Terug
Gepubliceerd op 25/11/2025

Besluit  gemeenteraad

di 18/11/2025 - 19:30

484.778.1 - Belasting omgevingsvergunningen, administratieve stukken en vastgoedinformatie: aanpassing

Aanwezig: Kris Debruyne, voorzitter van de gemeenteraad
Bart Clerckx, burgemeester
Francis Van Biesbroeck, Patrice Lemaitre, Katrien Timmermans, Tom Teck, Tine Eerlingen, schepenen
Alexander Binon, Mattias Bouckaert, Jos Rutten, Maggy Steeno, Adinda Claessen, Hanna Van Steenkiste, Mark Binon, Fien Gilias, Arnout Arts, Annick Minnoye, Jean Louis Vertongen, Jenna Auwerx, Bart Ponsaerts, raadsleden
Marijke Pertz, algemeen directeur
Verontschuldigd: Wim Aertsen, raadslid
Juridische gronden

Artikel 170, §4, eerste lid, van de Grondwet:  Beslissingen tot het heffen van gemeentebelastingen behoren tot de uitsluitende bevoegdheid van de gemeenteraad.

Artikel 41, tweede lid, 2 Artikel 41, derde en vierde lid van het Decreet Lokaal Bestuur: de bevoegdheid tot het vaststellen van gemeentebelastingen en het vaststellen van de machtiging tot het heffen van retributies en de voorwaarden ervan, inclusief verminderingen en vrijstellingen, kan niet worden gedelegeerd aan het college van burgemeester en schepenen.

Het decreet over het lokaal bestuur en wijzigingen.

Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.

Het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzigingen.

De gecoördineerde omzendbrief gemeentefiscaliteit KB/ABB 2019/2 van 15 februari 2019.

Titel IV, Hoofdstuk II Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.Titel V Decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid.

Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014.

BVR van 16 juli 2010 betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

BVR van 16 juli 2010 tot bepaling van de handelingen waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning nodig is.

BVR van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

BVR van 10 februari 2017 tot wijziging van diverse besluiten naar aanleiding van de inwerkingtreding van de omgevingsvergunning

De beslissing van de gemeenteraad van 30 mei 2017 in verband met de belasting op de afgifte van administratieve stukken waardoor de belasting in verband met stedenbouwkundige vergunningen en milieuvergunningen werden geschrapt uit dit reglement.

De beslissing van de gemeenteraad van 30 mei 2017 in verband met de belasting op de omgevingsvergunning en natuurvergunning, belasting administratieve stukken stedenbouwkundige inlichtingen.

De beslissing van de gemeenteraad van 29 augustus 2017 in verband met de belasting op de omgevingsvergunning en natuurvergunning, belasting administratieve stukken stedenbouwkundige inlichtingen: aanpassingen naar aanleiding van opmerkingen van het Agentschap binnenlands bestuur.

De beslissing van de gemeenteraad van 17 december 2019 in verband met de Belasting omgevingsvergunningen en administratieve stukken stedenbouwkundige inlichtingen: aanpassing.

Het decreet van 22 december 2023 over het Vastgoedinformatieplatform.

Feiten en context

Het huidige gemeentelijk reglement op de belasting omgevingsvergunningen en administratieve stukken stedenbouwkundige inlichtingen voorziet een belasting voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2025. Om de continuïteit te verzekeren is een nieuw reglement noodzakelijk voor de aanslagjaren 2026 tot en met 2031.  

