Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017
Decreet op begraafplaatsen en de lijkbezorging van 16 januari 2004
Omzendbrief BA-2006/03 van 10 maart betreffende de toepassing van het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging en de uitvoeringsbesluiten
Besluit van de Vlaamse Regering van 14 mei 2004 tot organisatie, inrichting en beheer van de begraafplaatsen en crematoria
Gemeenteraadsbeslissing van 27 augustus 2013 betreffende het huishoudelijk reglement op de begraafplaatsen van de gemeente Oud-Heverlee
De bestaande reglementen zijn dringend aan een update toe, ze dateren nog van 2013.
De reglementering rond de begraafplaatsen is een zeer complexe en gevoelige materie, het is daarom van belang een duidelijk reglement te voorzien om zoveel mogelijk discussie te vermijden.
Er moet ook reglementering voorzien worden omtrent de nieuwe herdenkingszuilen voor weggenomen graven.
Artikel 1: De gemeenteraad besluit het huishoudelijk reglement op de begraafplaatsen goed te keuren.
1. BEGRAAFPLAATSEN
Artikel.1.- De gemeente beschikt over vier begraafplaatsen, gelegen te Oud-Heverlee 3050 (Dorpsstraat), te Sint-Joris-Weert 3051 (Hollestraat), te Blanden 3052 (Kartuizersstraat), en te Haasrode 3053 (Armand Verheydenstraat).
De gemeentelijke begraafplaatsen zijn bestemd voor de begraving, de bijzetting in een columbarium en de asverspreiding van:
Artikel.2.- De begravingen en bijzettingen worden volgens plan in regelmatige volgorde uitgevoerd. Dat plan wijst de percelen aan voor begraving in niet-geconcedeerde grond, geconcedeerde grond, grafkelders, kindergraven, alsook voor de bijzetting in de nissen van het columbarium. De begraving, bijzetting of asuitstrooiing kan alle werkdagen van 9 tot 16u. Op zaterdagen kan dit van 9u tot 15u.
2. WIJZEN VAN TERAARDEBESTELLING
Artikel.3.- Op de gemeentelijke begraafplaatsen kan op volgende wijzen ter aarde besteld worden:
1.Niet-geconcedeerd: (gratis voor een periode van 20 jaar);
2.Geconcedeerd: (tegen betaling vastgesteld in het Retributie- en belastingsreglement op de lijkbezorging en de begraafplaatsen, voor een periode van 20 jaar))
3. Oud-Strijders-erepark:
De nabestaanden moeten het statuut van oud-strijder van de overledene kunnen bewijzen. De keuze is vrij om al dan niet op het erepark van de oud-strijders begraven te worden. Dit park wordt onderhouden door het gemeentebestuur. De te plaatsen zerk is ten laste van de nabestaanden. Nabestaanden kunnen er dan ook vrij voor kiezen om het Oud-Strijders graf te laten weghalen. De echtgenoten mogen bijbegraven worden bij de oud-strijder. Indien oud-strijders kiezen voor een concessie vallen zij uitsluitend onder die reglementering.
4. Gedenkzuil strooiweide
Artikel.4.- Er is een gedenkzuil geplaatst, voorbehouden voor het vrijblijvend aanbrengen van gedenkplaatjes van personen wiens as werd uitgestrooid.
De aanvragen moeten gericht worden aan de dienst Burgerzaken. De plaatsing gebeurt enkel door de aangestelde van de gemeente en voor een periode van 20 jaar. De prijs is vastgesteld in het retributie- en belastingsreglement op de lijkbezorging en de begraafplaatsen.
5. Herdenkingszuil weggenomen graven
Artikel 5.- Er wordt een herdenkingszuil geplaatst, voorbehouden voor het aanbrengen van naamplaatjes of foto’s van personen wiens concessie komt te vervallen en niet wordt verlengd of waarvan het niet-geconcedeerde graf of nis einde termijn is.
De naamplaatjes dienen schriftelijk aangevraagd te worden aan het college van burgemeester en schepenen op voorlegging van een betaalbewijs van de retributie conform artikel 4 van het retributie- en belastingreglementen op de lijkbezorging en de begraafplaatsen.
