTar gewichtspark is de contantbelasting verschuldigd door de bezoeker (particulier en KMO) die de afvalstoffen aanbiedt en is betaalbaar, na gewichtsbepaling, via de DifTar-rekening of met de betaalkaart (Bancontact).
Indien het saldo van de DifTar-rekening ontoereikend is en de vervaldatum van de herinnering nog niet verlopen is, zal de bezoeker van het recyclagepark hierop attent gemaakt worden en nog slechts één maal de mogelijkheid hebben om het tarief voor betalende fracties via de DifTar-rekening te betalen. In dit geval zal ook steeds gevraagd worden om de DifTar-rekening aan te zuiveren met een minimaal bedrag dat gelijk is aan de schuld.
Indien het saldo van de DifTar-rekening ontoereikend is en de vervaldatum van de herinnering is verlopen, zal bij de ingang gevraagd worden om de DifTar-rekening aan te zuiveren met een minimaal bedrag dat gelijk is aan de schuld. Indien het saldo niet wordt aangezuiverd zal hij/zij geen toegang krijgen tot het betalend gedeelte en zal de uitgang geweigerd worden met de vraag om het openstaande saldo aan te zuiveren. Men zal ook geen gebruik meer kunnen maken van de inzameling op afroep tot het saldo werd aangezuiverd.
§ 4. Voor de vervanging van een verloren, beschadigde en/of gestolen toegangskaart of een extra toegangskaart wordt een contantbelasting gevraagd van 5,00 euro. Dit bedrag zal aangerekend worden via de DifTar-rekening.
Artikel 8
Bij ontstentenis van betaling wordt de contantbelasting conform artikel 4, § 7 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen omgezet in een kohierbelasting.
Door de opname in een kohier verkrijgt de belasting vanaf dan alle kenmerken van een kohierbelasting, met inbegrip van een betalingstermijn van twee maanden en een bezwaartermijn van drie maanden vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet.
De belasting is persoonsgebonden waardoor de gemeente de mogelijkheid heeft om gebruik te maken van het positief saldo op een ander particulier ASP betreffende dezelfde persoon/referentiepersoon om het negatief saldo aan te zuiveren, alvorens over te gaan tot inkohiering.
Artikel 9
De belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger kan een bezwaar op afgiftebewijs indienen tegen deze contantbelasting bij het College van Burgemeester en Schepenen.
Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de datum van de contante inning/aanrekening op de DifTar-rekening.
Van het bezwaarschrift wordt een ontvangstmelding gestuurd, binnen vijftien kalenderdagen na indiening ervan.
Het bezwaar wordt behandeld volgens de bepalingen van artikel 9, § 4 en 5 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen. De kennisgeving van de beslissing zal de instantie vermelden waarbij, en de termijn waarbinnen, er tegen de beslissing beroep kan aangetekend worden conform artikel 10 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
Een afschrift van de beslissing zal meegedeeld worden aan EcoWerf.
Artikel 10
Deze belasting zal definitief zijn indien geen tijdige dan wel ontvankelijke bezwaren ingediend werden.
Artikel 11
Het contantbelastingreglement op de inzameling van huishoudelijk afval huis-aan-huis en op het recyclagepark d.d. 21 februari 2021 wordt opgeheven vanaf de inwerkingtreding van dit reglement.
Artikel 12
Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2023.
Artikel 13
Gelast het College van Burgemeester en Schepenen met de uitvoering van dit besluit.
In toepassing van artikel 21 van het decreet lokaal bestuur wordt dit punt op vraag van Open Vld, Tom Teck en An Geets aan de gemeenteraadsagenda van 25 oktober 2022 toegevoegd.
Het gemeentebestuur heeft de afgelopen maanden initiatieven genomen om het parkeergebeuren in de buurt van de gemeenteschool De Hazensprong te stroomlijnen. Door het plaatsen van paaltjes heeft men in de zone ter hoogte van de woningen 12-14-16-18 (gele zone op plannetje) duidelijk gemaakt dat er niet meer op het trottoir geparkeerd mag worden. Hierbij wordt gevolg gegeven aan de bestaande wegcode.