Argumentatie

Het reglement zal grotendeels ongewijzigd blijven met uitzondering van:

- een aantal redactionele wijzigingen voor wat betreft artikel 3, punt 14, gelet op het nieuw decreet over het vastgoedinformatieplatform van 22 december 2023 en artikel 4, voor wat betreft het tijdstip waarop de belasting verschuldigd is;

-  het tarief voor de stedenbouwkundige handelingen en milieu gerelateerde inrichtingen of activiteiten: om de uniformiteit te bewaren is het raadzaam om deze handelingen gelijk te stellen. Concreet betekent dit een belastingverlaging van 10 euro voor wat betreft de milieu gerelatereerde inrichtingen of activiteiten.

huidig reglement nieuw reglement

2. Vereenvoudigde procedure

2.1. Stedenbouwkundige handelingen:

Zonder medewerking architect: 100 EUR 

Met medewerking architect: 150 EUR

2.2. Milieu gerelateerde inrichtingen of activiteiten: 110 EUR

 

2.         Vereenvoudigde procedure

2.1.      Stedenbouwkundige handelingen: 

Zonder medewerking architect: 100 EUR 

Met medewerking architect: 150 EUR

2.2.      Milieu gerelateerde inrichtingen of activiteiten: 100 EUR

 

14. Aanvraaguittreksel gemeentelijk goedgekeurd vergunningenregister, plannenregister, overige stedenbouwkundige inlichtingen naast de uittreksels 

  • 30 EUR/stuk 
  • 90 EUR voor de 3 samen

14.       Aanvraaguittreksel gemeentelijk goedgekeurd vergunningenregister, plannenregister, overige stedenbouwkundige inlichtingen naast de uittreksels

Voorwerp aanvraag Retributiebedrag per kadastraal perceel Product Vastgoedinlichtingen, zoals vermeld in hoofdstuk 8 van het VIP-decreet bedraagt 90 EUR. Daarbovenop komt het bedrag van de platformretributie of platformvergoeding zoals vastgelegd in het VIP-decreet.

 

Artikel 4:- De belasting bedoeld in artikel 3 punt 1 tot en met 14 is verschuldigd op het moment van het indienen van de aanvraag. Het bewijs van betaling blijkt uit de overschrijvingsbewijzen op de gemeentelijke rekening. De belasting bedoeld in artikel 15 is verschuldigd bij ontvangst van de factuur.

Artikel 4: De belasting bedoeld in artikel 3 punt 1 tot en met 14 is verschuldigd op het moment van de volledig- en ontvankelijkheidsverklaring van de aanvraag. Het bewijs van betaling blijkt uit de overschrijvingsbewijzen op de gemeentelijke rekening. De belasting bedoeld in artikel 15 is verschuldigd bij ontvangst van de factuur.

Publieke stemming
Aanwezig: Kris Debruyne, Bart Clerckx, Francis Van Biesbroeck, Patrice Lemaitre, Katrien Timmermans, Tom Teck, Tine Eerlingen, Alexander Binon, Mattias Bouckaert, Jos Rutten, Maggy Steeno, Adinda Claessen, Hanna Van Steenkiste, Mark Binon, Fien Gilias, Arnout Arts, Annick Minnoye, Jean Louis Vertongen, Jenna Auwerx, Bart Ponsaerts, Marijke Pertz
Voorstanders: Bart Clerckx, Kris Debruyne, Francis Van Biesbroeck, Patrice Lemaitre, Katrien Timmermans, Tom Teck, Tine Eerlingen, Mattias Bouckaert, Jos Rutten, Maggy Steeno, Adinda Claessen, Hanna Van Steenkiste, Mark Binon, Fien Gilias, Arnout Arts, Jenna Auwerx
Tegenstanders: Alexander Binon, Annick Minnoye, Jean Louis Vertongen, Bart Ponsaerts
Resultaat: Met 16 stemmen voor, 4 stemmen tegen
Besluit

Artikel 1: De gemeenteraad besluit de nieuwe tekst van het reglement als volgt vast te stellen:

Belasting omgevingsvergunningen, administratieve stukken en vastgoedinformatie

Artikel 1: Vanaf 1 januari 2026 tot en met 31 december 2031. wordt een contante belasting geheven op de omgevingsvergunningen en natuurvergunningen, zoals bepaald in artikel 3.

Artikel 2: De belasting is verschuldigd door de aanvrager.

