Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen.
Decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019.
Het gemeentebestuur ontving op 14 juni 2022 van betrokkene het dossier met betrekking tot de vraag tot gedeeltelijke opheffing van de gemeenteweg 52 (tussen Ophemstraat en de spoorweg), kadastraal gekend als afdeling 1 sectie C nummers 118M, 118T, 118V, 118W EN 118X.
De gemeenteraad dient te beraadslagen over deze gedeeltelijke opheffing.
Het ontwerp van rooilijnplan van 28 mei 2022 werd opgemaakt door landmeter-expert Björn Cornelis waaruit duidelijk de op te heffen rooilijn van de gemeenteweg blijkt.
De aan de gemeente te betalen waardevermeerdering van de gronden bedraagt o euro ten gevolge van de gedeeltelijke opheffing van de gemeenteweg, zoals bepaald door artikel 28 §2, Gemeentewegendecreet: “De waardevermeerdering wordt geacht nihil te zijn als de gemeenteweg in de feiten verdwenen is, omdat infrastructuren door of in opdracht van de overheid zijn aangelegd of omdat de gemeenteweg werd bebouwd krachtens een rechtsgeldige, niet-vervallen vergunning die werd verleend vóór 1 september 2019”.
Overwegende dat het voornemen tot gedeeltelijk opheffen van de gemeenteweg uitvoering geeft aan artikel 3 (doelstellingen) en aan artikel 4 (principes) van het Decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019 en dat het aan deze artikels werd getoetst;
Die toetsing houdt in:
(art. 3, Gemeentewegendecreet)
Het gedeelte van de voetweg dat wordt opgehoffen is op terrein niet langer zichtbaar. Bovendien loopt deze voetweg ook dood op de spoorlijn en heeft deze dus geen verbindende functie meer. Daarnaast loopt ze ook door woning Ophemstraat nr 51. Uit al deze elementen kunnen we besluiten dat het opheffen van deze voetweg geen nadelige gevolgen zal hebben op het lokaal wegennet en dit zowel op recreatief als functioneel vlak.
(art. 4, Gemeentewegendecreet)
1. De gedeeltelijke opheffing dient het algemeen belang omdat de feitelijke situatie wordt bestendigd door de aanvraag.
2. De huidige juridische ligging van de gemeenteweg kan niet behouden blijven omdat deze doorheen een woning gaat en doodloopt op de spoorweg. Hierdoor is deze onbruikbaar geworden. Hierdoor kan men stellen dat de gedeeltelijke opheffing voldoende gemotiveerde is.
3. Vermits de voetweg niet langer in gebruik is en bovendien doodloopt op de spoorweg heeft de maatregel geen invloed op de verkeersveiligheid en de aansluiting van de aanpalende percelen.
4. Dit gedeelte van de voetweg heeft geen gemeentegrensoverschrijdend effect op het wegennet.
5. De opheffing van dit gedeelte van de voetweg heeft geen invloed op de behoeftes van toekomstige generaties en zal deze ook niet in het gedrang brengen.
Artikel 1: De gemeenteraad gaat principieel akkoord om de gemeenteweg 52 gedeeltelijk op te heffen zoals aangeduid op het ontwerp-rooilijnplan.
Artikel 2: De gemeenteraad stelt het ontwerp-rooilijnplan voorlopig vast.
Artikel 3: De gemeenteraad belast het college van burgemeester en schepenen met het openbaar onderzoek.
Artikel 4: De gemeenteraad gaat akkoord met de voorgestelde meerwaarde (0 euro) zoals bepaald door artikel 28§2, Gemeentewegendecreet.
Artikel 5: De gemeenteraad maakt deze beslissing als volgt bekend:
- aanplakking aan het gemeentehuis en ter plaatse, minstens aan het begin- en eindpunt van het op te heffen wegdeel
- een bericht op de website van de gemeente of in het gemeentelijk infoblad;
- een bericht in het Belgisch Staatsblad;
- een afzonderlijke mededeling die met een beveiligde zending wordt gestuurd naar de woonplaats van de eigenaars van de onroerende goederen die zich bevinden in het ontwerp van gemeentelijk rooilijnplan;
- een afzonderlijke mededeling aan de deputatie en het departement Mobiliteit en Openbare werken;
- een afzonderlijke mededeling aan de beheerders van de aansluitende openbare wegen;
- een afzonderlijke mededeling aan de maatschappijen van openbaar vervoer.