De plaatjes worden aangekocht, gegraveerd en geplaatst door het gemeentebestuur. Het zal de voornaam, naam, geboortedatum en overlijdensdatum vermelden.
De nabestaanden kunnen er ook voor kiezen een foto te laten aanbrengen op de zuil, zij dienen deze foto zelf te voorzien. De foto dient afgedrukt te worden in porselein met een maximale lengte van 7 cm en een maximale breedte van 5 cm. Indien de foto van het weggenomen graf voldoet aan deze voorwaarden en nog in een goede staat is, kan deze ook hergebruikt worden en op de zuil geplaatst worden.
De aanvragen worden gebundeld en periodiek verwerkt, de plaatjes en foto’s zullen in elk geval vóór 31 oktober van elk jaar op de zuil worden aangebracht.
Artikel 6.- De begraving van een stoffelijk overschot, de begraving van een asurn en de bijzetting van een asurn in een columbarium kunnen het voorwerp uitmaken van een concessie.
Artikel 7.- De concessies worden enkel toegestaan op de plaatsen die daarvoor aangewezen zijn op de begraafplaatsen, en zolang de beschikbare ruimte dit toelaat.
Artikel 8.- Het verlenen van een concessie door de gemeentelijke overheid houdt geen verhuring noch een verkoop in. Er mag aan de concessie nooit een andere bestemming worden gegeven dan die waarvoor ze werd verleend. De concessies zijn onoverdraagbaar.
Artikel 9.- Alle vormen van concessie worden verleend voor 20 jaar.
De concessies worden verleend door het college van burgemeester en schepenen.
De concessies worden verleend onder de in het desbetreffende huishoudelijk reglement, het politiereglement en het Retributie- en belastingsreglement op de lijkbezorging en de begraafplaatsen bepaalde voorwaarden, zoals die zijn op het ogenblik van de concessieaanvraag.
Artikel 10.- De concessie neemt een aanvang op de datum van de voormelde beslissing van het college van burgemeester en schepenen. Het einde van de concessie wordt bepaald op 30 september van het vervaljaar.
Artikel 11.- Het gemeentebestuur plaatst de grafkelders in eigen beheer en concedeert ze tegen betaling van de kostprijs die vastgesteld is in het Retributie- en belastingsreglement op de lijkbezorging en de begraafplaatsen. De ontruimde grafkelders kunnen opnieuw geconcedeerd worden door de gemeente.
Artikel 12.- Hernieuwing van concessies
a. Hernieuwing vóór het verstrijken van de termijn
De concessies kunnen op uitdrukkelijke aanvraag vóór het verstrijken van de termijn hernieuwd worden.
De hernieuwing bedraagt 20 jaar.
Na het overlijden van de concessiehouder kan elke natuurlijke persoon of rechtspersoon een aanvraag tot hernieuwing doen.
De concessiehernieuwingen worden verleend door het college van burgemeester en schepenen.
De concessiehernieuwingen worden toegestaan onder de voorwaarden die vastgesteld zijn in het desbetreffende huishoudelijk reglement, het politiereglement en het Retributie- en belastingsreglement op de lijkbezorging en de begraafplaatsen, die gelden op het ogenblik van de aanvraag tot hernieuwing. Als er geen hernieuwing wordt aangevraagd tussen de datum van de laatste bijzetting in de concessie en het verstrijken van de periode waarvoor deze werd verleend, blijft het graf bestaan gedurende een termijn van tien jaar die begint te lopen op de datum van het overlijden, indien dit overlijden zich minder dan tien jaar voor het verstrijken van de concessie heeft voorgedaan.
b. Hernieuwing zonder bijzetting
De opeenvolgende hernieuwingen kunnen ingediend worden vóór de bepaalde tijd verstreken is.
c. Hernieuwing met bijzetting
De concessie kan op uitdrukkelijke aanvraag voor een nieuwe periode worden hernieuwd naar aanleiding van elke nieuwe bijzetting in de concessie.