Artikel 3: De belasting wordt vastgesteld als volgt:

1.         Melding

1.1.      Stedenbouwkundige handelingen: 100 EUR

1.2.      Milieu gerelateerde inrichtingen of activiteiten: 100 EUR

Uitzondering milieu: stookolietank, propaangastank bij de woonfunctie van een onroerend goed: 0 EUR

2.         Vereenvoudigde procedure

2.1.      Stedenbouwkundige handelingen: 

  • Zonder medewerking architect: 100 EUR
  • Met medewerking architect: 150 EUR

 

2.2.      Milieu gerelateerde inrichtingen of activiteiten: 100 EUR

2.3.      Vegetatiewijzigingen: 100 EUR

2.4.      Kleinhandelsactiviteiten 100 EUR

3.         Gewone procedure

3.1.      Stedenbouwkundige handelingen: 150 EUR

3.2.      Milieu gerelateerde inrichtingen of activiteiten:

•           Klasse 2: 250 EUR

•           Klasse 1: 1000 EUR

3.3.      Vegetatiewijzigingen: 100 EUR

3.4.      Kleinhandelsactiviteiten: 100 EUR

4.         Omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden en bijstellen verkaveling: 150 EUR

5.         Andere milieu gerelateerde procedures:

5.1.      Verzoek tot bijstelling milieuvoorwaarden: 150 EUR

5.2.      Melding van overdracht: 130 EUR

5.3.      Melding gedeeltelijke overdracht: 130 EUR

5.4.      Omzetting milieuvergunning naar omgevingsvergunning voor onbeperkte termijn via korte procedure: 150 EUR

6.         Aanvraag projectvergadering als het college van burgemeester en schepenen de bevoegde overheid is: 250 EUR.

7.         Aanvraag dossier met project-MER, omgevingsveiligheidsrapport met infovergadering: + 100 EUR.

8.         Kosten van publicatie in dagbladen zijn ten laste van de aanvrager.

9.         Bijkomend openbaar onderzoek naar aanleiding van de administratieve lus/wijziging: de kosten van aangetekende zendingen zijn ten laste van de aanvrager. Dit artikel is niet van toepassing indien de lus wordt veroorzaakt door een fout van de gemeente.

10.       Aanvraag digitaliseren analoog ingediende dossiers: 200 EUR.

11.       Aanvraag stedenbouwkundig attest: 100 EUR.

12.       Aanvraag planologisch attest: 200 EUR.

13.       Gecombineerde aanvragen: de van toepassing zijnde tarieven worden samengeteld.

14.       Aanvraaguittreksel gemeentelijk goedgekeurd vergunningenregister, plannenregister, overige stedenbouwkundige inlichtingen naast de uittreksels

Voorwerp aanvraag Retributiebedrag per kadastraal perceel Product Vastgoedinlichtingen, zoals vermeld in hoofdstuk 8 van het VIP-decreet bedraagt 90 EUR. Daarbovenop komt het bedrag van de platformretributie of platformvergoeding zoals vastgelegd in het VIP-decreet.

15.       Kostprijs kwaliteitskamer: indien in het kader van een lopende aanvraag voor een omgevingsvergunning een kwaliteitskamer wordt georganiseerd met voorafgaandelijk akkoord van de (vertegenwoordiger van de) bouwheer: 3.500 EUR.

Artikel 4: De belasting bedoeld in artikel 3 punt 1 tot en met 14 is verschuldigd op het moment van de volledig- en ontvankelijkheidsverklaring van de aanvraag. Het bewijs van betaling blijkt uit de overschrijvingsbewijzen op de gemeentelijke rekening. De belasting bedoeld in artikel 15 is verschuldigd bij ontvangst van de factuur.

Artikel 5: De belasting moet betaald worden na ontvangst van de factuur en binnen de termijn die daarop vermeld is. Bij gebreke aan betaling wordt de belasting ingekohierd.

Artikel 6: Er geldt een vrijstelling van belasting voor meldingen en aanvragen ingediend door gerechtelijke overheden, openbare besturen en daarmee gelijkgestelde instellingen, instellingen van openbaar nut m.u.v. kosten voor publicatie.