Ter hoogte van 13-15-17 (rode zone op plannetje) negeert het gemeentebestuur reeds jarenlang dat er geparkeerd wordt op het trottoir. De paaltjes die daar staan worden gebruikt om ‘parkeerplaatsen’ aan te geven.
Enkele passages uit de wegcode louter ter info:
https://www.wegcode.be/nl/regelgeving/1976101105~hra8v386pu#art-23.4
2.40. "Trottoir" : het gedeelte van de openbare weg, al dan niet verhoogd aangelegd ten opzichte van de rijbaan, in ’t bijzonder ingericht voor het verkeer van voetgangers; het trottoir is verhard en de scheiding ervan met de andere gedeelten van de openbare weg is duidelijk herkenbaar voor alle weggebruikers.
Het feit dat het verhoogd trottoir over de rijbaan doorloopt, brengt geen wijziging aan zijn bestemming.
Artikel 24. Stilstaan- en parkeerverbod
Het is verboden een voertuig te laten stilstaan of te laten parkeren op elke plaats waar het duidelijk een gevaar zou kunnen betekenen voor de andere weggebruikers of waar het hun onnodig zou kunnen hinderen, inzonderheid :
1° onverminderd artikel 23.4, op de trottoirs en, binnen de bebouwde kommen, op de verhoogde bermen, behoudens plaatselijke reglementering;
Dit hiaat kan best opgelost worden ten einde volledige duidelijkheid te verschaffen omtrent het parkeergebeuren ter hoogte van de gemeenteschool.
Artikel 1: De gemeenteraad geeft het schepencollege de opdracht om de parkeerplaatsen voor woningen 13-15-17 te reglementeren door er parkeervakken te schilderen.
In toepassing van artikel 21 van het decreet lokaal bestuur wordt dit punt op vraag van Open Vld, Tom Teck en An Geets aan de gemeenteraadsagenda van 25 oktober 2022 toegevoegd.
In de nieuwe wegcode geldig vanaf 1 oktober 2022 kan de rijweg in gedeeld worden in 3 banen. De buitenste banen zijn voorzien voor de zachte weggebruikers, terwijl de middenbaan moet gedeeld worden door auto’s. Alleen om ander auto’s te kruisen mag er uitgeweken worden naar de zijbanen. Het parkeren op de zijdelingse stroken is verboden.
De middenrijbaan wordt afgebakend door telkens onderbroken witte strepen aan weerszijden van de rijbaan, maar die lijken heel sterk op de belijning die gebruikt is voor de fietssuggestiestroken in Oud-Heverlee (en waar je dus op mag rijden en parkeren).
Dit zorgt dus voor veel verwarring en creëert onveilige situaties voor iedereen maar vooral voor de zachte weggebruikers, zoals trouwens ook bevestigd is door de politie.
Het Schepencollege denkt dit te kunnen oplossen door onze inwoners beter te informeren via het gemeentelijk infoblad. En wat dan met de inwoners van de buurgemeentes? Rijden die dan niet op de wegen van Oud-Heverlee?
Met Open Vld en Team Oud-Heverlee vinden we dit totaal onvoldoende en er moeten dringend maatregelen genomen worden om deze onveilige situaties weg te werken. Dit kan bijvoorbeeld door op de weg de fietssuggestiestroken met okergele verf aan te duiden. En mocht dat niet mogelijk zijn op korte termijn dan moet er overwogen worden de belijning en pictogrammen voor de fietssuggestiestroken voorlopig weg te halen.
Tot slot is er aan het Zoet Water een fietssuggestiestrook aangelegd langs een bestaand fietspad. Men denkt dit te kunnen op te lossen door de blauwe verkeersbordjes voor een fietspad weg te nemen maar het fietspad ligt er wel met klinkers in een andere kleur. Begrijpe wie kan.
Artikel 1: De gemeenteraad vraagt zo snel mogelijk concrete maatregelen te nemen om de onveilige en zeer onduidelijke verkeerssituatie op te lossen omwille van het feit dat de belijning gebruikt voor de fietssuggestiestroken heel sterk lijkt op die van de middenbaan en dit in het belang van alle maar vooral de zachte weggebruikers. Dit kan door bijvoorbeeld op de weg de fietssuggestiestroken te schilderen in okergeel.