Indien er van de mogelijkheid tot hernieuwing van de concessie bij een bijzetting geen gebruik wordt gemaakt én indien de laatste begraving in de concessie zich voordoet minder dan tien jaar voor het verstrijken van de concessie, dan moet het graf behouden blijven tot 10 jaar na de laatste bijzetting in dit graf.
Werd er geen aanvraag om hernieuwing ingediend voor het vervallen van de concessie, dan vervalt de concessie. Een aanvraag tot hernieuwing van de concessie kan niet meer ingediend worden na het verstrijken van de termijn van de oorspronkelijke concessie of de hernieuwingen ervan.
Tevens is geen enkele nieuwe teraardebestelling toegestaan na het verstrijken van die termijn. In geval van een hernieuwing van een concessie (al dan niet met bijzetting) vóór het verstrijken ervan moet het door de gemeente vereiste verschuldigde bedrag berekend worden, rekening houdend met het nog te lopen aantal jaren in de bestaande concessie. Dit bedrag wordt berekend als volgt:
Formule:
Aantal verstreken jaren___________________ X bedrag hernieuwing
Totaal aantal jaren van de nieuwe conc.termijn (20)
Artikel 13.- In geval van terugneming van een geconcedeerd perceel of van een geconcedeerde nis wegens openbaar belang of dienstnoodzakelijkheid hebben de concessiehouders recht op het verkrijgen van een perceel van dezelfde oppervlakte of van een nis van dezelfde grootte op een begraafplaats in de gemeente.
De kosten van overbrenging van de stoffelijke overschotten en van de graftekens of eventueel van een vervangende grafkelder zijn ten laste van de gemeente.
Artikel 14.- In geval van wijziging van de bestemming van de begraafplaats (sluiting van de begraafplaats) kan de concessiehouder geen aanspraak maken op enige vergoeding.
Hij heeft recht op het kosteloos verkrijgen van een grafruimte of van een nis van dezelfde oppervlakte op de nieuwe begraafplaats.
De kosten voor de overbrenging van de stoffelijke overschotten zijn ten laste van het gemeentebestuur.
De kosten voor de overbrenging van de grafmonumenten, evenals de kosten van een vervangende grafkelder zijn ten laste van de aanvrager.
Artikel 15.- Hernieuwingen van de eeuwigdurende concessie.
Telkens na vijftig jaar, en zonder vergoeding, kan de altijddurende concessie die krachtens het keizerlijk decreet van 23 prairial jaar XII werd verleend voor de inwerkingtreding van de wet van 20 juli 1971 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging, op aanvraag hernieuwd worden.
Artikel 16.- Vroegtijdige beëindiging van een concessie:
Een concessie kan op schriftelijk verzoek van de concessiehouder of van zijn nabestaanden voortijdig worden beëindigd. Vooraleer het college tot beëindiging overgaat, zal de aanvraag gedurende 6 maanden aan de ingang van de begraafplaats en aan de betrokken concessie worden aangeplakt. Bezwaren tegen deze voortijdige beëindiging moeten schriftelijk ingediend worden bij het college van burgemeester en schepenen. Wanneer een concessie om welke reden ook een einde neemt, worden de niet weggenomen graftekens en de nog bestaande ondergrondse constructies, eigendom van de gemeente. Het college van burgemeester en schepenen bepaalt de bestemming ervan. Wanneer een columbariumconcessie of een urnenveldconcessie om welke reden ook een einde neemt, kan de as worden uitgestrooid op de daartoe bestemde plaats.
4. ONTGRAVEN - VERWIJDEREN - ONTRUIMEN EN HERINGEBRUIKNEMING VAN GRAVEN
Artikel 17. Als een overledene in een andere gemeente wordt herbegraven, of ontzet, moet de burgemeester van die andere gemeente toestemming geven voor de herbegraving of ontzetting in die gemeente vooraleer het stoffelijk overschot wordt opgegraven of ontzet.
Artikel 18.- De aanvraag tot ontgraving moet door de nabestaande schriftelijk en met mededeling van reden worden gericht aan de burgemeester. De reden moet ernstig zijn.
Volgende beschikkingen moeten worden nageleefd:
Artikel 19.- Er moet tot een ontgraving worden overgegaan in tegenwoordigheid van de grafmaker en van een gemachtigde die door de burgemeester is aangesteld en die er verslag van opmaakt. Zij kunnen de vernieuwing van de kist voorschrijven als ze dat nodig achten en ze kunnen elke andere maatregel nemen om de welvoeglijkheid en de openbare gezondheid te beschermen op kosten van de aanvrager.
De burgemeester kan een nabestaande toestemming verlenen om de ontgraving bij te wonen.
Artikel 20.- Het graf in gewone grond wordt na 20 jaar en na de verplichte bekendmaking van 1 jaar verwijderd. Er kan tot ontknekeling worden overgegaan, of de as kan op de strooiweide uitgestrooid worden.
Geconcedeerde graven: Na de verplichte bekendmaking van 1 jaar met nakende vervaldatum van de concessie en bij niet hernieuwen, wordt het graf ontruimd (wegnemen en vernietigen van grafmonumenten), en kan tot ontknekeling worden overgegaan, of de as kan op de strooiweide uitgestrooid worden.
Na ontknekeling van de ontruimde stoffelijke resten worden deze in het ossuarium, gelegen op een gemeentelijke begraafplaats, door gemeentelijke diensten of een gespecialiseerde firma begraven. De termijn van grafrust wordt bepaald op 20 jaar. De wettelijke grafrust van minstens 10 jaar dient voor alle vormen van begraving gerespecteerd te worden.
Vanaf 1 januari 2013 wordt artikel 18 van het decreet op de begraafplaatsen voor alle vormen van begraving en van bijzetting in niet-geconcedeerde grond/columbaria strikt toegepast.
5 GRAFTEKENS, BOUW- EN BEPLANTINGSWERKZAAMHEDEN – ONDERHOUD VAN DE GRAVEN
Artikel 21.
De gemeentelijk aangestelde is ertoe bevoegd:
- de as uit te strooien;
- de kist of de urn in de kuil, de grafkelder of het columbarium te plaatsen;
- een graf te delven voor begravingen of bijzettingen in volle grond en de kuil te vullen;
- bestaande grafkelders te openen en te sluiten;
- de nis in een columbarium te openen, de urn te plaatsen en de nis terug af te sluiten.
Artikel 22.- Het onderhoud van het grafperceel rust op de belanghebbenden. Elke beplanting buiten de in artikel 3.1 en 3.2 vermelde afmetingen zijn niet toegelaten en zullen verwijderd worden. De aanplantingen op de grafmonumenten moeten zo worden aangelegd en onderhouden worden dat zij zich niet uitbreiden buiten de afmetingen van het graf, noch het zicht op de identificatiegegevens belemmeren.
Artikel 23.- Tenzij de overledene anders heeft beschikt of zijn verwanten zich er tegen verzetten, heeft eenieder het recht om op het graf van zijn verwant of vriend een blijvend grafteken te plaatsen zonder afbreuk te doen aan het recht van de concessiehouder.
Elke plaatsing moet een eenvoudige aanvraag en een toelating tot het plaatsen voorafgaan. Op elk graf, onder welke vorm dan ook, is minstens een naamplaatje of kenteken verplicht. De graftekens en andere gedenktekens mogen de volgende afmetingen niet overschrijden:
6. SLOTBEPALINGEN
Artikel 24.
a) Alle gevallen, niet bepaald in het huidig reglement, worden geregeld door het college van burgemeester en schepenen.
b) Alle wets-, decreet- of besluitwijzigingen passen dit reglement automatisch aan.
Artikel 25.- Dit huishoudelijk reglement treedt in werking op 28 juni 2022.
Artikel 26.- Alle vorige reglementen betreffende begraafplaatsen worden opgeheven.
Artikel 27.- Dit huishoudelijk reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig het gemeentedecreet.