In toepassing van artikel 21 van het decreet lokaal bestuur wordt dit punt op vraag van NV-A aan de gemeenteraadsagenda van 25 oktober 2022 toegevoegd.
Het Groenendaalhof in Vaalbeek, het voormalig pachthof van de Jezuïeten uit 1792 werd grondig verbouwd.
Vanuit N-VA maakten we enkele bedenkingen bij de goedkeuring van de omgevingsvergunning. Vooral de historisch waarde van het goed bleek ons onvoldoende naar waarde te worden geschat.
Het gaat om een oud pachthof dat ons inziens volledig gestript werd. Buiten de gevel aan de straatkant blijkt alles weggebroken te zijn. Vermits het hier gaat om een historisch gebouw, weliswaar niet beschermd, stellen we ons de vraag of er “vondsten” zijn ontdekt bij de afbraak van de woning en aanhorigheden.
Vraag:
Werd een archeologische studie gedaan voor de werken werden uitgevoerd? Is die studie openbaar? Kan die geraadpleegd worden?
Het antwoord is te beluisteren via de opname van de vergadering, die terug te vinden is op de website van de gemeente. Dit punt wordt behandeld op tijdstip 1:52:10 van de opname.
In toepassing van artikel 21 van het decreet lokaal bestuur wordt dit punt op vraag van NV-A aan de gemeenteraadsagenda van 25 oktober 2022 toegevoegd.
De huidige coalitie wil hard inzetten op de Zoet Water site met een MasterPlan. Hierin wordt de parking gezien als een ingangspoort naar de site.
Vraag:
Wat is voor de schepen de omschrijving of betekenis van een parking?
Het antwoord is te beluisteren via de opname van de vergadering, die terug te vinden is op de website van de gemeente. Dit punt wordt behandeld op tijdstip 1:56:32 van de opname.
In toepassing van artikel 21 van het decreet lokaal bestuur wordt dit punt op vraag van Open Vld, Tom Teck en An Geets aan de gemeenteraadsagenda van 25 oktober 2022 toegevoegd.
In de nieuwe wegcode geldig vanaf 1 oktober 2022 kan de rijweg in gedeeld worden in 3 banen. De buitenste banen zijn voorzien voor de zachte weggebruikers, terwijl de middenbaan moet gedeeld worden door auto’s. Alleen om ander auto’s te kruisen mag er uitgeweken worden naar de zijbanen. Het parkeren op de zijdelingse stroken is verboden.
De middenrijbaan wordt afgebakend door telkens onderbroken witte strepen aan weerszijden van de rijbaan, maar die lijken heel sterk op de belijning die gebruikt is voor de fietssuggestiestroken in Oud-Heverlee (en waar je dus op mag rijden en parkeren).
Dit zorgt dus voor veel verwarring en creëert onveilige situaties voor iedereen maar vooral voor de zachte weggebruikers, zoals trouwens ook bevestigd is door de politie.
Het Schepencollege denkt dit te kunnen oplossen door onze inwoners beter te informeren via het gemeentelijk infoblad. En wat dan met de inwoners van de buurgemeentes? Rijden die dan niet op de wegen van Oud-Heverlee?
Met Open Vld en Team Oud-Heverlee vinden we dit totaal onvoldoende en er moeten dringend maatregelen genomen worden om deze onveilige situaties weg te werken. Dit kan bijvoorbeeld door op de weg de fietssuggestiestroken met okergele verf aan te duiden. En mocht dat niet mogelijk zijn op korte termijn dan moet er overwogen worden de belijning en pictogrammen voor de fietssuggestiestroken voorlopig weg te halen.
Tot slot is er aan het Zoet Water een fietssuggestiestrook aangelegd langs een bestaand fietspad. Men denkt dit te kunnen op te lossen door de blauwe verkeersbordjes voor een fietspad weg te nemen maar het fietspad ligt er wel met klinkers in een andere kleur. Begrijpe wie kan.
Vragen:
Het antwoord is te beluisteren via de opname van de vergadering, die terug te vinden is op de website van de gemeente. Dit punt wordt behandeld op tijdstip 1:36:10 van de opname.
De voorzitter sluit de zitting op 25/10/2022 om 21:33.
Namens gemeenteraad,
Marijke Pertz
algemeen directeur
Adinda Claessen
voorzitter van de gemeenteraad